'VIA TEKENS OP BOOMSTAMMEN WIST IK HOE IK DE VERSTOPTE PILOTEN IN HET BOS KON VINDEN' Als meisje - Koosje is 17 als ze het verzet inrolt - is ze vooral boos. „De Duitsers pakten spullen af waarvoor mensen hun hele leven hadden gewerkt." De haat, Koosje vindt het een lelijk woord, vlamt op als in oktober 1942 boven de boerderij van Koosjes ouders een Engelse bommenwerper wordt neer gehaald. „De bemanning lag dood op ons erf." Het vuur, de angst, de ontploffende munitie in het toestel; Koosje ziet het nog zo voor zich. Het maakt dat ze 'doet wat ze moet doen', als haar wordt gevraagd om ondergedoken piloten eten te bren gen. „We konden op onze boerderij wel wat missen." Die piloten zitten verstopt in de bos sen. Door geheime tekens op boomstam men, weet Koosje hoe ze moet lopen. Levensgevaarlijk, beseft ze achteraf. „Elke dag moest ik langs Duits afweergeschut. Stel dat ik was aangehouden?" Tijdens een razzia komen de Duitsers op de boerderij. Koosjes vader, zo is de afspraak, doet alsof hij tbc heeft - een ziekte waarvoor de Duitsers doodsbang zijn. „Ze dropen af, mijn vader zei: 'Snel Koos, waarschuw de mannen dat ze er aankomen!' Maar onderweg werd ik tegengehouden, ik mocht niet verder. Thuis trok ik een andere jas aan en pro beerde het opnieuw. Hoe onnozel, dat ik gewoon terugging! Natuurlijk herkende de Duitse wacht me; het geweer kwam tevoorschijn." Koosje ontkomt ternau wernood. Als bestuurslid en later voorzitter van de Landelijke Kontakt Groep Verzets- gepensioneerden blijft ze ook na de oor log betrokken bij het verzet. Maar die ene vraag komt pas de laatste tijd boven: hoe heeft ze het allemaal gedurfd? Pas de laatste jaren vraagt Koosje van de Ven-Jakobs (91) uit Sevenum zich af: hoe heeft ze het allemaal gedurfd? 241 zaterdag 5 mei 2018 WG

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2018 | | pagina 92