WIM HOFMAN Lepelworm Nieuw verdeelstation wordt robuust II 11 En toen stond ik opeens weer eens in een echt, oud, natuur historisch museum, sinds 1895 gevestigd in een oud gebouw met hoge plafonds, de geur van boenwas en ver gankelijkheid en een schaarse verlich ting. In uitstalkasten van verschillend formaat stonden opgezette dieren, vooral vogels, maar ook vlinders, keu rig naast elkaar opgeprikt. Ik herkende de ligusterpijlstaart, omdat ik die mot onlangs nog in onze tuin had gezien. Vitrines met fossielen en schelpjes, die opengeklapt waren zodat ze op vlin dertjes leken. Er was een eiercollectie en ik zag het grote bruine ei van de emoe. Ze hadden ook het ei van de pa pegaaiduiker en ik beeldde me in hoe iemand tegen een glibberige basalten rotswand was opgeklommen met het uit het nest geroofde ei in zijn mond. Opvallend was de Eurypeima Spini- crus, zwart en harig en groot. Het leek wel of hij tien poten had... In een kast hing een wel dertig cen timeter grote wandelende tak. Wande len deed hij niet meer. Hij was vastge zet met een dozijn flinke spelden die door lijf en poten waren gestoken. Ik kan niet alles beschrijven; de krant zou veel te klein zijn. In het mu seum, zo stond in de folder, hadden ze wel 16.000 objecten. Ik heb wel een tijd staan kijken bij de collectie met diertjes op sterk wa ter. Vooral de wormen trokken mijn aandacht. De regenworm was langge rekt en erg bleekjes, maar ik zag ook verschillende lepelwormen. De won derlijkste vind ik de Bonillia Viridis, een groene (de naam zegt het al) met een knobbelachtig lijfje en een lang uitsteeksel dat zij wel tien keer zo lang als haar lijf kan maken. Je ziet alleen maar het vrouwtje, ook bij de rotskus ten in de zeeën waar de worm leeft. Men heeft naar het mannetje lang moeten zoeken. De wetenschappers redeneerden zo: als er een vrouwtje is, dan moet er ook een mannetje zijn. Uiteindelijk vonden ze het: in het lijf van het vrouwtje! Het mannetje is een klein krom dingetje van een paar mil limeter groot en brengt zijn hele leven in de buikholte van het vrouwtje door, om daar, indien nodig, zijn wezenlijke plicht te doen. Vernuftig is het wel. En diepzinnig. Verbazingwekkend, en dat is goed: daar zijn natuurhistorische musea voor in het leven geroepen. gen is langs de hele route veel pro test. Zelfs de rechter moest er aan te pas komen. Na het maken van aller lei aanpassingen en afspraken mag de nieuwe lijn er komen. „Die nieuwe verbinding is om een paar redenen nodig", zegt Del- leman. „Door de aanleg van wind- parken op zee, voor de Zeeuwse kust, komt er veel meer stroom op het net bij Borssele. De bestaande lijnen zijn niet toereikend om al die stroom naar de rest van Nederland te vervoeren. Bovendien moet er een sterkere verbinding komen naar België om makkelijker stroom te kunnen uitwisselen. Het nieuwe verdeelstation is nodig om al die ex tra stroom aan te kunnen." Omdat er al een verdeelstation in Zeeland ligt, was het logisch om het nieuwe ook in Zeeland te bouwen, legt Delleman uit. „We hebben hier al verbindingen naar Brabant, Bel gië en Borssele. Eigenlijk maken we het bestaande verkeersplein ro buuster." Volgend jaar zomer moet het ver deelstation in gebruik worden ge nomen. „Daarnaast is het de bedoe ling dat we in september 2020 de nieuwe 38okV-lijn tussen Borssele en Rilland hierop aansluiten en in gebruik nemen." En het oude station? „Dat breken we af en gaat weg." dan voor elektriciteit. Want elektri citeit is net als verkeer: het stroomt en gaat alle kanten op. Al is er één groot verschil: stroom kan nooit in de file staan. En dat terwijl centra les, zonnepanelen en windmolens continu stroom opwekken. Dat be tekent dat de elektriciteit goed moet worden verdeeld. „Precies dat is wat we hier gaan regelen", vertelt Wouter Delleman, bouwleider van TenneT, de beheer der van het landelijke stroomnet. Al wandelend over het terrein, pro beert hij de complexe materie zo begrijpelijk mogelijk te maken. „In opdracht van TenneT bouwt SPIE hier een nieuw knooppunt in ons netwerk van hoogspannings leidingen, het 38okV- netwerk. Om in de vergelij king te blijven met het verkeersplein: we krij gen hier van verschil lende kanten tien rij banen binnen en we verdelen de stroom I die eroverheen gaat weer naar andere ver bindingen. Letterlijk: een verdeelstation." Iets verderop ligt het huidige hoogspanningsstation, maar dat is aanmerkelijk kleiner. „Dat klopt, maar het nieuwe moet ook veel meer stroom gaan verdelen." Het nieuwe verdeelstation staat dan ook niet op zichzelf. Want er wordt ook een nieuwe snelweg voor stroom aangelegd: van Bors sele, via Geertruidenberg naar Til burg. Dat betekent ook dat er nieuwe hoogspanningsmasten moeten worden neergezet. Daarte- Af en toe brult een hoogwerker, maar het meest dat opvalt is nog het langsrazende verkeer op de A58. Ondertussen verrijst op een zandvlakte aan de Weste lijke Spuikanaalweg een imposant complex van staal. Aan de kant liggen grote rollen met dikke ka- Het nieuwe verdeelstation is nodig om al die extra stroom aan te kunnen bels te wachten op installatie. Dit hoogspanningsstation in aanbouw wordt echt groot. Het terrein is 60.000 vierkante meter. Het is een technisch hoogstandje dat zich het makkelijkst laat verge lijken met een verkeersplein, maar vrijdag 14 september 2018 De wereld van Wim Hofman, schrijver/illustrator Bij Rilland verrijst een verkeersplein voor stroom van maar liefst elf voetbalvelden groot. FOTO'S MECHTELD JANSEN Hoewel veertig man hard aan het werk zijn, heerst er een se rene rust. Terwijl in de polder bij Rilland wordt gewerkt aan de bouw van een enorm verkeers plein van maar liefst elf voetbal velden groot. Alleen gaat er straks geen verkeer overheen, maar stroom. Morgen is er een open dag, maar de belangstel ling is zo groot dat die al is vol geboekt. Jeffrey Kutterink Rilland - Wouter Delleman, TenneT

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2018 | | pagina 39