ZEELAND GEBOEKT Bundel Dichter bij Cats sluit herdenkingsjaar Natuurlijk gaat het ook over slappe kroketten ZEELAND 21 Marco van de Plasse ziet de schoonheid van verval en vergankelijkheid. Hij schrijft over de alom aanwezige herfst in een Zeeuws dorp. en rij populieren die gekapt wordt. Een oud boerderijtje dat van el lende in elkaar zakt. Een oud ha- ventje dat onder een dijkverzwa- I ring verdwijnt. Een oude automo biel die stilletjes onder het woekerende on kruid verdwijnt. We registreren het wel. Maar écht zien doen we het zelden. Om verganke lijkheid tot je te laten doordringen, moet je een speciale bril opzetten. Marco van de Plasse deed dat, in Zonnemaire. En schreef zo uit de losse pols 26 verhalen vanuit de gedachte 'niets is voor altijd, alles is tijdelijk'. Verganke lijk in Zonnemaire, heet het boek. Grafisch kun stenaar Saskia Eggink uit Nieuwerkerk voor zag elke vertelling van een sprekende illustra tie. Marco van de Plasse (1950) uit Boxmeer is schrijver, dichter en theatermaker. Sinds 1990 heeft hij een tekstbureau. Hij publiceerde on der andere poëzie over de asperge en schreef ook de sprookjesnovelle De Wilde Zeeuw (1999). Van 2014 tot 2016 was hij regiodichter van de Noordelijke Maasvallei. Van de Plasse en zijn partner brengen elk jaar geruime tijd door in Zonnemaire. Hij zegt: „Inmiddels heb ben we daar zeventien jaar een vakantiekeet. Zo noem ik ons huisje. Het is een bouwkeet van dertig vierkante meter waarin je kan wo nen. Het is een mooie plek op Schouwen-Dui- veland. We voelen ons er erg thuis. Het land schap en de sfeer zijn er geweldig." Puppehulletje In zijn nieuwste boek stapt hij door het Schouwse dorp en de omliggende polders met een speciaal oog voor vergankelijkheid. Hij ziet tastbaar verval, zoals de afbrokkelende granieten grafsteen van Willemijntje Ro- meijn op het begraafplaatsje aan de Zuidweg, de door de Duitsers in 1942 gebouwde schuil kelder aan de Kijkuitsedijk, het teruggevon den archief van Nobelprijswinnaar Pieter Zee man en de bijna vergane peeënweegbrug op het eind van de Veerdijk. Er is ook verganke lijkheid, waarvan iedereen weet heeft maar die niet tastbaar is. Zoals de verdwenen sport en ontspanningsverenigingen. En vergeten woorden. In het hoofdstuk 'Puppehulletje' gaat het over verdwenen bijnamen. De plaat selijke postkantoorhouder Marinus Verseput werd 'de mosse' genoemd, de mus. Hij was nieuwsgierig en werd ervan verdacht tele foongesprekken af te luisteren in de tijd dat de draden nog bovengronds liepen. 'Ik dienk dat 'r een mosse op dun draed zit', zeiden de dor pelingen als de telefoonverbinding haperde. De schrijver brengt een nachtelijk bezoek aan boerderij de Zonnehoeve bij de Rietdijk, één van de donkerste plekjes op Schouwen. Sterrenwacht Philippus Lansbergen - en niet Landsbergen, zoals Van de Plasse op pagina 82 schrijft - organiseert er 'kijk- en luisteravon den'. Ook sterren sterven, al duurt dat soms miljoenen, miljarden jaren: „In het heelal bo ven deze stilteplek in Zonnemaire is het één en al vergankelijkheid." Mooi eigentijds verval ontdekt Van de Plasse aan de dijk van Dijkhuisjes op weg naar Zonnemaire. Daar staat een Citroën CX, in de jaren zeventig van de vorige eeuw gebouwd als dochter van de Citroën DS die als 'Godin van de weg', 'Snoek' of'De Kikkerbek' door het leven ging. De CX mijmert: „De mei- doorntakken hangen al een tijdje boven mijn dak, en een beetje brokkelig asfaltpad met raaigras en paardenbloemen kietelt m'n vel gen. Nog even en ik ben ermee vergroeid." Opeens was er sprake van een Catsjaar. Niet omdat de beroemde dichter- staatsman een rond aantal jaren geleden was geboren (1577) of overleden (1660). Maar omdat hij in 1618 debuteerde met de bundel Sinne- en Minnebeelden. Oud-pre mier Jan Peter Balkenende opende de reeks manifestaties op 7 juli 2018 in de Michaelskerk van Grijpskerke. Het initiatief voor de herden king kwam van Kunst- en Cul tuurroute Midden-Walcheren. ZB Bibliotheek van Zeeland haakte aan en was ook van de par tij bij de daaropvolgende manifes taties in Brouwershaven. Daar werden in de Grote Kerk lezin gen, concerten en een tentoon stelling georganiseerd. Het