w
P
13
Ik heb Emile
Ratelband één keer
gesproken. Als ik
terugkijk: naïef
Éy:
rvï V.
AAN DE HAAK
„Toen mijn ouders gingen scheiden, dacht ik: hoe
hebben ze dat nou geregeld, hoe komen ze tot af
spraken. Waar heb je recht op? We hadden een wo
ning nodig, mijn moeder had een uitkering dus
werd het een sociale huurwoning. Ze kreeg voor
rang, ineens zaten we in zo'n woning. Toen begon
ik politiek interessant te vinden. Later kwam de
opmars van Pim Fortuyn, ik ging dat volgen omdat
het vermakelijk was. Er gebeurde wat, dat trok
aan."
„Politiek begon bij mij te leven door Fortuyn, ik
ging als 14-jarige op verschillende plekken rond
snuffelen. Ik verzamelde informatieboekjes over
politieke jongerenorganisaties. Dat doe je dan, en
daarna ga je steeds serieuzer nadenken: wat is dat,
wat wil ik eigenlijk? Ik ben nooit op partijcongres
sen geweest, maar bij De Jonge Fortuynisten kon ik
meepraten op een forum. Ik was geen vooraan
staand lid van de Fortuynbeweging: het was voor
mij een kennismaking met politiek. Ik wilde wel
weten hoe dat allemaal ging. Je gaat eens naar een
bijeenkomst, je bestelt flyers van meerdere jonge
renorganisaties, je bent een hobby aan het ontwik
kelen. Ik begon me af te vragen: wat vind ik er nou
van?"
„Achterafis het een jeugdzonde. Ik was 17. Die lijst
heeft heel even bestaan. Ik zat net op het havo en
wilde iets organiseren op school met politici om
dat de verkiezingen eraan kwamen. Weinigen re
ageerden, hij wel. Zo ontstond dat. Ik heb hem een
keer gesproken. Als ik terugkijk: naïef. Je leert er
van als je zo jong naar politiek kijkt, je ontdekt zo
steeds nieuwe dingen."
„Onwijs, wat een eer. Het is mijn drijfveer om te
zorgen dat beleid bestendig is voor latere genera
ties. Daarom werd ik eerder actief voor FNV Jong.
Vakbonden zijn belangrijk, maar soms vergrijsd en
te weinig vernieuwend. Ze moeten daar verder kij
ken dan de korte termijn. Met die drive zit ik in in
de Kamer. En dat tegen een achtergrond van meer
dan 200 jaar geschiedenis. Dat is iets waar ik toch
even stil van word. Dat besefik bijna elke dag wel.
En ook al ben je een klein radertje, ik geloof wel
echt dat je het verschil kunt maken."
„Het gaat nu goed met de WD. Er kan altijd een
mindere periode aanbreken. Het belangrijkste is:
we hebben een verhaal als het niet goed met Ne
derland gaat en ook verhaal als het wel goed gaat.
Ik geloof daarin, maar dat verhaal is niet in beton
gegoten, dat moet je zoeken."
„In de Kamerdebatten die ik mag doen, ervaar ik
een heel hoge mate van voorspelbaarheid en wei
nig verrassing. Bij Sociale Zaken weet ik al hoe dat
debat gaat lopen, wat welke partij gaat zeggen en
wat er uitkomt. Zelfs al welke moties er gaan ko
men. En dan heeft niemand nog een woord ge
zegd! Dan dreigt een debat een toneelstukje te
worden. Ik wil geen onderdeel worden van wat er
telkens wordt bekokstoofd. Waar heb je nou een
debat voor? Dat is om dingen met elkaar te wisse
len, ideeën op te doen en dan op een beter ant
woord uit te komen. Die voorspelbaarheid is zo'n
rem om verder te komen met verfrissende oplos
singen."
„Hij zegt gelukkig: wat fijn dat je een goed idee
hebt."
„Als je het vergelijkt met vijftig jaar geleden is Ne
derland liberaler, we zijn minder afhankelijk van
elkaar, er is best welvaart. Veel huishoudens heb
ben het echt goed voor elkaar. Maar solidariteit
lijkt soms wel een product van de overheid te zijn
geworden. Als iets tegenvalt in mijn leven, kijk ik
eerst naar mezelf en dan naar mijn omgeving en
pas dan naar de overheid. Dat vind ik normaal.
Veel mensen doen dat niet. De reflex van sommige
linkse partijen is om het allemaal naar de overheid
toe te trekken. Dan stappen mensen minder snel
naar elkaar toe. Dat is in essentie de bijl aan de
wortel van een gezonde, echt goede samenleving.
Dat je niet meer voor elkaar klaar staat.
„Ik hoop dan wel een meer dan gemiddeld goed
Kamerlid te zijn. Geweest. Als ik het dan nog ben,
dan heb ik het echt goed gedaan. Voor mij is het
Kamerlidmaatschap het hoogste ambt. Je rekent
zelf af en je controleert, maar je wordt er ook zelf
echt op afgerekend hoe je het hier doet. Verder
hoop ik dan nog steeds gelukkig te zijn met mijn
vrouw en een mooi gezin te hebben. Ik zou het
leuk vinden de wereld nog een keer rond te zeilen.
Carrières zijn anders dan vroeger. Als ik naar mijn
vader kijk: hij heeft 25 jaar bij een bedrijf gewerkt,
en bakt nu patat in zijn eigen snackbar in Franeker.
Soms denk ik: hé dat lijkt me ook nog wel een keer
wat."
zaterdag 4 augustus 2018
GO
'Debat is vaak
een toneelstuk'
MsSlilS
VISSEN
„Naar zo'n dobber
kijken met vissersge-
duld, daar had ik niet
veel mee. Ik was van
de grote stappen
snel thuis. Dan
gooide ik zo'n net
vanaf een brug en
dan hoopte je dat er
wat in zat."
AFSCHAKELEN
„Dat is af en toe nog
wel zoeken. Ik vind
hardlopen leuk, maar
hardlopen zonder
doel, daar ben ik niet
goed in. Dan schrijf ik
me in voor de mara
thon van New York
en dan loop ik die."
JOVD
„Net voordat het niet
meer kon, kreeg ik in
de campagne als ca
deautje een lidmaat
schap van de liberale
jongerenorganisatie.
Ik had er nooit zoveel
mee, te ballerig of zo.
Dat bleek trouwens
wel mee te vallen,
maar met 32 ben ik
er nu al te oud voor."
Wat was uw eerste besef van politiek?
Dan begint u ook te pionieren in allerlei jonge
renorganisaties. Wat was daar de lol van?
Hoe kwam u in 2003 als nummer 16 op de lijst
van Emile Ratelband te staan?
En dan bent u in 2017 ineens nummer elf op de
lijst van de VVD.
Dit is de derde achtereenvolgende periode in
de Tweede Kamer dat het VVD goed gaat. Dat
houdt een keer op.
Wat schuurt er in de politieke cultuur van de
Tweede Kamer?
Als u last hebt van een goed idee, zegt fractie
voorzitter Klaas Dijkhoff dan niet: 'Houd op
man, dat kan niet volgens het regeerakkoord!'
Waar verbaast u zich over in de Tweede
Kamer?
U bent 32, waar hoopt u te staan als u 50 bent?