tt
Ifc
Nog steeds
optelevisie
22 ZE
ONDERSCHEIDING GOUDEN SPELD
Dierenarts uit
Heinkenszand blikt
terug op twintig
jaar als
teamveterinair bij
het Nederlands
jeugddressuur-
team. „Ik heb altijd
ontzettend genoten
van de sport en de
professionele
instelling van de
jeugd."
Altijd maar bezig, be
trokken en zeer ge
passioneerd. Dat is
typerend voor die
renarts Henk van
Dijk (68) uit Heinkenszand. Vorig
jaar deed hij toch een stapje terug
en nam hij na twintig jaar afscheid
als teamveterinair van het Neder
landse jeugddressuurteam. On
langs werd hij met een gouden
speld door de KNHS - de Neder
landse hippische sportbond - be
dankt voor zijn inzet.
„Kom maar direct na het avond
spreekuur", zegt Van Dijk als we
hem vragen of hij wil vertellen
over zijn tijd als teamveterinair.
Want ook al is hij de moderne
pensioengerechtigde leeftijd al ge
passeerd, zijn praktijk voor kleine
huisdieren en paarden draait nog
op volle toeren. „Stoppen? Ik heb
net een nieuwe auto gekocht, dus
ik moet nog wel door. Nee, ik vind
het gewoon nog te leuk om te
doen."
Dat hij toch gestopt is als team
veterinair heeft alles te maken met
een ongeval in 2016. Het paard van
Van Dijk sloeg op hol, terwijl hij
erachter op de menwagen zat. „Ik
ben toen via een kleine luchtreis
met mijn hoofd op de straat be
land. Ze zijn vervolgens in het zie
kenhuis drie dagen met me bezig
geweest. Ze dachten dat ik het niet
zou halen. Ik had zwaar hersenlet
sel, een klaplong, een evenwichts
stoornis, van alles. Ik heb ongeveer
een halfjaar gerevalideerd en het
gaat weer goed met me."
Dan grijpt hij naar zijn hoofd.
„Die emotie, die spanning die bij
het werk als teamveterinair hoort,
die kan ik niet meer aan. Ze heb
ben vanuit de KNHS nog aan me
proberen te trekken. Ze vonden dat
ik moest doorgaan, maar ik wilde
niet meer."
In zijn werk als dierenarts zijn
pauzes hem vreemd. Als hij door
moet, gaat hij door. Al is hij om zes
uur 's morgens opgestaan en moet
hij om drie uur 's nachts nog naar
een koliekgeval (ernstige buikpijn
bij een paard). „Als het moet, dan
moet het", is zijn motto. Dus ja, als
Van Dijk zuchtend uit het - dit
maal niet ver uitgelopen - spreek
uur komt, schuift hij direct aan
voor het interview. „Wat wil je
weten?", vraagt hij. Na een korte
uitleg over de bedoeling van het
gesprek brandt hij los, om vervol
gens twee uur lang niet meer te
stoppen met praten. „Tjonge, ik
heb zoveel mooie dingen meege
maakt. En we zijn in elk puntje van
Europa geweest."
EK's
Met 'we' bedoelt Van Dijk naast
het team ook zijn vrouw Marjan,
want die reisde de eerste vijftien
jaar altijd mee als hij naar een Eu
ropees kampioenschap ging. EK's,
daar draait het om bij het jeugd
dressuurteam. Van Dijk was als
teamveterinair de hele dag bezig.
„Je staat overal bij: het losrijden
van de paarden, het uitstappen en
je bent op stal. Ik was vaak van 's
ochtends zeven uur tot 's avonds
Soms was mijn
aanwezigheid al
genoegvoorde
ruiters en amazones
tien uur continu bezig. Dat was
ook gelijk mijn sterke kant, ge
woon er zijn. Soms was mijn aan
wezigheid al genoeg voor de rui
ters en amazones. Want het is zo
veel meer. Er speelt ook emotie
mee. Joyce Heuitink, die nu
bondscoach is van het paradres-
suurteam, zei bijvoorbeeld altijd:
'Als Henk er maar is, dan is het
goed'."
Het betekende ook wel eens dat
Van Dijk een schouder bood om
op uit te huilen, of even goede ge
sprekken met iemand voerde als
die de moed liet zakken. „Ik heb
altijd ontzettend genoten van de
sport en de ontzettend professio
nele instelling van de jeugd. Die is
zo kundig op dat niveau, er zitten
echt talenten bij. Je kent iedereen,
ook de ouders, en je komt die
mensen overal weer tegen. Het
werk als teamveterinair heeft
niets te maken met je gewone vak
als dierenarts. Het is een heel an
der leven."
Hij heeft passie voor de sport,
maar het puzzelen vindt Van Dijk
het leukste aan zijn vak. „Ik had
ANEKDOTE
net een hond op de behandeltafel
en heb geen idee wat het dier man
keert, maar morgenochtend wil ik
het weten." Tijdens de EK's moest
Je kent iedereen, ook
de ouders, en je komt
die mensen overal
weer tegen
hij vaak razendsnel handelen. Als
hij zag dat een paard niet lekker
liep in de losrijdring bijvoorbeeld.
Dan ging hij als de wiedeweerga
op zoek naar een oorzaak en
zorgde hij dat hij er nog wat aan
kon sleutelen. „Het is de kick: zor
gen dat die paarden fit zijn."
Geheim
Het was dan ook Van Dijks taak als
teamveterinair: zorgen dat de paar
den optimaal fit to compete waren.
„En dat begon in mijn geval al 's
morgens, als de paarden gevoerd
werden. Ik keek of ze allemaal goed
aten, of ze gezond oogden. En zo
niet, of ze nog iets extra's nodig
hadden."
Juist die extraatjes, daarin zit het
geheim. „Dat zou je wel willen we
ten hé?", zegt zijn vrouw. Ze maakt
ermee duidelijk dat we er niet ach
ter zullen komen. Van Dijk bena
drukt dat hij een paard niet op
pijnstillers de ring in liet gaan.
„Het moet wel diervriendelijk blij
ven."
Binnen de grens van het do-
pingbeleid blijven, dat is hem
steeds gelukt bij de controles.
Maar kom bij hem niet achteraf
aanzetten dat een paard toch posi
tief bleek. „Dat ze Lance Arm
strong - de wielrenner - achteraf
nog pakken op iets dat al duizend
keer onderzocht is en zijn me
daille afpakken, daar kan ik niet
tegen. Je moet iets op het moment
zelf onderzoeken en niet achteraf.
Maar dat vind ik."
zaterdag 25 augustus 2018
GO
Henk van Dijk: 'Zorgen dat die
paarden fit zijn, dat is de kick'
Valeska Nastaly
Heinkenszand
Henk van Dijk: „Dat ze Lance Armstrong - de wielrenner - achteraf nog pakken op iets dat al duizend
keer onderzocht is en zijn medaile afpakken, daar kan ik niet tegen." foto johan van der heijden
-Henk van Dijk
Henk en Marjan Van Dijk zijn
echte sportliefhebbers.
Vooral als er grote wedstrij
den zijn in de paardensport,
zoals de Olympische Spelen,
proberen ze erbij te zijn.
„In Sydney won Jeroen Dub
beldam in 2000 goud. Ik
pakte een Nederlandse vlag
van iemand af en rende met
die vlag boven mijn hoofd van
de tribune af. Het kwam op
het NOS-journaal en het
wordt nu nog wel eens uitge
zonden op tv."
-Henk van Dijk