BUITEN Boeren uit Steentijd bij Baarland 14 ZE zv Lopen door Hansweert is een wandelende geschiedenisles. Op een bord staat de zin 'Hansweert is een dorp dat nooit slaapt', verwijzend naar de parlevinkers van weleer. Het Kanaal door Zuid-Be veland veranderde Hansweert van een be scheiden dorpje in een welvarende plaats vol bedrijvigheid. Sinds de jaren '8o is er veel veranderd. Om plaats te maken voor een nieuwe voorhaven ver dween Hansweert-Oost voorgoed van de landkaart. Het kanaal door het dorp werd gedempt, het oude slui- zencomplex drooggelegd en huizen werden afgebroken om de aanleg van modernere sluizen mogelijk te ma ken. Ik speelde altijd op de oude sluizen. Tikkertje en wegkruipertje Daarmee brokkelde het jeugdsen timent van Huib Boonman af, al zijn de herinneringen nog springlevend. „Ik speelde altijd op de oude sluizen. Tikkertje en wegkruipertje." We zijn de wandeling begonnen bij dorps huis Kaj Munk en lopen richting de zee. Mijn ouders wisten niet dat we hier speelden. Gelukkig maar, want het was levensgevaarlijk met alle smalle en gladde paadjes zo dicht bij het water." Nadat we het jeugdhonk zijn gepasseerd zien we naast de drooggelegde sluizen een kuil waar Boonman en zijn kameraadjes vroe ger voetbalden. „Dit was ons voetbal stadion. Het was in de tijd dat Hans weert 42 actieve parlevinkers en 28 cafés bezat. Er was zoveel bedrijvig heid dat ons dorp de bijnaam 'Klein Antwerpen' kreeg. Voor de parlevin kers was het haastwerk om de sche pen te bevoorraden. Als ze klaar wa ren stonden ze van bovenaf naar 'onze voetbalwedstrijd' te kijken." Voordat we de oversteek maken over de oude sluizen lopen we eerst over de zeedijk naar 'De Punt', zoals de inwoners deze plek noemen. We passeren nog een stukje geschiedenis in de voormalige vluchthaven van Hansweert. Bij eb zijn de restanten van een oud scheepswrak te zien. Het zijn de overblijfselen van de 'Captain James A. Duffy, een kleine sleepboot die is gezonken op de Westerschelde. „Dat was in de tijd van houten sche pen en ijzeren mannen, tegenwoor dig is het precies andersom", grapt Boonman. Vervolgens komen we langs het bronzen beeld Amos. Deze 'wachter over de zee' is een toeristische trek pleister. Na een 'rondje over de voor haven' zijn we weer terug bij het his torisch sluizencomplex. 'Het blijft voor Boonman een nostalgische route over de sluizen, net als vroeger toen hij naar school liep over dit pad. We komen voorbij een voormalige kinderboerderij en verderop zien we de vuurtoren. „Het symbool van Hansweert', zegt Boonman. „Enkele jongeren uit 'Answest' hebben de vuurtoren zelfs op hun lichaam geta toeëerd." Daarna gaat het langs de nieuwe sluizen terug richting het dorpshuis. Daarbij passeren we een gratis standplaats voor campers. „In de zomermaanden ontstaat hier soms filevorming, omdat dit plekje erg gewild is onder kampeerders. Mensen staan uren te wachten tot er een standplaats vrij komt." Over nachten is dus wel degelijk mogelijk in het dorp dat nooit slaapt. UIT DE ZEEUWSE KLEI Archeologische vondsten hoeven niet altijd talrijk of spectaculair te zijn om toch een goed verhaal te vertellen. Een onderzoek uit 1980 bij Baarland le vert daarvoor het bewijs. Buiten dijks waren daar bij laag water stobben van dennen in een veen laag zichtbaar. Het veen, dat er rond 3000 voor Christus begon te groeien, is door de Rijks Geologi sche Dienst bemonsterd. In de ba sis ervan bleken veel pollen van grassen, maar ook van granen en smalle weegbree aanwezig te zijn. Ze vormen aanwijzingen voor be woning in de Nieuwe Steentijd (in Zeeland van 4000-2000 voor Christus), want granen en smalle weegbree duiden op de beoefe ning van landbouw. Het is bekend dat in de loop van de Nieuwe Steentijd het aandeel van smalle weegbree in het algemeen sterk toenam door landbouwactivitei ten. Deze soort groeit meestal op graslanden en open plaatsen in bossen. Het is dus mogelijk dat de eerste boeren van Zuid-Beveland, de pio niers, open plekken hebben gecre ëerd om kleine akkers aan te leg gen. In die tijd bestond dit deel van Zeeland uit een opgeslibd ge bied na eerdere overstromingen. Het is niet duidelijk of men ter plekke granen verbouwde, maar de resten kunnen wel uit de omge ving afkomstig zijn. Enkele kilo meters westelijker, in de omge ving van Driewegen, is ooit een groot fragment van een geslepen vuurstenen bijl gevonden, wat er op wijst dat in die tijd boompjes zijn gekapt. Een ander bewijs voor menselijke aanwezigheid in de Nieuwe Steentijd is de vondst van een fraaie vuurstenen pijlpunt, die bij Kruiningen in een vergelijk baar niveau is aangetroffen als dat van de pollen bij Baarland. Blijk baar was het toenmalige land schap geschikt voor bewo ning en de jacht. Uit het pollendiagram van Baar land bleek verder dat het landschap na 3000 voor Christus een stuk natter werd, ge zien de vele moeras- planten die er toen groeiden. De Steentij dboeren hebben toen waar schijnlijk hun bie zen weer gepakt. donderdag 12 april 2018 ILLUSTRATIE EVA BONNEUR, FOTO'S MARJO BOONMAN EN HANS PUIK Ooit Klein Antwerpen Hans Puik Een wekelijkse wandeling door Zeeland. Vandaag: Hansweert -Huib Boonman Tweewekelijkse rubriek over ar cheologische vondsten in Zee land door Stichting Cultureel Erf goed Zeeland (SCEZ) Hans Jongepier Vuurstenen pijlpunt, gevonden bij Kruiningen. foto hans jongepier ,t drooggelegde sluizencomplex. vuurtoren. Hansweert. Het symbool van Zuidervoorhaven Voorhaven Het bronzen beeld Amos.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2018 | | pagina 42