Beeld- Lab van ZB maakte een introduc tiefilm. Eind vorige maand werd het Catsjaar afgesloten met de Vriendenmiddag in ZB, met on der meer een optreden van Mari nus Bierens (ZB) als 'zingende conservator'. Als aandenken aan het Catsjaar 2018 presenteert de bibliotheek nu in de ZB-reeks 'Perfectum- Praesens-Futurum' het boekje Dichter bij Cats - 400 jaar Sinne- en minnebeelden. Oud-conservator Ronald Rijkse van de Zeeuwse Bi bliotheek vertelt in de inleiding dat Cats in de 17e eeuw een suc cesauteur was: rond 1655 waren er circa 300.000 exemplaren van zijn werken gedrukt. De toespraak van oud-premier Balkenende is in de bundel opge nomen, evenals een bijdrage van conservator Bierens van ZB over de verzameling 'Catsania' in de bibliotheek en de restauratie van de eerste druk van de Sinne- en Minnebeelden. Neerlandicus Kees van Walsem schrijft over Cats' ge dichten over de dood. Van Johan Koppenol, hoogleraar Oudere Ne derlandse Letterkunde aan de VU Amsterdam, is een artikel opge nomen over de verbeelding van Cats na zijn dood. Koppenol werkt aan een wetenschappelijke biografie van Cats, getiteld De Pol deraar. Ten slotte maakt ook de brief, die de Middelburgse stadsdichter Anna de Bruyckere aan Cats schreef, deel uit van de bundel. Zeeuwse schrijvers De eerste keer. Nee, niet die eerste keer, waarom altijd meteen aan dat gedacht? 'Mijn eerste keer' is in een gedicht van Eric de Rooij, 'mijn eerste keer aan de reling'. Aha, we zijn dus op een boot. Niet zomaar een boot, maar de Prinses Juliana, lezen we verderop. En de boot vaart niet zo maar een route, maar het onverge telijke traject tussen Kruiningen en Perkpolder. De eerste reis van de dichter naar de overkant, naar Zeeuws-Vlaanderen, zijn eerste reis naar het land van zijn toekom stige schoonfamilie. Zijn aan staande is er helemaal thuis en her kent moeite loos de grote stern. De dichter zelf ziet slechts ordinaire meeuwen. Het is een mooi over gangsgedicht 'De Schelde bij Perk polder' uit Eric de Rooij s pas ver schenen bundel Hongerklop (80 pagina's/ gebonden/19,95 euro/ Bordeauxreeks nr.50/ Liverse). Natuurlijk blijven de aan boord geserveerde 'slappe kroketten en saucijzen' niet onvermeld. Zón der zou poëzie over de Zeeuwse veerdiensten een incomplete in druk maken. Eric de Rooij werd in 1965 gebo ren te Hilversum. Zijn band met Zeeland dankt hij aan de man met wie hij het leven deelt, Ronny Boogaart. Ze schreven samen arti kelen en boeken, bijvoorbeeld in 2007 'Hart van mijn land ik ben te rug', een 'literaire wandeling door het Zeeland van Hans Warren'. Die trouwens af en toe ook aan wezig is in De Rooijs gedichten, in diens poëziedebuut 'Het eindigt zomaar ergens' (2015) en in deze tweede bundel Hongerklop. Een sterke bundel, alleen al het lezen waard vanwege het openingsge dicht 'Voor het slapen'. Een lief desgedicht, zeldzaam genoeg nu eens niet over de bliksemflits van de eerste keer maar over het na vele jaren flakkerende lichtje. Hij dicht over een reis naar Tai wan, over de tijd dat hij een jon gen was 'met indianentooi' en over de dubieuze zegen van fami lie: 'meedogenloos zijn de genen'. Verder zijn er ontmoetingen in het verpleeghuis, onder meer met een vroegere bewoner van een een zaam 'Zeeuws eiland' die over de kastijding met donderpreken en koude banken spreekt: 'Drie keer op een zondag'. En nee, weer gaat het niet over drie keer je weet wel. maandag 10 december 2018 GO Wekelijkse rubriek met boeken over Zeeland en boeken van Zeeuwse schrijvers Herfst alom in Zonnemaire Jan van Damme Marco van de Plasse (tekst) en Saskia Eg gink (grafiek): Vergankelijk in Zonnemaire - Uitgeverij Reinaert, hardcover, 128 pagi na's, 22,95 euro. Jan van Damme A De bi blio theek presen teert een bundel als aan denken aan het Cats jaar. Anya Marinissen (eindredactie): Dichter bij Cats. 400 jaar Sinne- en minnebeelden - Deel IV in de reeks Perfectum-Praesens-Fu- turum, 60 pagina's, 4 euro. Mario Molegraaf Marco van de Plasse bij een uitgerangeerde Citroën CX aan de dijk van Dijkhuisjes, op weg naar Zonnemaire. foto ernesta verburg

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2018 | | pagina 21