Met een gids 'arme aapjes kijken' in Rotterdamse Crooswijk mm 3 Nederlandse met Palestijnse vader bezoekt herdenking in Rotterdam ÉS In 1948 werd de staat Israël gesticht, als toevluchtsoord voor de Joden. Meer dan 700.000 Palestijnen werden verjaagd. Verslaggever Salwa van der Gaag (26) omschrijft haar gevoel. Het toeval wil dat ik deze zater dagochtend met de enige Joodse vriendin die ik heb op het terras zit. Ik vertel haar dat ik na onze af spraak naar de Nakba-herdenking op het Grotekerkplein in Rotter dam ga. „Nakba? Wat is dat?" vraagt ze. Ik kijk verbaasd. Ze heeft nota bene familie in Israël. In het Arabisch betekent al-Nakba ramp spoed. Zo noemen de Palestijnen het jaar 1948. De Joden riepen de onafhankelijke staat Israël uit en meer dan 700.000 Palestijnen kwamen in vluchtelingenkampen en omliggende landen terecht. Mijn vriendin knikt: „Sorry, bij ons heet dat (om Ha'atsmaoet. Dat is een feestdag." Als ik aankom op het Grotekerk plein, voelt het ook een beetje als een feest. Op het podium wordt gedanst en gezongen. Er wordt ge geten, gekletst en gelachen. De sprekers die af en aan het podium betreden, maken echter duidelijk dat het niet om een feestelijke aan gelegenheid gaat. Zelfs in de zang stemmetjes van de kleine meisjes met traditionele Palestijnse jurken klinkt hartzeer. De 31-jarige Nadin Mousa klapt mee met de muziek. Haar ouders kwamen 29 jaar geleden naar Ne derland als politiek vluchtelingen. Zijzelf werd geboren in een vluch telingenkamp in Beiroet. „De ou ders van allebei mijn ouders zijn gevlucht in 1948. Hun huizen wer den ingenomen door Israëliërs. Het hele dorp bestaat niet meer." Ze is hier vandaag om stil te staan bij de geschiedenis van de Palestijnen en om een gevoel van binding te krijgen met haar achtergrond. Ik herken wat ze zegt. Opgegroeid met een Neder landse moeder en familieleden die namen hebben als Henk en Nel voelt het vaak alsof mijn Pales tijnse kant ver van me af staat. Maar op dagen als deze voel ik me meer verbonden dan ooit. De familie van mijn vader moest in het Palestijnse rampjaar het plaatsje Beer Al Saba verlaten. Een groot deel van hen kwam terecht in vluchtelingenkamp Rafah in de Gazastrook, die destijds nog niet was afgesloten van de wereld. Mijn vader en talloze familieleden wo nen er nog steeds, nu aan alle kan ten geblokkeerd door Israël. Daar door is het voor mij haast onmoge lijk om ze te bezoeken. Ik vind het bijzonder dat de Pa lestijnse zaak ook mijn generatie zo aan het hart gaat. De 26-ja- rige Mohammed Akkari is nog nooit in Israël of Palestijns gebied geweest. Zijn ouders zijn van Pa lestijnse origine, maar kwamen in Syrië terecht. Akkari groeide op in Nederland. „Ik vind het belangrijk dat we het onrecht waarmee de Palestijnen dagelijks te maken hebben, niet vergeten. Wat de Pa lestijnen is aangedaan, is nog Wat de Palestijnen is aangedaan, is nog steeds niet rechtgezet steeds niet rechtgezet. Het is een triest verhaal, maar we proberen het ook positief te brengen. Als mensen maar willen luisteren." Het conflict lijkt eindeloos en onoplosbaar. Steeds weer laait het geweld op. Over de jaren heeft dat voor duizenden doden aan weers zijden gezorgd. Mijn nicht, net zo oud als ik en woonachtig in de Ga zastrook, appte me dat ze zich zor gen maakt over morgen. Dan is het precies zeventig jaar geleden dat de Palestijnen hun huizen moes ten verlaten. Er worden extra veel demonstranten verwacht. De afgelopen weken