Als kincl zitten ze bij elkaar in de klas. Omdat ze .Joods zijn, duiken ze
tijdens de Tweede Wereldoorlog onder. Op hoge leeftijd krijgen ze
een relatie. „Het is een wonder" zegt Fred Andries.se (92). Margreet
Olman (93) aait zijn hand. „Dat we allebei nog leven is al een wonder."
Toch nog
handen van de nazi's te blijven. Van emi- school. Ze krijgen tijdelijk samen les van
geren tot zelfmoord plegen." Joodse leerkrachten. Tot het verstandiger
Het lijkt Margreets vader verstandiger wordt onder te duiken,
om Amsterdam te verlaten en terug te
keren naar Brabant. „Dat leek hem veili- 1942
ger, hij voorzag dat er in Amsterdam een Freds oudere broer Ben werkt bij Philips,
getto zou komen." In de zomer van 1942 trouwt hij met
Terug in Eindhoven belandt Margreet Margreets zusje Chel. Op het huwelijk
op de mulo. Doordat ze vaak van school dragen de gasten de verplichte jodenster
is gewisseld, zit ze niet langer bij Fred in op hun kleding. Fred: „Een feestelijke
de klas, maar eentj e lager. trouwerij was het niet."
Fred: „Ik vond het alleen maar gewei- Door dit huwelijk kan ook Chel terecht
dig dat ze er weer was. Dat bolle pony- bij het Speciaal Ontwikkelings Bureau,
kopje had ze niet meer, maar ik vond haar een door Philips georganiseerde groep
nog steeds lief." Joodse werknemers aan wie wordt be-
Na school maken ze vaak samen huis- loofd dat ze niet zullen worden gedepor-
werk, in de kamer achter de koosjere sla- teerd. Fred: „Ze krijgen te horen dat ze
gerij van Freds vader. Lang blijven ze niet naar Spanje konden emigreren."
op de mulo, want al snel mogen Joodse Hoewel personeel van Philips en hun
kinderen niet meer naar een openbare familieleden veilig zou zijn, worden
ls 10-jarige speelt Greetje, zoals ze wordt
genoemd, graag bij Freddy thuis. Ze zit
ten bij elkaar in de klas op de Nutsschool
in Eindhoven.
Margreet: „We voelden ons blijkbaar
toen al tot elkaar aangetrokken."
Fred: „Je was ook zo'n mooie meid!"
Margreet: „Dat weet jij nog!"
Fred: „Ja, je had een bol kopje en schat
tig ponyhaar."
Margreet: „Ik herinner me dat jouw
moeder van die heerlijke taarten bakte."
Niet lang daarna verhuist Margreet
naar Amsterdam. Haar vader, die filiaal
chef is bij schoenwinkel Bata, wordt gere
geld overgeplaatst.
Als Duitsland Nederland binnenvalt,
woont de familie Olman in de Rivieren
buurt, een wijk met veel Joden. „We
zagen mensen van alles doen om uit
magazine 33
TACHTIG
JAAR LATER
ALSNOG
VERLIEFD
Tekst EDITH ANDRIESSE Foto's MARIJN SCHEERES
WG