m
10 ZE
REPORTAGE BEDDENGOED UIT DE RAMEN
In 1969 was het een spraakmakend
project en volgens beeldend kunstenaar
Marinus Boezem is het nog steeds urgent:
kussens en lakens die uit de ramen van het
Stedelijk Museum in Amsterdam
wapperen. Vanat vandaag weer te zien.
Het werk
gaat ook
over het
doorbreken
van de grens
tussen het
museum en
de publieke
ruimte
De provogeest van de
jaren zestig waait
weer even door Am
sterdam. Uit zestien
ramen van de oud
bouw van het Stedelijk Museum
wapperen vanaf vandaag uit de
kluiten gewassen lakens en kus
sens in de wind. Beeldend kunste
naar Marinus Boezem (84) uit
Middelburg staat tegen de zon in te
kijken hoe vanaf een hoogwerker
een van de lakens wordt bevestigd.
'Het heeft nog nooit zo goed ge
hangen', zegt hij. 'We hebben het
geluk van dit schitterende licht, dat
de properheid van de witte lakens
nog eens extra benadrukt.'
Beddengoed uit de ramen van het
Stedelijk Museum heet het werk. Na
bijna een halve eeuw als idee in de
archieven van het museum te heb
ben gelegen, wordt het nu voor de
tweede keer in Amsterdam uitge
voerd. Aanleiding is de opening,
deze week, van de tentoonstelling
Amsterdam Magisch Centrum, een
samenwerking met het Rijksmu
seum. Over kunst en tegencultuur
gaat het, in de laatste drie jaren van
de jaren zestig.
Het is verleidelijk om in de ti
ming een symbolische daad te
zien: laat na de crisismaanden in
het Stedelijk Museum die frisse
wind maar weer eens waaien. Maar
het idee om Boezem te vragen, was
er lang voordat directeur Beatrix
Ruf ontslag nam, zegt conservator
Leontine Coelewij. Tijdens haar
onderzoek naar avant-gardekunst
uit de jaren zestig kwam ze in de
database van het museum de
schets van Boezems werk tegen.
'Mogelijkheid tot uitvoeren, in
overleg met de kunstenaar,' stond
erbij.
De eerste keer dat Beddengoed uit
de ramen van het Stedelijk Museum
aan de gevel hing, was in 1969. In
dat jaar organiseerde het Stedelijk
Museum de tentoonstelling Op
Losse Schroeven. Spraakmakend,
ook toen al. Niet alleen omdat
toenmalig conservator Wim Bee-
ren de kunstenaars de vrijheid gaf
het museum naar eigen goeddun
ken in te vullen. Ook omdat schil
derijen en beelden plaatsmaakten
voor installatie en performance.
Boezem: 'Het ging ons om het to
nen van zaken waartoe het mu
seum niet geëquipeerd was. Spij
kers in de muur om een schilderij
op te hangen waren er genoeg,
stopcontacten niet.'
Boezem herinnert zich een
'enorme nervositeit' bij de deelne
mende kunstenaars. 'Omdat we
wisten dat we de kunst gingen ver
anderen. Zelfs de meer ervaren
Amerikanen, zoals Bruce Nauman
en Richard Long, waren min of
meer upset. Je had in die tijd een
dokter in Amsterdam die ook
kunstverzamelaar was, en daar
stuurden we die jongens naar toe
voor pillen - in ruil voor een teke
ningetje.'
Idee belangrijker dan uitvoering
Een hoofdrol in Op Losse Schroe
ven was weggelegd voor de concep
tuele kunst, waarbij het idee van
de kunstenaar belangrijker was
dan de uiteindelijke uitvoering.
Daar hoefde de kunstenaar zelfs
niet bij te zijn. Wie foto's bekijkt
van Boezem in die tijd, ziet een
handelsreiziger in driedelig kos
tuum die met een aktetas vol
schetsen langs ging bij museumdi
recteuren en conservatoren. 'Ik
verdomde het iets te maken als er
geen vraag naar was.'
Heeft hij de lakens destijds zelf
opgehangen?
'Nee, dat hebben de conservato
ren gedaan.'
Was hij tevreden met het resul
taat?
'Laat ik zeggen: dat ik er nu bij
ben, is omdat ik lering heb getrok
ken uit dat eerste avontuur.'
Klopt het dat hij daarom niet wil
dat de foto's in de openbaarheid
komen?
Smakelijke lach: 'Er zijn wel
foto's gemaakt, maar op die dag
stond net Heineken met een gigan
tische wagen voor de entree. Die
benam het zicht op mijn beeld.'
Met Beddengoed uit de ramen van
het Stedelijk Museum zette Boezem
een volgende stap in het materieel
maken van zoiets immaterieels als
het weer. Zoals de Hollandse
Meesters het landschap afbeeld
den, zo wilde hij met installaties
de beweging van lucht zichtbaar
maken. 'Maar het werk gaat ook
over het doorbreken van de grens
tussen het museum en de publieke
ruimte, op een zachte manier.
Over de poëzie van de properheid,
zo typisch voor dit land. Ik zie het
beeld van naoorlogse huizen waar
de lakens naar buiten hangen. Kijk
ons eens ijverig wezen.'
Een wake-upcall voor het mu
seum, noemt Boezem zijn werk.
Toen urgent, nu nog steeds. 'Ik
wilde zichtbaar maken dat er een
omslag plaatsvond tussen wat er
tot dan toe vooral binnen de mu
ren van het museum gebeurde,
naar de wereld erbuiten. Het mu
seum had een conserverende taak,
kunstenaars gingen zich bemoeien
met de omgeving.'
Op de stoep aan de overkant van
het museum staan oud-journalist
Max Arian en kunstdocent Jacque-
line Stoop. 'Mag ik u hartelijk be
danken voor al uw werk', zegt ze
tegen Boezem. Hij vertelt haar over
de ingezonden brief die na Op
Losse Schroeven in de krant stond.
Dat het buiten hangen van een wit
laken tijdens de oorlog een teken
was van de ondergrondse: er komt
een razzia aan. Te arrogant om de
recensies te lezen, zei Boezem eer
der, maar die brief heeft blijvende
indruk gemaakt.
donderdag 5 juli 2018
Het Stedelijk Museum in Amsterdam, aangepakt door Marinus Boezem, foto els zweerink
De poëzie
van de
properheid
-Marinus Boezem,
kunstenaar
Schets van Marinus Boezem voor het
project uit 1969. foto stedelijk museum
Karolien Knols
Amsterdam