24 ZE
ONTWIKKELINGSHULP WAT TE DOEN MET 1,5 MILJOEN EURO?
Miljoenen bracht broeder Gerard naar
Haïti. Geld waar dankbaar gebruik én
misbruik van werd gemaakt door zijn
'zonnekinderen'. Het moet anders en
beter met deze ontwikkelingshulp,
zeker nu de Zundertse monnik zelf te oud
wordt voor zijn zware missie.
We kunnen die
mensen toch niet
in de steek laten?
erst het slechte nieuws.
Het gaat niet goed met
de ontwikkelingspro
jecten op Haïti waar
broeder Gerard veertig
jaar ziel en zaligheid in stak. De
monnik van de abdij Maria Toe
vlucht bracht er naar eigen zeggen
ruim twee, misschien wel drie
miljoen euro's naartoe.
Geld uit inzamelingsacties, erfe
nissen en familiekapitaal dat hem
in alle vertrouwen werd toebe
deeld. De nu 8i-jarige monnik re
gelde eten en onderwijs voor
weeskinderen, ving alleenstaande
jonge moeders op, bouwde een
boerderij en een werkplaats. Maar
dat alles ligt momenteel groten
deels op zijn Haïtiaanse gat.
Het goede nieuws is dat er voor
de allerarmsten van Haïti nog an
derhalf miljoen over is. Dat werd
na de desastreuze aardbeving in
2010 overgemaakt op de rekening
van de Zundertse abdij en was af
komstig uit een erfenis van een
onbekende die het werk van broe
der Gerard een warm hart toe
droeg. De kloosterlingen besloten
gezamenlijk dat het aanzienlijke
bedrag beheerd moest gaan wor
den door een nieuwe stichting.
Want de hulp zoals broeder Ge
rard die decennialang op zijn per
soonlijke manier regelde, kan in
een volstrekt corrupt en ontregeld
land als Haïti niet meer.
Lastig land, Haïti. Chaotisch
vooral. Hoeveel frère Gerard ook
van de straatarme bevolking op
het zo vaak door natuurrampen
geteisterde eiland is gaan houden
in de vele jaren dat hij er woonde
en werkte, het blijven 'zonnekin
deren'. Zegt de Cisterciënzer zelf:
„Ze overleven bij de dag, worden
geregeerd door dictators, iedereen
is corrupt. Arme creolen zijn de
dupe. Als je ze helpt, delen ze met
de hele familie. Als je niet oplet,
verdwijnen spullen. Containers
met hulpgoederen die nooit aan
kwamen. Zoekgeraakt bij de dou
ane."
„Ik had Yvonne Lubin, een ge
weldige vrouw, aangesteld als di
rectrice voor het weeshuis en de
armenschool. Daar zijn in de loop
der jaren honderden kinderen op
gevoed. Onze gebouwen in Port-
au-Prince stonden op haar naam.
Maar ze is dood. 61 jaar. Ik heb
geen bewijs, maar vermoed dat ze
door eigen familie is opgeruimd
om de panden in bezit te kunnen
krijgen."
Hij was er vorig jaar zomer
voor de ongeveer vijftiende
en misschien wel laatste
keer en overzag de schade
bij 'zijn' projecten. Het
doet de inmiddels wat broze broe
der zeer dat achter zijn rug om zo
veel teniet is gedaan. Maar hij
houdt hoop op betere tijden en
nieuwe mensen die hem helpen.
„Is Haïti een bodemloze put?"
De doorgaans zo opgewekte mon
nik herhaalt de vraag bedacht
zaam. „Aan de ene kant wel. Maar
we hebben de afgelopen decennia
met onze medewerkers daar tal
loze kinderen en alleenstaande
moeders kunnen helpen. Nog zo
veel Haïtianen hebben onze hulp
nodig. Die kunnen we toch niet in
de steek laten?"
Zijn abdij, waar nog maar der
tien broeders onderdak hebben,
heeft deze missie nu in handen ge
legd van de Stichting Beheer Mid
delen Haïti (SBMH). Het klooster
ziet voor zichzelf geen taak op dat
terrein en heeft er de mensen ook
niet voor. De stichting moet de er
fenis van anderhalf miljoen euro,
die in 2014 werd overgemaakt,
naar hedendaagse maatstaven en
wettelijke normen 'transparant,
duurzaam en verantwoord' uitge
ven. Het bestuur vroeg daarvoor
advies aan Rob Padberg (78), oud
consul honorair, al vijftig jaar
woonachtig op het Caribische ei
land en dus goed op de hoogte.
Onlangs kwam Padberg, vriend en
vertrouweling van broeder Gerard,
daarvoor naar Zundert.
„In het opvanghuis zitten nu
jonge hoertjes met hun soute
neurs. Op de boerderij wordt niks
verdiend, de werkplaats is leegge
roofd, eigendomsbewijzen van
gebouwen en stukken grond
zijn verdwenen. Zo kan
het dus niet meer",
zegt Padberg.
zaterdag 24 maart 2018
-2V.
De erfenis van
John Bas
Zundert
—Broeder Gerard (81)
„Deze
erfe-