BUITEN
Kneutjes
9
In deze laatste
aflevering van De
Wandeling maken we,
heel toepasselijk, een
herfstwandeling in het
bos. Dit keer niet in de
populaire Clingse
bossen, maar in de
Steense.
Het boscomplex tussen
Kapellebrug en Clinge
wordt gebruikt als wa
terwingebied, is eigen
dom van Evides Water
bedrijf en is in beheer van Stichting
Het Zeeuwse Landschap. Er hangen
heel wat herinneringen aan deze
Steense bossen, die een voor een
weer bovenkomen tijdens het volgen
van de blauwe wandelroute. Die is
vier kilometer lang en start aan het
einde van de Heerstraat in Sint Jans
teen. Hoe vaak mijn veertienjarige
zelf er ook hardlooprondjes liep met
een goede vriendin: er zijn dingen
D Het Steense
bos ligt op de
overgang van
zeekleigebied
naar hoger
gelegen
kalkarm zand.
Dat is
bijzonder in
Zeeland
die nu, meer dan tien jaar later, pas
opvallen. Zo is er op het infobord aan
de ingang te lezen dat het bos op de
overgang van zeekleigebied naar ho
ger gelegen kalkarm zand ligt. Dat is
bijzonder in Zeeland en wandelaars
en fietsers kunnen er daarom planten
en dieren tegenkomen die je in de
rest van de provincie niet zult zien.
Nooit geweten. Ook niet dat vier
kilometer wandelen tussen bomen,
vogels en kastanjes eigenlijk best
rustgevend is. Terwijl er vroeger geen
einde leek te komen aan dat hard
looprondje op zondag...
Steenpad
De blauwe wandelroute begint met
de volgende welkomsttekst: 'Merk de
velden bos de vogels en het Witte
Zand nog Den Waterganck langs die
verdwenen bergh Het Steen nabij'.
Deze zin is te lezen op een ring
rondom een steen, die deel uitmaakt
van een andere wandel- en fiets
route, namelijk het tien kilometer
lange Steenpad. Dit pad start bij de
kerk van Sint Jansteen en wordt ge
markeerd met negen stenen. Van
daag volgen we echter de blauwe pijl
tjes in de Steense bossen. En behalve
een paar wandelaars die hun hond
uitlaten, spinnetjes die druk bezig
zijn met het maken van hun web en
een enkele hardloper die zijn spieren
strekt op de trimbaan, zijn er doorde
weeks niet veel passanten. Die trim
baan werd overigens in november
vorig jaar vervangen door een splin
ternieuwe. De nieuwe trainingstoe
stellen werden gerealiseerd door de
Dorpsraad van Sint Jansteen, met be
hulp van crowdfunding en een bij
drage van het Oranje Fonds. Wie tij
dens het wandelen naar wat meer ac
tie verlangt, kan dus hier terecht voor
het kweken van borst-, arm- en buik
spieren.
Fluitende vogels, het gekraak van
beukennootjes onder je schoenen,
een kastanje die naar beneden valt...
Meer is er niet te horen. Een bezoeker
van de Steense bossen krijgt simpel
weg wat een bos belooft: een rustige
wandeling in de natuur. Erg jammer
om juist dan een houten paaltje te
gen te komen waaraan een plastic
zakje met afval hangt, en een papier
waarop het volgende verzoek staat
geschreven: 'Neem snoeppapiertjes
en hondenpoepzakjes mee naar huis
in plaats van ze achter te laten in het
bos. Hoeveel jaar denk je dat het blijft
liggen?' Een goede vraag om over na
te denken tijdens de terugweg naar
huis...
NATUURJOURNAAL
Er zijn niet zo gek veel be
trouwbare oude gegevens
over aantallen van broedvo-
gels die vroeger talrijk voorkwa
men. Van de geelgors bijvoorbeeld,
die rond 1950 nog met vele dui
zenden in Zeeland voorkwam, we
ten we vrijwel niks over dichthe
den en over aantallen per gebied.
Voor ringmussen en huismussen
geldt iets soortgelijks en ook van
de kneu zijn maar mondjesmaat
oude Zeeuwse gegevens beschik
baar. De weinige vogelaars die
vroeger actief waren namen
meestal niet de moeite om dat
soort super algemene vogels pre
cies in kaart te brengen. Er was
meer dan genoeg werk aan de vo
gels waarvan de achteruitgang
duidelijk en opvallend was. Nie
mand had ook maar enig vermoe
den hoe dramatisch de stand van
algemeenheden als patrijs en veld
leeuwerik ineen zou storten. Zo
ook bij de genoemde andere soor
ten. Soms zijn er wel schattingen
van dichtheden gedaan, maar die
klinken ons vaak zo onwaarschijn
lijk hoog in de oren dat je geneigd
bent om te denken dat de aantal
len in het verleden overschat zijn.
Van kneutjes zijn er een paar oude
gebiedstellingen. Zo zijn begin ja
ren zeventig alle broedvogels in
het heggengebied bij Nisse geteld.
De kneu was daar toen met 107
paar de talrijkste broedvogel. In
dezelfde tijd telde ik zelfbij 's-
Gravenpolder de kneunesten
langs wat nu de toeristische spoor
lijn is. Dat resulteerde in 98 broed-
paren. Afgelopen jaar zijn in beide
gebieden opnieuw de broedparen
van de kneu geïnventariseerd. In
beide gebieden samen leven nu
minder dan 10 broedparen. Een
achteruitgang die je bijna niet
voor kunt stellen. En dat terwijl de
kneu waarschijnlijk al eerder aan
zienlijk minder in aantal gewor
den was. Hans Warren schreef al
in 1948 dat de kneu sterk achteruit
ging op Zuid-Beveland. De geel
gors, die destijds veel talrijker was
is inmiddels helemaal verdwenen.
Maar het zou niet verbazen als met
de kneu hetzelfde gebeurt. Zo
wordt onze omgeving sluipender
wijs steeds armer. Hoe snel dat
gaat merk je met schrik als je op
zoek gaat naar oude gegevens.
Sintjanssteen
schijnt door de bomen.
A Hether!
Heikant
Heikant
woensdag 10 oktober 2018
GO
Rust en actie in het bos
Gertie de Boey
Een wekelijkse
wandeling door
Zeeland. Vandaag:
De Steense bos
sen tussen Kapel
lebrug en Clinge
Een tweewekelijkse rubriek
over natuur in Zeeland
Chiel Jacobusse
A Een Kneutje, foto chiel jacobusse
bergh
ue olee"se bossen zijn een geliefde
plek om honden uit te laten.
om honden uit te laten.