IN HET NATIONAAL PARK IS HET WOEST EN WILD, ADELAARS EN GIEREN ZWIEREN OP DE THERMIEK EXTREMADURA Spanje castanar 200 m e thermometer in de huurauto meldt dat het buiten 46 graden Celsius is. Bij het uitstappen, kleven de schoenen aan het asfalt. Dit is dan ook het Spanje waar je eigenlijk weg moet blijven. Zeker in de zomer. Te heet, te droog, te geïso leerd. Hier valt niets, maar dan ook hele maal niets te beleven. Zeggen ze. Het landschap in het zuiden van de regio Castilië en León is bleek van de hitte. De braadpan van Spanje doet zijn naam eer aan. In het Parque Natural de las Batuecas-Sierra de Francia, een van de talrijke vergeten natuurgebieden in het Spaanse binnenland, volg ik op goed geluk een weggetje. Het leidt naar San Martin del Castanar. Ik zet de auto aan de kant en volg een ezelspad het dorp in. Ooit woonden er zo'n vijftienhonderd mensen. En nu? De oude Miguel denkt dat het er niet meer dan tweehonderd zijn. Hij zwaait als ik verder loop en drukt me op het hart toch vooral de arena te bezoeken, de trots van het dorp en met die van Ronda de oudste van Spanje. De arena ligt aan het einde van de bebouwing, vlak bij de ruïnes van een kasteel. De verfis afgebladderd, de hou ten tribune half ingestort. In de ring groeit wild gras. Het moet lang geleden zijn dat de laatste stier hier de ongelijke strijd met de toreador aanging. In Alberca, zo'n 15 kilometer verderop, leeft ook enkel nog de herinnering. Al leen oudjes zoals Jésus zijn gebleven of teruggekeerd. „Mijn vier kinderen wonen in Madrid en Bilbao", vertelt hij op het stenen trapje voor zijn huis. „Daar is werk te vinden. De manier van leven uit mijn jeugd is voorgoed verdwenen. Vroeger was dit een levendige straat met in elk huis een grote familie. Een mooie tijd was dat." Dwalen langs de schoonheid van het verval. De sleet mag er dan op zitten, mooi is het wel. De steegjes en pleintjes zijn niet door de moderne tijd aangeraakt en ademen een weldadige rust. De uit steen gehouwen decoratie van een patriciërshuis vertelt het verhaal van ambachtslieden die hun liefde en vak manschap in het werk legden. Je zwerft en dwaalt hier door een wereld die een voudig, geruststellend en vol herinnerin gen is. Hoewel de ontmoetingen met de be jaarde Miguel en Jésus warm en hartelijk zijn, wordt mijn volgende plek favoriet: het iets verderop gelegen Mogarraz. In het oude centrum van het dorp gebeurt namelijk iets vreemds. Hoewel ik er niets of niemand tegenkom, heb ik toch het gevoel dat er leven is. Met dank aan kun stenaar Florencio Maillo, die op de zuch tende gevels portretten heeft geschilderd van voormalige bewoners. Zo wordt de bezoeker overal nagestaard door het verleden. De route naar Trujillo, in de autonome regio Extremadura, gaat dwars door Nati onaal Park Monfragüe. Het is er woest en wild. Gieren en adelaars zwieren op machtige thermiek. Het land van de zon- nebrandcosta's, broodje van Kootje en Friet van Piet lijkt hier lichtjaren ver vandaan. In dit barre landschap wordt de ware ziel van Spanje zorgvuldig ge conserveerd. Zo maken ze verbluffend fijne kazen, zoals de Torta del Casar. En wijn. Veel te droog en warm voor topkwaliteit, zou je denken. Tot je een verdejo of een tempranillo hebt geproefd van een van de vele kleine familiebe drijven die zich soms al meer dan hon- derd jaar weten te handhaven. En dan is daar Trujillo, hoog boven het knoestige land. De gevels van de stadspaleizen zijn versierd met weelderig beeldhouwwerk. Het oogt zo anders dan de eenvoud van de campo, waar boerde rijen recht en wit zijn. Klimmen. Stap voor stap. Boven wachten het kasteel, de muren en een schitterend uitzicht over stad en omgeving. De beroemdste zoon van Trujillo - een onwettige nog wel - staat in brons gegoten op het Plaza Mayor: Francisco Pizarro. Hij dankt zijn faam aan overwin ningen op de Inca's, waarna hij Lima stichtte, de huidige hoofdstad van Peru. Dat dit gepaard ging met buitensporig geweld, bedrog en executies staat niet op de plaquette. De historie wordt nu eenmaal geschreven door de overwin naars. Het is opvallend hoeveel conquistadores uit Extremadura komen. De oorzaak is eenvoudig en hard. Ook in de tijd van de grote ontdekkingsreizen was de streek relatief arm. Zelfs als je van adel was, had je niet veel keuze: een carrière in het klooster of het avontuur. Velen kozen voor de laatste optie, zeilden naar het westen en vernoemden veroverde plaatsen en nieuwe nederzettingen naar stadjes en personen uit hun geboorte- wg magazine 45 SAN MARTIN DEL 1kM LA ALBERCA MOGARRAZ PARQVE nacional DE MONFRAGUE CACERES GUADALVPE MERIDA TROJILLO D

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2018 | | pagina 109