14 WEE
Gedreven kun je John Langerak (65) wel noemen. Als fulltime docent mechanische
techniek aan mbo-school Scalda weet hij al jaren ook nog tijd vrij te maken om technische
scholen in te richten in Afghanistan. „Ik kan niet stilzitten. Ik moet altijd bezig zijn."
PORTRETJOHN LANGERAK
In Kabul verblijf ik in
een guesthouse.
Anders is de kans
dat je wordt
ontvoerd, te groot
lk hoop op vrede in
Afghanistan. Dat
alle partijen met
elkaar om tafel gaan.
Het zou mooi zijn dat
mee te maken
In korte broek doet John de
voordeur open van zijn wo
ning in Zuiddorpe. Op de op
rit staat zijn caravan nog. „We
zijn net terug van vakantie in
Frankrijk, iets onder Bou-
logne-sur-Mer, 250 kilometer
rijden." Hij ziet er ontspannen uit,
zoals altijd eigenlijk. Vakantie of geen
vakantie, het maakt niet uit. Wie
John op de kast wil krijgen, moet van
goeden huize komen.
Overal waar je ook komt, je moet re
kening houden met de omstandighe
den. Als ik in Kabul ben, de hoofd
stad van Afghanistan, zul je mij nooit
alleen op straat aantreffen. Ik verblijf
daar altijd in een guesthouse. Als ik
wegga, zorg ik ervoor dat ik direct in
een auto kan stappen. De kans dat je
wordt ontvoerd, is te groot. Crimi
nele groeperingen hebben het op
buitenlanders gemunt, voor geld. Het
is bizar.
Ik ben vaak met een Afghaanse
vriend uit Nederland in Afghanistan,
Mehrab Fijzi. Hij zei een keer tegen
mij: 'Als ze ons kidnappen, schieten
ze mij dood en jou houden ze in le
ven voor losgeld'.
Ik kom er al achttien jaar, dus nog
voordat de Verenigde Staten oktober
2001 het land binnenvielen na de
aanslagen op onder meer de Twin To-
wers in New York en voordat ze de
Taliban probeerden te verdrijven.
Een oud-collega, een Afghaan, no
digde me in 2000 uit met hem mee te
gaan. Het leek me wel interessant. Ik
ben er besmet geraakt. Dat hoor je
van meer mensen. Afghanistan pakt
je, als je er eenmaal bent geweest. De
manier van leven, zo rustig en relaxt.
En Afghanen zijn gastvrij en vrien
delijk. Ze waarderen wat je doet.
Dat geldt met name voor Kabul, maar
in andere steden in Afghanistan
speelt dat veel minder. Ik ga er al ja
ren heen om technische scholen in te
richten. Ze hebben er vaak niks. Geen
machines, geen goed lesmateriaal.
Via de Stichting Schoolsupport4Af-
ghanistan zorgen we daarvoor. Con
tainers vol hebben we erheen ge
bracht. Zeven scholen hebben we tot
nu toe ingericht. Vier in Kabul, één in
Jalalabad, één in Maidan en de laatste
was dit jaar, in Bamiyan, de stad van
de eeuwenoude, levensgrote
Boeddhabeelden die door de Taliban
zijn opgeblazen. In die stad kon ik ge
woon over straat lopen. Geen enkel
probleem.
Noem het naastenliefde. Ik geloof
daarin. Ik voel me ook geen Zeeuw,
maar een wereldburger. Als ik een
steentje kan bijdragen aan een betere
verdeling van de welvaart over de
wereld, doe ik dat graag. Je wordt er
zelf rijker van, niet in je portemon
nee, maar in je hoofd. Mijn vader had
dat ook in zich. We woonden als ge
zin in Axel. Hij kapte kachelhout voor
mensen die het arm hadden. In de
avonduren, als het donker was,
brachten we dat weg, zodat niemand
het zag. Mijn vader wilde dat zo.
Zeker niet, ook die belangstelling
voor techniek komt van hem. Mijn
vader werkte bij l'Azóte (voorganger
van kunstmestfabriek Yara in Sluis
kil-Oost, red.). Hij was Hagenees. In
Den Haag hebben mijn ouders elkaar
ontmoet, waar mijn moeder dienst
meisje was. Zij kwam uit Koewacht
en toen mijn vader bij 1'Azöte werk
kon krijgen, zijn ze naar Axel geko
men. Hij was altijd met zijn handen
bezig, dingen maken, stapelbedden
bijvoorbeeld. Die waren nodig, want
we waren - als goed rooms-katholiek
PASPOORT
gezin in de naoorlogse jaren - met
negen kinderen thuis, vijf meiden
en vier jongens. Ook heeft hij cara
vans gebouwd, zes in totaal. Die
zette hij op camping Welgelegen in
Cadzand voor de verhuur, tegen fat
soenlijke prijzen, hoor.
We gingen eigenlijk al best vroeg op
vakantie, toen ik een jaar of acht, ne
gen was. Mijn ouders huurden dan
een busje en daarmee gingen we
naar camping Welgelegen. Dat was
hartstikke leuk, zoals later ook de
kampen van het rooms-katholiek
Patronaat in Axel, met kapelaan Her
mans. Kappie noemden we hem. Hij
ging op de brommer, wij op de fiets,
met de boot over in Perkpolder, naar
Brabant, waar we in een kampeer
boerderij of in tenten zaten. Dat was
altijd een hele happening. Het Patro
naat was voor jongeren in Axel so
wieso belangrijk. Mobiele telefoons
had je nog niet om met elkaar af te
spreken. Dat deed je daar.
