'Ik hou zielsveel van Tos en zal dat altijd blijven doen. Ze heeft begenadigd veel talent' „Is Tos er al?" Nee, Tosca is er nog niet. Arjan Ederveen kijkt op de klok van zijn telefoon en dan naar de verslaggever. „Luis ter, ik wil je feestje niet bederven hoor, maar als ze er om 3 uur niet is, ben ik ver trokken." Hij kent zijn Tos langer dan van daag. Zou ze de afspraak vergeten kunnen zijn? De acteur haalt zijn schouders op en fluistert samenzweerderig: „Bij haar is het altijd chaos." Ederveen doet zijn pet af en strijkt met zijn hand over zijn hoofd. Gisteren te veel gedronken, mompelt hij. Misschien kan hij straks tijdens het interview even gestrekt op de bank? Een beetje bijkomen, zo vlak voor zijn vakantie naar India. Twee maan den met zijn vriend tussen de oude hippies aan het strand van Goa. „Héérlijk." Hij zegt het met zijn kenmerkende Arjan Ederveen- blik, ergens tussen ernst en ironie, met zijn al even karakteristieke lijzige dictie. Ruim voor drieën stapt Tosca Niterink met vriendin Annie het café binnen. „Wat dacht jij dan", bromt Ederveens voormalige tv-partner met doorrookte stem, die in de afgelopen drie decennia twee octaven is gezakt. Een grijns, een zoen op de wang. In theorie had het interview kunnen beginnen, maar dat gaat zomaar niet. We hebben hier wel van doen met Ederveen en Niterink, meesters in ontregelen. Het café is te lawaaiig. De muziek moet af. Het is er te heet. Naar buiten dan maar? Buiten is het te koud. „Kunnen we niet in jouw auto zitten, Tos", oppert Ederveen. Of bij Annie thuis? Toch maar op de bank. Hij rechts, zij aan de linkerkant. Niterink: „Zo kan ik het niet verstaan hoor!" Zij rechts, hij links. In koor: „Vooruit dan maar." Zij: „Lekker origineel." Hij: „Ik heb me dat nooit zo gerealiseerd, hè, dat zoiets je je hele leven blijft achter volgen." Ze hebben een beetje last van het swie- bertje-syndroom, klinkt het verontschul- digend vanaf de bank. Joop Doderer kon vijfhonderd glansrollen spelen, hij bleef altijd maar Swieb. Zo is het hen ook ver gaan. „Wij dachten dat we op tijd waren gestopt..." begint Ederveen. „Maar we waren allang besmet", vult Niterink aan. Hij grijnst. Zij lacht. Er zijn dertig jaar verstreken sinds ze half Nederland aan het lachen kregen met Theo en Thea, Kreatief met kurk en Borreltijd, maar de chemie blijkt nog altijd aanwezig. Hij een uitroep, zij een grap, soms op een toon die maar een fractie is verwijderd van die van het illustere duo met de hazentandjes en de dikke brillenglazen. Wie wat waar ging het ook alweer over? Theo en Thea beeldden thema's uit die de kijkertjes moesten raden. Bepaald geen kin derachtige onderwerpen - prostitutie, on gewenste intimiteiten, dik zijn, homosek sualiteit, dierenmishandeling - en ze wer den plastisch uitgebeeld met drollen, pie mels, opblaastieten. Veel ouders vonden het programma schunnig, wat de feestvreugde bij de pubers verder verhoogde. Niterink: „We kregen al snel fanmail, van middelbare scholieren. Ik denk dat we vier weken bezig waren. Ze schreven: we doen jullie na. Ik vroeg me af: wat doen ze dan in godsnaam na? Nou, die tandjes dus, die Ar ooit had gebruikt om Freddy Mercury te imiteren. En die stemmetjes. Ik moest een keer andere tandjes halen want ik was de mijne kwijt, en toen waren ze uitverkocht. Met carnaval bleken er 200.000 doorheen te zijn gegaan. Ze waren ineens ook duurder geworden." Ze werden beroemd tegen wil en dank, want hun karakters laten zich niet goed verenigen met het bekende-Nederlander schap. Fijn, die bevestiging van hun talent, na jaren geploeter op de kleinkunstacade mie, maar de roem bracht vooral sociaal ongemak. „De erkenning vonden we ge weldig", zegt Ederveen. „Alleen moesten we elke week een aflevering maken. Dat werd een ding." Stress. Twijfel of het wel grappig bleef. „Als ik vroeg of de laatste uit zending leuk was, zeiden mensen: die afle vering van de week daarvóór, die vond ik leuk." Zij: „Ik vind televisie een uitvinding van de duivel. Echt. Omdat het zo'n impact heeft. Ik werd schuwer. Ar en ik zijn al niet makkelijk en spontaan in de omgang. In groepen die ik niet ken, kijk ik mensen niet meer aan. Als ze weten wie ik ben, reageren ze anders." Hij: „Ze kijken ook op een be paalde manier, hè. Je voelt dat die mensen achter je rug iets tegen een ander zeggen en die schiet dan in de lach. Zo van 'kijk, dat is die kabouter die in het hol van een ander kruipt en een poliep verwijdert'. Kabouter Prikkeprak uit Borreltijd." Met de pornoshowtjes van Petit Populair, Kreatief met kurk en Borreltijd bedienden ze vooral het linkse, progressieve deel van de Randstad, de klassieke VPRO-kijkers. Nite rink: „Het parodiëren van het burgerlijke, dat was natuurlijk lekker makkelijk. Het was de tijdgeest. We vroegen net-niet inte ressante gasten. Francois Boulanger bij voorbeeld, of is dat lullig om te zeggen? Gasten van wie kijkers dachten: wie is dat ook alweer? Voor mij was het ook een ver werking van mijn jeugd. Heel Haarlem was vol van burgerlijke vrouwen, die zag je 10 Kunnen we nu beginnen? Het leek ons leuk om voor dit kerst nummer, een lofzang op de ouderdom, te spreken met jeugdhelden uit de jaren 80. ledereen op de redactie zei meteen: Theo en Thea.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2018 | | pagina 105