Franse journalist maakt reconstructie
8
ZELDZAME ZIEKTE BROER EN ZUS
Zes kinderen in Nederland lijden
aan de stofwisselingsziekte CLN2.
Twee van hen zijn Pip (4) en Teun (2),
de kinderen van Richard en Lotte. Zij
zullen nooit volwassen worden.
Wat deden
Nederlandse
jihadisten in
Syrië en Irak?
een Duitse ex-jihadist in het boek.
„Boutahar zou onthoofd worden,
maar hij verzette zich. Zijn vroegere
ondergeschikten gooiden hem toen
op de grond en schoten een kogel
door zijn hoofd. Zijn lichaam werd
daarna in een put gegooid."
In de jaren erna kregen inlich
tingendiensten een aantal keren
tips dat de Nederlander nog wel in
leven zou zijn. Maar zijn familie
verklaarde tegenover Matthieu Suc:
hij is dood. Boutahars Nederlandse
vrouw belde in september 2014 met
zijn moeder. Ze zei: „De volgende
keer dat we hem zullen zien, is in
het paradijs."
Terreurbeweging IS heeft jarenlang
een geheime dienst gehad die mede
werd geleid door een Nederlander.
Onder zijn leiding werden Wes
terse gijzelaars in Syrië verhoord en
gemarteld. Hij werkte samen met
jihadisten die later aanslagen pleeg
den in Parijs en Brussel.
Het gaat om Mohamed Amine
Boutahar, geboren in Rabat in Ma
rokko, maar met een Nederlands
paspoort en opgegroeid in Neder
land. Zijn vader was de consul van
Marokko in Den Bosch.
Dat blijkt uit onderzoek van de
Franse journalist Matthieu Suc.
„Boutahar stond heel hoog in de
hiërarchie van IS. Hij was een van
de leiders van hun geheime dienst,
de zogeheten
Amniyat. De
Nederlander
was belast met
het ontmaske
ren van spion
nen, bijvoor
beeld van Wes
terse inlichtin
gendiensten."
Suc doet al ja
renlang onder
zoek naar IS. Hij
sprak met geheime diensten, met
gevangenen van IS en met (ex-)ji-
hadisten. In Frankrijk is nu een lij
vig boekwerk van hem verschenen
over de geheime dienst van de ter
reurbeweging. Daarin is een promi
nente rol weggelegd voor Boutahar.
Bij IS had hij een bijnaam: Abou
Obeida al-Maghribi. Over zijn rol
als terrorist waren tot nu toe nau
welijks details bekend. Matthieu
Suc maakt, op basis van gesprekken
met betrokkenen, voor het eerst
een nauwgezette reconstructie.
„De Nederlander was in 2013 en
2014 in Syrië", vertelt Suc in een
vraaggesprek met deze krant. Bou
tahar was toen zo'n 20 jaar oud.
„Vóór die tijd reisde hij al regelma
tig heen en weer van Nederland
naar Syrië. Dat was in 2011 en 2012.
Zijn familie heeft me verteld dat hij
in Nederland is geradicaliseerd. Hij
trok daar op met andere moslim
extremisten."
Als tiener spijbelde hij veel. Zijn
vader, de consul in Den Bosch, hielp
hem aan een baantje: hij kon aan de
slag op het Marokkaanse consulaat
in Utrecht. Hij trouwde met een
psychologe en ze kregen twee kin
deren. Ondertussen radicaliseerde
hij en bereidde hij zich voor op de
gewapende strijd. „Zes maanden
lang deed hij met andere aspirant-
jihadisten in de bossen bij Utrecht
mee aan paramilitaire oefeningen."
Op 1 april 2013 vertrok hij naar IS-
gebied. Zijn Nederlandse vrouw, die
hem met de kinderen achterna
reisde, stuurde foto's naar familie in
Nederland, waarop de kinderen met
plastic kalashnikovs spelen.
Boutahar was intelligent en klom
op tot hoofd contraspionage van IS
in Aleppo. De kelders van het oog
ziekenhuis dienden als gevangenis.
