-■K4
14
ONDERWIJS EXPERIMENT
Leerlingen in het
speciaal onderwijs
moeten zoveel
mogelijk mixen met
kinderen op reguliere
scholen. Na vier jaar
wordt gekeken of de
speciale school dicht
kan. Deskundigen
zien haken en ogen.
■sri
Deze
kinderen
horen erbij,
moeten met
klasgenoten
kunnen
spelen in de
buurt waar
ze wonen
De 13-jarige Lara zit in een klas van
het speciaal basisonderwijs (sbo).
Toch voelt het niet alsof ze op een
speciale school zit. Lara gaat naar
brede school Het Anker waar leerlin
gen uit het speciaal basisonderwijs
en de reguliere klassen door elkaar
zitten. Ze speelt samen met de regu
liere groepen 8 buiten, volgt de re
kenlessen met die leerlingen. „Ik ben
goed in rekenen, dus het is cool dat ik
mag meedoen. Dan leer ik gelijk
nieuwe mensen kennen", vertelt ze.
Haar vaste rekenmaatje uit de re
guliere groep 8 zit naast haar: de 12-
jarige Davinia. De twee zijn vrien
dinnen geworden. Wat ze vooral sa
men doen? „Lachen, veel lachen. En
ook nog wat opdrachten. Ik leer ook
van Lara, hoor", zegt Davinia grinni
kend. Lara: „Echt? Hoe je snel van on
derwerp kunt veranderen zeker?"
Davinia (opnieuw lachend): „Ja, dat
zeker!"
In Wijk bij Duurstede is het uit
gangspunt dat kinderen zo dicht mo
gelijk bij huis naar school moeten
kunnen, zodat ze geen kilometers
lange ritten in een busje hoeven af te
leggen naar het speciaal onderwijs.
„Deze kinderen horen erbij, moeten
met kinderen van school kunnen
spelen in de buurt waar ze wonen",
stelt Freerik Meeuwes, bestuurder
van de Stichting Gewoon Speciaal.
Het is het begin van passend on
derwijs zoals de overheid dat voor
ogen heeft: zoveel mogelijk leerlin
gen dichtbij huis op reguliere scho
len met passende ondersteuning. Tot
dusver komt het lastig van de grond.
Leraren ervaren een groeiende werk
druk, zeggen de expertise niet in huis
te hebben om al die 'zorgleerlingen'
op te vangen en vinden dat ze te wei
nig aandacht kunnen besteden aan
alle leerlingen.
Hoge drempel
Om passend onderwijs een stap ver
der te helpen, start in het volgende
schooljaar een experiment. Meer
leerlingen van het speciaal onderwijs
moeten in klassen van het 'lichtere'
speciaal basisonderwijs (sbo, een
tussenvorm tussen regulier en speci
aal onderwijs) komen. En vanuit het
voortgezet speciaal onderwijs moe
ten meer scholieren op reguliere
middelbare scholen worden onder
gebracht. De scholen krijgen vier jaar
Ha. bi»'
de tijd om te leren wat er nodig is om
het speciaal en reguliere onderwijs te
mengen.
Toch kleeft er een groot nadeel aan
het experiment, vinden de scholen:
ze moeten na vier jaar óf de stekker
uit het speciaal onderwijs trekken of
weer teruggaan naar de situatie van
nu. „De drempel om mee te doen is
groot, want de uitkomst staat al vast",
stelt Wim Ludeke, voorzitter van het
Landelijk Expertisecentrum Speciaal
Onderwijs (LECSO). „Hoe kan je nu
al zeggen dat je scholen opheft als je
niet weet waar je straks tegenaan
loopt? Dit riekt naar het oppoetsen
van de statistieken, want zo daalt het
aantal kinderen in het speciaal on
derwijs en het wordt ook goedkoper.
Maar we horen niet hoe het met die
leerlingen gaat."
Hoewel de Stichting Gewoon Spe
ciaal hard werkt om meer leerlingen
op reguliere scholen te behouden, er
vaart ook zij een grote drempel.
„Straks zegt een school: oké, we doen
het, en dan lopen alle andere ouders
weg omdat ze vinden dat de kinde
ren met zorgbehoeftes te veel tijd op
slokken", verklaart Meeuwes. Het ex
periment zou juist ruimte moeten
bieden om uit te zoeken hoe leerlin
gen met alle achtergronden kunnen
mengen in nieuwe klassen, vindt hij.
„We verwijzen al tientallen jaren
kinderen door naar het speciaal on
derwijs. Je kunt niet verwachten dat
diezelfde kinderen nu ineens wél in
reguliere klassen kunnen blijven. Als
we hadden geweten hoe dat moet,
hadden we dat allang gedaan."
Volgens het ministerie van Onder
wijs is dit experiment juist bedoeld
om uit te zoeken waar scholen tegen
aan lopen als ze meer leerlingen wil
len mengen. Maar uiteindelijk is het
ook de bedoeling dat de scholen fuse
ren. Volgens OCW is het geen bezui
nigingsmaatregel, maar moeten de
leerlingen onder één school en één
bestuur vallen zodat de Onderwijs
inspectie goed toezicht kan houden.
Hoewel Het Anker al veel doet zon
der de proef zou deze school ook
meer willen. „De kinderen moeten
in een sbo-stamklas zitten. Als we
dat niet willen, moeten we het sbo
opheffen en alle leerlingen overheve
len naar de reguliere klassen. Maar
wat als de leraar dan zegt: dit kind is
te moeilijk, dit kan ik niet aan. Waar
gaat die leerling dan heen? Ik durf dat
risico nu nog niet te nemen", legt
Meeuwes uit.
Lichamelijke beperking
Ondanks alle moeilijkheden bouwt
Het Anker verder. „We hebben laatst
een meisje terug in de klas gekregen
dat al langere tijd thuis zat. En we
kregen nu ook een aanvraag voor een
leerling van het speciaal onderwijs
met een lichamelijke beperking. We
gaan kijken of we die kinderen ook
een plekje kunnen geven", vertelt di
recteur Inge Westerveld. Want één
ding telt hier: voor de kinderen is
deze mengelmoes van grote waarde.
Lara kan dat onderschrijven. „Het
voelt anders hier. Op mijn oude sbo-
school kon ik niet focussen op mijn
werk. Ik gooide mijn schriftje terug
in de mand zonder dat ik iets had op
geschreven. Hier gaat het veel beter."
donderdag 31 mei 2018
GO
Samen in de klas: goed idee,
maar praktijk is weerbarstig
Ellen van Gaaien
Wijk bij Duurstede
Davinia (I) en Lara
zijn rekenmaatjes en
vriendinnen, fotosshody
- Freerik Meeuwes,
Stichting Gewoon
Speciaal.
Mwad, Lavina en
Joris zitten op De
Driehoek voor speci
aal onderwijs, en ba
sisschool 't Baken in
Wijk bij Duurstede. De
scholen werken nauw
samen.