ügbert Jan
Het leven zonder partner en kinderen is fijn en saai
tegelijk, vindt Egbert Jan. Weinig aan, eigenlijk.
Daar moet hij volgens zijn zoon iets aan doen.
e man tegenover mij heeft iets
van Alexander Pechtold. Hij
oreert vanuit zijn stoel, de jonge
vrouw naast hem luistert
gedwee. Ze wachten op de vlucht naar
Amsterdam.
Ik ook.
De waterfles zet ik naast m'n stoel.
Alexander volgt de beweging.
Straks, als het sein komt, snel naar de
controle van de handbagage. Het is zo'n
vlucht zonder gereserveerde plaatsen.
Inmiddels: chatcontact met zoon.
Na vijf maanden bij mij gewoond te
hebben - lekker goedkoop - is Yann (23)
vertrokken voor zijn grote reis. Hij
stuurt foto's vanuit Maleisië. Rust en
blijdschap sieren zijn gebruinde gezicht.
'Nog chickies versierd, pap?'
'Vrij weinig.'
'Hoe is het verder?'
'Goed hoor.'
'Zeg nou eens echt hoe het is.'
Nou, zoon, het is wonderlijk hoe traag
en hoe snel het leven verglijdt zonder
partner en kinderen. Doordat er geen
'thuis' is, valt het verschil tussen traag en
snel weg. Dat is fijn en saai tegelijk. De
vrijheid waarmee je nu eens blij bent en
dan weer geen raad weet: een ritme dat
ik niet bevat, dat nerveus maakt. De
twijfels: was het goed om alles in te zet
ten op geliefde en kinderen? ]a dat was
het, nee dat was het niet. Zoon, tergend
fijn is het hier, en prettig saai.
'Gaat. Weinig an.'
'Weinig an? Hee vadert, daar kun je
iets aan doen.'
De vlucht naar Amsterdam wordt aan
gekondigd. Ik sta op en loop naar de zich
vormende rij.
Por in m'n zij: Alexander. Naast hem
z'n satelliet.
„Vergeet u niet iets?" Engels met Duits
accent.
Hij wijst naar de waterfles. Veront
waardigde Pechtold-ogen.
Daar sta ik. Moet ik nou braaf naar de
fles teruglopen, alleen omdat hij gelijk
heeft?
„Indruk maken op de jonge vrouw?"
zeg ik, met foute arrogantie. Dan loop ik
terug en gooi de fles weg.
In het vliegtuig zit hij twee rijen voor
me, aan de andere kant van het gangpad.
De stewardessen presenteren de passa
giers zakjes pinda's.
Bij het verlaten van het vliegtuig doe
ik een greep in de tijdschriftgleuf waar
ik Alexander z'n pindazakje in heb zien
proppen. Bij de bagageband kom ik te
genover hem te staan.
„Vergeet u niet iets?"
Hij pakt het zakje verdwaasd aan,
smijt het dan op de grond. Een explosie
van rood in zijn dikke nek. Hij begint te
foeteren. Duits. Gezichten draaien zich
naar ons toe.
Beschaamd, toch zelfingenomen app
ik naar zoon: 'Je hebt gelijk.'
Nog chickies
versierd, pap?
ra Reageren?
magazine@persgroep.nl
D
Egbert Jan Riethof
(64) is journalist. Hij
heeft een dochter (25)
en een zoon (23).
Egbert Jan woont
in z'n eentje in een
huis met drie
verdiepingen.
6| zaterdag 9 juni 2018