Ach, waarom zou ik? Ik vind het wel
jammer dat mobiele telefoons en
computers nu zo'n rol spelen in het
leven van jongeren. Ze worden er
niet door gestimuleerd zelf dingen te
doen of te maken. Sommige gasten
die op een techniekopleiding bij
Scalda komen, kunnen zo weinig
met hun handen. Ik was, net als mijn
vader, altijd aan het sleutelen. Toen
ik op de ambachtsschool in Terneu
zen zat, heb ik op twee skelters een
motor gebouwd. Die liepen 65 kilo
meter per uur. Altijd waren er wel
mensen die de politie belden, maar
ja, zo snel was de politie toen ook al
niet. En later natuurlijk je brommer
opvoeren, spoelpoorten uitvijlen,
een grotere carburateur erop.
Ook dat heb ik van mijn vader. Hij
gaf les bij de bedrijfsopleiding van
1'Azöte. Sommige leerlingen kwa
men bij ons thuis. Je ziet en hoort
dan hoe ze bezig zijn. Ik vond dat wel
mooi. Kennis overdragen. Ik zeg vaak
'mijn werk is een beetje mijn hobby
en als je van je werk houdt, hoefje
nooit te werken'. Ik geef nu ruim
dertig jaar les in Terneuzen, mecha
nische techniek, en doe dat altijd nog
met plezier. Ik heb het idee dat leer
lingen mij ook mogen. Misschien
niet het eerste jaar, dan ben ik super-
streng. Ik stel de regels, ik geef gren
zen aan waar ze niet overheen mo
gen gaan. Straffen doe ik niet. Je
raakt dan de controle kwijt. Ik ga een
gesprek aan, als dat noodzakelijk is
en vertel hoe ik het wil hebben. 'Als
je doet wat ik zeg, kom je er wel', is
mijn boodschap.
Als docent moet je dat ook zijn. Als
je maar eerlijk en consequent bent.
En achteraf weten de meesten dat
ook te waarderen. Al is het lesgeven
er niet makkelijker op geworden.
Het aantal afvallers is groot, vind ik.
Van de twintig, vijfentwintig leer
lingen haakt wel een derde tussen
tijds af. De voorkennis lijkt wel min
der groot, de discipline ook, de
thuissituatie speelt een grote rol, ge
broken gezinnen en psychische pro
blemen als ADHD.
Ik word 20 augustus 66 jaar, de leef-
tijd waarop mijn bouwjaar officieel
AOW krijgt. Ik heb het gehaald.
Zonder problemen. Ik skeeler en
schaats veel. Vrij fanatiek zelfs. Je
maakt je hoofd ermee leeg.
Ik blijf me daar zeker voor inzetten.
Ik hoop dat er ooit vrede komt. De
oplossing is naar mijn overtuiging
dat de huidige regering en de strijd
groepen van de Taliban met elkaar
om tafel moeten en de Taliban uit
eindelijk in de regering komt. Het
zou mooi zijn dat mee te maken.
zaterdag 18 augustus 2018
GO
'Ik voel me geen Zeeuw, eerder een
wereldburger
Harmen van der Werf
Lukt het je daarom ook al jaren je
zelf overeind te houden in een land
als Afghanistan, toch niet het rus
tigste land ter wereld?
Dat klinkt nogal beangstigend.
Toch ga je keer op keer terug naar
Afghanistan.
Gastvrij en vriendelijk, terwijl je als
buitenlander grote kans loopt ont
voerd te worden?
Je moet ook een innerlijke drijfveer
hebben om dat werk, helemaal vrij
willig, te doen.
Je hebt het dus van geen vreemde.
John Langerak is
20 augustus 1952
geboren in Axel
in een rooms-ka-
tholiek gezin met
negen kinderen.
John is getrouwd
met Rineke. Ze
wonen in Zuid
dorpe en hebben
drie kinderen,
twee zoons (39
en 34 jaar), één
dochter (37 jaar)
en twee kleinkin
deren.
Na de lagere
school in Axel, de
Antoniusschool,
volgde John de
ambachtsschool
en de middelbare
technische
school in Terneu-
zen, de hts in Til
burg. Vervolgens
ging hij naar de
lerarenopleiding
in Goes en Rot
terdam. Hij
werkte op techni
sche scholen in
Bergen op Zoom,
Alphen aan den
Rijn, Schiedam
en Breda, voordat
hij 33 jaar gele
den aan de slag
ging bij mbo-
school Scalda in
Terneuzen. Hij
neemt daar 30
augustus af
scheid.
John heeft zijn
hart verpand aan
Afghanistan,
waar hij voor de,
mede door hem
opgerichte,
Stichting School-
support4Afghani-
stan al zeven
technische scho
len heeft helpen
inrichten.
En jullie gingen daar ook heen?
Verlang je nog wel eens terug naar
die tijd?
En zo'n stoute jongen wordt ver
volgens docent...
Dat klinkt behoorlijk zelfverze
kerd.
En binnenkort, eind deze maand,
lonkt het pensioen.
Vergeet Afghanistan ook niet, mo
gelijk als uitlaatklep.