'De mensen weten: II II 12 WEE Miljoenen heeft het Rijk uitgetrokken om de kwaliteit van de verpleeghuiszorg te verbeteren. Ter Schorre in Terneuzen heeft het geld gebruikt om het leven van hun cliënten net wat meer kleur te geven. Een manicure, een rondje op de fiets: daar is weer tijd voor. REPORTAGE WAAR GEBRUIKEN VERPLEEGHUIZEN EXTRA GELD VOOR? Die meneer rijdt me overal heen. Ik krijg er niet gauw genoeg van, hoor Bewoners associëren ons met aandacht en leuke dingen doen i en doordeweekse middag in één van de woningen van zorg centrum Ter Schorre. Zorgondersteuner I Petra Buytenhek leest de krant met me vrouw Mieras. Een paar stoelen ver derop verfraait collega Binta Fadiga de nagels van mevrouw Janse. Nor maal? Nu weer wel. Maar dat was het lange tijd niet. Het zorgcentrum in Terneuzen kon mensen als Petra en Binta in dienst nemen dankzij het extra geld dat het Rijk beschikbaar stelde voor verbetering van de kwaliteit van de verpleeghuiszorg. Van de 435 miljoen euro ging ook een paar miljoen naar zorgorganisatie SVRZ, waar Ter Schorre onder valt. Van het grootste deel van dat geld nam SVRZ extra mensen in dienst. Die leveren niet in eerste instantie reguliere zorg, maar doen de 'extraat jes' waar de verzorgenden maar wei nig aan toe komen. Ongeveer een kwartier méér tijd en aandacht per dag krijgt elke bewoner nu, vergele ken met voorheen. Waardoor er dus tijd is om met mevrouw Mieras de krantenkoppen door te nemen, en om de nagels van mevrouw Janse te verwennen. Variatie Petra Buytenhek werkt ruim een half jaar bij SVRZ. Ze is één van de zes ondersteuners die de organisatie bij Ter Schorre in dienst nam. En dat is wel even ander werk dan ze de afge lopen dertig jaar heeft gedaan. „Ik werk al heel lang in de zorg, maar was altijd echt aan het zórgen. Was sen, helpen bij het eten, aankleden... Ook mooi en belangrijk werk", bena drukt ze. En dat soort basale dingen doet ze nog steeds af en toe, naast de ondersteuning. „Deze variatie is mooier. Omdat je net wat extra's kan brengen." Petra gaat elke dag een aantal van de twintig woningen bij Ter Schorre af. Daar wonen per huis zes of zeven mensen. „Ik bespreek daar met de verzorgenden wat ik met wie kan doen." En dan wandelt ze een stukje, of ze leest de krant voor. „Dat iemand die zelden lacht, dan een kleine glim lach op zijn of haar gezicht krijgt. Dat je iemand die zelden visite krijgt, wat persoonlijke aandacht kan geven. Dat is al genoeg." Meer handen Die extra aandacht, daar kwam het de afgelopen jaren te weinig van, erkent verzorgende Anita van Antwerpen. „Het is wel heel fijn dat er nu een col lega als Petra bij gekomen is. Het zorgt ervoor dat bewoners lekker in hun vel zitten, wat goed is voor de sfeer. En ik merk dat ik zelf ook net wat meer ruimte krijg om wat extra's te doen, simpelweg omdat er meer zorghanden beschikbaar zijn. Dat maakt dat ik zelf ook met meer vol doening mijn werk kan doen. Je hebt niet meer zo snel het gevoel dat je te kortschiet." Sommige verzorgenden waren het bijna ontwend om 'leuke dingen' te doen met bewoners, constateert teamleider Marion Geluk. „Door de nieuwe ondersteuners beseffen ze dat ze ook op die manier met onze cliënten bezig mógen zijn. Het zorgt voor een omslag in het denken en in het benaderen van cliënten." De teamleider draait er niet om heen. Natuurlijk: de werkdruk nam de afgelopen jaren enorm toe. „Vooral doordat mensen tegenwoor dig pas hier komen wonen als ze erg veel zorg nodig hebben. Maar we moeten met z'n allen niet in de re flex schieten van 'vroeger was alles beter', benadrukt ze. Neem nou die vaak zo verfoeide administratie. Die helpt juist het werk van de nieuwe ondersteuners mogelijk te maken. Er is tegenwoordig veel meer aandacht voor de mens achter de bewoner", benadrukt ze. „Vroeger boden we in principe iedereen hetzelfde aan. Nu brengen we uitgebreid in kaart hoe iemands leven eruitzag voordat hij hier kwam: wat zijn gewoonten waren, wat hij leuk vindt om te doen..." Koeienpoep En dus hoeft niet iedereen 's och tends gewassen te worden, maar kan dat ook best om vier uur 's middags. En neem je een bewoonster mee naar de tuin als je weet dat ze vroeger van tuinieren hield, ook al zie je mis schien niet meteen dat ze daar be hoefte aan heeft. 'Iemand neemt z'n oude leven mee naar hier', geven de medewerkers aan. Ze vertellen over een dementerende man die altijd op een boerderij had geleefd en in het zorgcentrum maar niet tot rust kwam. Tot iemand het idee kreeg een emmertje koeienpoep op z'n kamer te zetten. Het hielp meteen. 'Meebe- wegen met onze cliënten', noemt de teamleider dat. Inmiddels kroelt Petra samen met mevrouw Mieras met de huispoes. Althans: poes is van een buurvrouw, zaterdag 2 juni 2018 die komt voor mij!' Martijn de Koning - mevrouw Mieras, bewoonster - Petra Buytenhek, zorgondersteuner Binta Fadiga neemt de nagels van een bewoner onderhanden.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2018 | | pagina 48