„Nieuwe gevangenen werden daar
bij binnenkomst aan hem voorge
leid", schrijft Suc. „Hij was lang en
mager en droeg een lang beige ge
waad. Hij had vaak een bivakmuts
op en had een baard."
Boutahar leidde het verhoor. Hij
wilde bijvoorbeeld te weten komen
of door IS gekidnapte Westerse
journalisten in Syrië eigenlijk spio
nagewerk deden. „Hij vroeg de ge
vangen naar hun identiteit en
waarom ze in Syrië waren. Hij sprak
Arabisch, Engels, Duits en Frans.
De antwoorden filmde hij met zijn
mobiele telefoon."
Boutahar was meestal gematigd
tijdens die ver
horen. Het wa
ren zijn onder
geschikten die
martelden. In
het boek van Suc
spreken ex-ge
vangenen over
de ziekenhuis
kelders waar
'van 20 uur 's
avonds tot 4 uur
's morgens
wordt gemarteld'. Die onderge
schikten ontpopten zich later in
West-Europa tot terroristen. Een
van Boutahars medewerkers was
de Fransman Mehdi Nemmouche.
„Die was extreem, gewelddadig en
sadistisch". Nemmouche pleegde
in mei 2014 de aanslag op het Joods
Museum in Brussel, waarbij vier
doden vielen.
Een andere jihadist die in het zie
kenhuis onder Boutahar werkte,
was Najim Laachraoui. Deze Belg
leverde de explosieven voor de aan
slagen op 13 november 2015 in Parijs.
Op 22 maart 2016 was Laachraoui
een van de zelfmoordterroristen die
een aanslag pleegden op het Belgi
sche vliegveld van Zaventem. „Bou
tahar was de baas van heel veel
mensen die later betrokken waren
bij aanslagen in Europa", aldus Suc.
De Nederlandse leider van de IS-
contraspionage overleefde de oorlog
niet. Hij werd er door zijn superieu
ren van beschuldigd zélf een spion
te zijn. „Ik heb tientallen betrokke
nen gesproken en op één na zeggen
ze allemaal dat hij spioneerde voor
de Britten", schrijft Suc.
In het voorjaar van 2014 werd het
vonnis geveld. Er was een openbare
bijeenkomst van IS op het binnen
plein van een gevangenis, vertelt
In de woonkamer van
het Alphense gezin
Stoltz-Oosterom is het
een gezellige boel. Pip
zit op de bank te kleu
ren, haar broertje rent
het huis door. Als het
gezin aan tafel gaat zitten voor
het interview, wordt Pip in een
aangepaste stoel gezet. Zelfstan
dig zitten gaat niet altijd meer.
Vorig jaar kerst begon het. Pip
ging moeilijk lopen en viel veel.
Haar ouders en de huisarts
dachten eerst dat het tijdelijk
was en wel over zou gaan, hele
maal omdat Pip geboren werd
met heupdysplasie. Maar de
3-jarige ging steeds verder ach
teruit. Lotte besloot een andere
huisarts en een fysiotherapeut
te bezoeken met haar dochter.
Die zagen direct dat er iets mis
was. „Meteen daarna zijn we
begonnen met onderzoeken bij
het LUMC. Dat moest een paar
keer per week. Iedereen dacht
dat het wel over zou gaan, dat
het wel goed zou komen. Wij
ook", vertelt Lotte.
Inmiddels holde Pip achter
uit. Niet alleen lichamelijk,
maar ook geestelijk. Richard:
„Er werd ook een genetisch on
derzoek gedaan. We gingen er
wel van uit dat ze daar iets zou
den vinden."
Op 30 mei van dit jaar kwam
de uitslag van het onderzoek.
„Toen ze ons met drie man
sterk kwamen halen, wisten we
dat het mis was. Ze zeiden: 'We
hebben slecht nieuws.' Dan
zakt de grond onder je voeten
weg."
Het gezin kreeg het
desastreuze bericht dat Pip
CLN2 heeft, een metabole stof
wisselingsziekte waaraan in
Nederland zes kinderen lijden.
