veroverde met zijn boek 'Dit is mijn hofde harten van vele plattelanders. Hij neemt het op voor de boeren in onze polders 'Ik heb in mijn boek altijd het positieve van de landbouw willen tonen, want het blijft een van de mooiste beroepen' 14 Ik mag dan wel net aan de verkeerde kant van de grens geboren zijn, slechts enkele kilometers, maar mijn boek 'Dit is mijn hof vond zo'n groot en warm publiek in Zeeland, dat ik zo ook de Zeeuwse ziel in mij weer heb herontdekt. Als kind zat ik achter op de fiets van ma toen we naar de markt in Hulst gingen, de dichtste stad. Op de weg terug smolt de boter onder mijn billen. Later werden ook onze eerste dikbilkalveren over de grens gesmokkeld. Nog later verkochten we al onze aardappelen aan Zeeuwse frietfabrikanten (en voelden ons vaak be dot). Als jongen trok ik graag de grens over, naar het Verdronken Land van Saeftinghe en de prach tige Hedwigepolder. Het wonderland van mijn boerenjeugd. Het magische, mythische platteland langs de Schelde en Westerschelde, met die men geling van akkers en weilanden, dijken en grach ten, bosjes en kreken. Met ook die Zeeuwse ver knochtheid aan de grond en de familie. Ikzelf, langs beide kanten afkomstig van eeuwen oude boerenfamilies, ben enkele jaren geleden, na dertig jaar de wereld rondgetrokken te zijn als re porter en schrijver, naar de ouderlijke hoeve terug gekeerd, die na de ziekenhuisopname van mijn moeder en de plotse dood van mijn broer leeg was komen te staan. Back tot the roots. Ik schreef er aan mijn oude lessenaar mijn boek 'Dit is mijn hof. Enerzijds als een lofzang op het traditionele boe renbestaan zoals dat nog door onze eigen boerderij werd vertegenwoordigd; de boerderij die mij maakte tot wie ik was, en wie ik ben. Anderzijds als een klaagzang over de verdwijnende boeren- cultuur en 'boerenstiel', die onder onze ogen ka- potgaan zonder dat het ons veel kan schelen. 'Fiere boeren' 'God schiep de wereld, maar de boeren schiepen de polder', zo klonk het nog toen ik op school zat. 'Fiere boeren' werden ze genoemd. Nu lijkt het alsof de boeren verantwoordelijk zijn voor de on dergang van de wereld: klimaat, milieu, gezond heid, noem maar op. Bijna iedereen lijkt zich nu te willen bemoeien met de landbouw, maar bijna niemand wil zich nog bekommeren om de land bouwers zelf. Er is nog solidariteit met allerlei groepen - en gelukkig maar - maar er is weinig of geen solidariteit met boeren in nood. De landbou wers met wie ik ging spreken stelden mij de fun damentele vraag of ze nog een bestaansrecht heb ben. Velen hebben het akelig gevoel een uitster vend ras te zijn. Een bedreigde soort. De laatste ge neratie. Ik las in de PZC dat er in Zeeland nog amper een paar duizend boeren overblijven. Zowat een halve- ring in een kwarteeuw. Met nog slechts een hon derdtal onder de 35 jaar. Opvolgers zijn er minder dan ooit. Een ketting van soms honderden jaren oud wordt zomaar doorgesneden, en dat doet pijn. Een boerderij is niet alleen een beroep dat je moet opgeven, het is een hele wereld die verloren gaat, een manier van leven, een familietraditie. Uit een recent Nederlands boek bleek dan ook dat in heel wat westerse landen veel meer boeren dan burgers uit het leven stappen. En toch wordt dat alles door onze samenleving niet als een sociaal drama erva ren, ongelooflijk. De decimering van het aantal boeren in Zeeland is representatief voor wat er in heel Europa is ge beurd. Dat komt natuurlijk ook doordat de land bouw de industriële toer is opgegaan, wat ook voor het landschap en de natuur problemen heeft mee gebracht. Het is er door de overheid en de industrie bij de boeren ingeramd: produceren, produceren, produceren! Net als bij de burger: consumeren, consumeren, consumeren! We consumeren ons kapot, en dan liefst nog aan belachelijk lage prijzen (een kip voor enkele euro's). Vijftig jaar geleden waren de prijzen van sommige landbouwproduc ten hoger dan nu. Vijftig jaar geleden gaf de burger nog bijna de helft van z'n budget uit aan z'n voe ding. Nu nog amper twaalf procent. Nu geeft hij dubbel zoveel uit aan zijn vrije tijd. Dat is natuurlijk een van de belangrijkste redenen waarom in de landbouw nu de wet van de jungle heerst: de sterksten moeten groter worden, en zo hopen te overleven, door de kleintjes op te eten. Het Europese industriële model is het slachtoffer VRIJDAG 7 DECEMBER 2018 CHRIS DE STOOP

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2018 | | pagina 62