mmmw' Het werk vordert gestaag. Mijn vader raakt steeds verder uit zicht. Stukje bij beetje verdwijnt hij voor de tweede maal uit ons leven hadden gehoord dat we aan het oprui men waren en, nou ja, we hadden het toch gehad over dat bankje van opa dat over was? En misschien kunnen ze, nu ze er toch zijn, ook nog even een kijkje nemen in de schuur? „Neem alles maar mee, hoor", zegt mijn zusje. „Vandaag is alles halve prijs." Ze kijken haar onderzoekend aan, maar ik gebaar dat het oké is, dat ze voor mijn part de hele achterbak volladen. De wereld bestaat uit twee typen men sen, constateer ik als ik ze een half uurtje later naar de voordeur zie lopen, hun handen vol met boeken en tuingereed schap, een kringloopwinkel zonder kassa. Je hebt de verzamelaars - zij die gelukkig worden in een huis vol voorwerpen die misschien ooit nog van nut kunnen zijn - en je hebt de Marie Kondo's onder ons, de Japanse opruimgoeroe volgens wie minder meer is, miss minimalist, die zelfs haar bank de deur uitdeed omdat ze er toch nooit op zat. Haar devies: Does it sparkjoy? Word je er blij van? Zo niet: weg ermee. Ik reken mezelf absoluut tot de tweede groep; ik word blij van leegte, ruimte, opgaan in het niets, zeker in dit soort omstandigheden. Het werk vordert gestaag, mijn vader raakt steeds verder uit zicht. Stukje bij beetje verdwijnt hij voor de tweede maal uit ons leven. Tot we uitkomen bij zijn echte domein, zijn studeerkamer. De boekhouding ligt er, minutieus bijgehouden in kriebelig handschrift. Jarenlange correspondentie met zijn beste vriend uit Zuid-Afrika. Diploma's. Oorkondes. Honderden foto's. Familieleden uit lang vervlogen tijden. Vakliteratuur. Kerstkaartjes, geboorte kaartjes, overlijdensberichten. School rapporten. Een lade met oude sinterklaasgedich ten. Liefdesbrieven van mijn moeder. Zijn vulpen. Een familiegeschiedenis in foto's en do cumenten. Levens die voorbij zijn. We kijken elkaar aan en halen diep adem. „Tijd voor koffie", zeg ik na enige tijd, aarzelend. „En een neut", zegt mijn broer. Ik loop naar beneden en moet denken aan een gedicht van de Amsterdamse dichter F. Starik, die onlangs zeifis gaan hemelen. De dood was zijn specialiteit. De koning keert terug in vaders schoot. Leve de een, de ander is dood. En wij? We blijven achter. Mensen, dieren, dingen. Zachter, vager, minder. In alles aanwezig, maar zachter, vager, minder. Precies dat, dat had hij mooi gezegd. Deze drie, maar de grootste daarvan is 'minder'. (I i et1*""'! 11 tijf Erfstuk „Sint-Maarten, halverwege jaren 70. De Artifortstoel op de achtergrond was een must have, die krijgt mijn zusje." Schuifpui „De klassieke ach tergevel werd in de jaren 80 vervangen dooreen schuifpui. Tot verdriet van de makelaar." magazine 25

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2018 | | pagina 92