Richard en Lotte hadden er nog
nooit van gehoord. Richard:
„Ook voor de artsen was het
vaag. Ik vroeg: 'Hoelang heeft ze
nog?' Dat is iets wat je echt niet
wilt vragen. Het antwoord was
dat ze 8 tot 12 jaar zou worden."
Na de uitslag is het stel veel
gaan nadenken en gaan lezen.
Geen makkelijke klus, want er
is niet veel bekend over de
ziekte. Lotte: „We zijn naar het
Erasmus MC-Sophia gegaan.
Daar werkt een arts die zich be
zighoudt met metabole ziekten.
We zijn heel blij met hem, hij is
ons aanspreekpunt en ook onze
hoop. Want je wilt niet stilzit
ten als je zoiets hoort, je wilt
iets doen."
De arts vertelde over een en
zymtherapie in Hamburg, waar
een jaar geleden in Rotterdam
ook mee is gestart. In Hamburg
worden er tientallen kinderen
mee behandeld. „Wat het doet,
weet je niet precies, want er zijn
zo weinig kinderen met deze
ziekte. En ieder verhaal is an
ders. Maar we hebben goede
hoop dat het aftakelingsproces
van de ziekte wordt vertraagd
door de therapie."
Toen ze ons met drie
man sterk kwamen
halen, wisten we dat
het mis was
Twee weken nadat Lotte en
Richard dachten dat hun wereld
niet nog verder in kon storten,
gebeurde dat toch. CLN2 is erfe
lijk, dus Teun werd getest. De
kans dat hij de ziekte ook zou
hebben, was één op vier, legde
de neuroloog uit, maar hij was
positief gestemd. Twee weken
nadat hij getest werd, ging de
telefoon. „Als het erg is, bellen
maandag 26 november 2018
Nederlander
leidde voor IS
martelingen
GO
Les espions de la Terreur,
Matthieu Suc, Harper Collins,
404 blz.
Enkele honderden Nederlanders
vertrokken de afgelopen jaren
naar Syrië en Irak om mee te
vechten met IS. Een van hen
blijkt een leidinggevende functie
te hebben gehad bij de terroris
ten, blijkt uit een nieuw boek.
Frank Renout
Parijs
Ruim 300 Nederlanders zijn
de afgelopen jaren naar
Syrië en Irak gereisd om zich
aan te sluiten bij IS of een an
dere jihadistische organisatie.
Wat ze hebben gedaan, blijft
vaak onduidelijk.
Wie in de Nederlandse recht
banken luistert naar terugge
keerde Syriëgangers, zou
bijna gaan denken dat in Syrië
en Irak amper gevochten is.
De terugkeerders hebben dat
in ieder geval nooit gedaan.
Ze waren medisch verzorger,
kok of ze hadden een snoep
winkel. Ja, misschien hebben
ze een keer wacht gelopen,
maar gevochten? Nee.
Dit klopt uiteraard niet met de
rapporten van Europese in
lichtingendiensten, die stellen
dat Europese strijders veel
vuldig hebben meegedaan
aan de gevechten in het strijd
gebied, zich schuldig moeten
hebben gemaakt aan gruwel
daden en met regelmaat ook
prominente posities innamen
in terreurgroepen als IS of
Jabhat al Nusra.
Het toont wel aan hoe lastig
het voor diezelfde inlichtin
gendiensten en voor de Ne
derlandse justitie is om pre
cies in beeld te krijgen wat
elke individuele Nederlandse
Syriëganger op zijn of haar
kerfstok heeft. De meeste te
rugkeerders worden veroor
deeld voor het zich aansluiten
bij een terroristische organi
satie. Specifieke acties zijn tot
nu toe nauwelijks aan bod
gekomen in de rechtszaal.
Tara Riem
Aiphen aan den Rijn
II
-Richard, vader
De enige foto van Mohamed
Amine Boutahar, waarvan niet
eens zeker is dat hij het is die
erop staat.