vielen er honder den gewonden bij demonstraties aan de grens van Gaza. Zo'n vijf tig Palestijnen kwamen om. „Het leven daar is erg moei lijk, maar je raakt er ook aan ge wend, waardoor je de strijd nooit opgeeft", zegt Dina Awwad (24). Ze komt uit Ramallah, een Pales tijnse stad op de Westelijke Jor- daanoever, maar woont sinds zes jaar in Nederland. Ze kwam om te studeren en werd verliefd op een Nederlandse jongen. „Hier is alles makkelijk. Je hoeft hier niet door een checkpoint waar je vernederd wordt door Israëlische soldaten." Na afloop van de herdenking stuur ik mijn nicht een berichtje. Ik vertel haar dat we in Rotterdam met z'n allen aan haar situatie hebben gedacht. Ze stuurt terug: „Dankjewel habibti. Het is mooi om te horen dat de mensen buiten Palestina ons niet vergeten." De Crooswijkse winkelier en kunstenaar Sira Minetti kon haar ogen niet geloven toen ze vrijdag dagblad Trouw opensloeg. Lezers werden uitgenodigd voor een door twee ex-journa- listen uitgestippelde dag tocht door 'de armste wijk van Nederland'. Met als doel 'het echte verhaal' te ontdekken. „Stel u eigen vragen, check zelf de feiten en ontdek waarom de be woners nog altijd Groos op Croos zijn", aldus de adver tentie. Ja, dat ging over haar eigen, volkse Crooswijk. Minetti is woest en heeft dat al aan Trouw laten we ten. „Wat ik eigenlijk wil zeggen: pleurt op naar je ei gen wijk en ga daar door het raam gluren!" Want ze voelt zich bekeken. „Het is aapjes kijken. Dit komt in een persoonlijk leefgebied. Mensen wonen hier en daar gaan anderen een oor deel over vormen. En ook nog eens dat stigma van de armste wijk..." Gezien de reacties op social media staat haar mening niet op zichzelf. Aapjes kijkjes? Dat gaat voormalig NOS-journalist Wouter Kurpershoek, ini tiatiefnemer van de tocht, veel te ver. „Buitengewoon beledigend. Beledigend voor de Crooswijkers met wie we dit organiseren", zegt hij. „Het idee van de dagtocht is dat mensen zelf op reportage kunnen gaan. Om een eigen beeld te vor men van maatschappelijke ontwikkelingen, zoals in Crooswijk. Dat heeft abso luut niets met aapjes kijken te maken." t In 2016 kreeg Crooswijk de status armste wijk van het land In 2016 kreeg Crooswijk van het Sociaal en Cultu reel Planbureau de status van armste wijk van het land. Althans, postcodege- bied 3034. Andere delen van Crooswijk zijn ge sloopt en daarna bebouwd met dure nieuwbouw. Kurpershoek baalt in ie der geval behoorlijk van de commotie. Samen met ex- journalist Joel Batenburg heeft hij onlangs het be drijf Feiten.nu opgericht. Meer 'reportagetrips' staan in de planning. „Zo willen we ook naar Oost- Groningen. Of naar Ame rika, om te onderzoeken waarom mensen op Donald Trump stemmen. Waarom zou dit voorbe houden zijn aan journalis ten? Moeten we dan een hek om Crooswijk zetten?" maandag 14 mei 2018 GO Dichter bij Palestina dan ooit Salwa van der Gaag Rotterdam -•V De bijeenkomst op het Grotekerkplein voelt soms een beetje aan als een feest, maar is wel degelijk een herdenking, fotos jan de groen Salwa van der Gaag in ge sprek met Mohammed Akkari. - Mohammed Akkari Het heet een 'journalis tieke dagtocht door de armste wijk van Neder land'. Voor 89 euro kun nen lezers van Trouw een kijkje nemen in het Rot terdamse Crooswijk, onder begeleiding van twee ex-journalisten. Aapjes kijken? Antti Liukku Rotterdam Wouter Kurpershoek baalt. FOTO ANP

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2018 | | pagina 3