'Het ergste
is dat
is verdwenen'
Die van mij
IK MIS HET
OM BEKEKEN
TE WORDEN
ALS IK UIT DE
DOUCHE KOM
Loes (68) en Ad (71) hadden een goed seksleven.
Een hormoonbehandeling voor prostaatkanker maakte
van Ad een ander mens.
r is een Ad van vóór en een Ad
van na de prostaatkanker. Voor
hij behandeld werd met hormo
nen, was hij een stoere man die
zich niet liet kennen, die elk
saai feestje op gang kon brengen, maar
niet over zijn emoties sprak. Een man
met een gezond libido, die mij altijd wist
te verrassen in bed en met wie ik al meer
dan veertig jaar een ontzettend fijn seks
leven had.
Sinds de hormooninjecties is hij een
overgevoelig iemand die zomaar ineens
in huilen kan uitbarsten van iets zieligs
op tv. Alles komt veel harder bij hem
binnen; dingen die hij voorheen met een
grapje afdeed, raken hem nu diep.
Die omslag is te wijten aan de vrouwe
lijke hormonen waarmee zijn prostaat
kanker wordt bestreden. Die geven hem
ook opvliegers, zodat hij zich verschrik
kelijk ongemakkelijk voelt. In feite heeft
Ad dezelfde klachten als een vrouw in de
overgang. Maar het ergste is dat zijn lust
is verdwenen en hij geen erectie meer
kan krijgen. De artsen hadden ons er voor
gewaarschuwd, maar stiekem konden we
niet geloven dat de seks in rook zou
opgaan.
Ik weet nog precies de laatste keer, in
november 2015. Tijdens het vrijen merk
ten we dat de passie weg was. We koes
terden nog de stille hoop dat het tijdelijk
was, dat het zou terugkomen. Dat ge
beurde niet. Ons altijd zo bevredigende
seksleven is toen een abrupte dood ge
storven. Dat is heel ingrijpend: voor Ad,
die zich voelt aangetast in zijn man-zijn,
voor mij, omdat het me frustreert, en
voor onze relatie. Want hoewel deze
stevig genoeg is om dit te overleven,
missen we de fysieke verbondenheid,
de momenten dat de vonken eraf spatten,
dat we het in het vliegtuig deden en
samen zo genoten.
'Je kunt toch ook knuffelen?' zei de
huisarts, bij wie we het probleem aan
kaartten. Flikker op met je knuffelen,
dacht ik. Wat een dooddoener. Natuurlijk
is dat ook fijn, maar laten we eerlijk zijn:
het is surrogaat. Ik voelde me niet erg
serieus genomen. 'Wees blij dat jullie in
elk
geval een
goed seksleven
hebben gehad', zei
de arts ook nog. 'Ja, met
de nadruk op gehad!' riep ik.
Ze adviseerde erectiepillen, maar
dat zagen we niet zitten. Daarmee kun je
een lichamelijke reactie teweegbrengen,
maar als het gevoel er niet bij zit, als de
opwinding niet wederzijds is, is het niks.
Dan is het alleen maar een kunstje. De
zelfde weerstand hebben we tegen een
dildo. Nooit hebben we hulpmiddelen
nodig gehad, en dan zou dat nu opeens
moeten?
We praten er nauwelijks over. Als ik
het onderwerp aansnijd, zie ik zulk in
tens verdriet bij Ad. 'Ik zou het je zo graag
willen geven', zegt hij machteloos. Ik val
hem maar liever niet lastig met mijn pijn
- dat wil ik hem niet óók nog eens aan
doen. Ik heb mijn emoties in de parkeer
stand gezet, de eenzaamheid die ik soms
voel. Ik mis het om bekeken te worden als
ik uit de douche kom, hoe Ad me in het
voorbijgaan kon aanraken: kleine gebaren
die me lieten weten dat ik er nog mocht
zijn.
Wat zou het bijzonder zijn als het weer
terugkwam, denk ik soms. Maar het is
kiezen tussen twee kwaden: dit of een
doodzieke man. We schikken ons en
genieten zo veel mogelijk van dat wat
ons nog wél is gegeven. Als Ad mij nu
wil laten voelen hoeveel hij van me
houdt, zet hij een muziekje op dat hij met
zorg heeft uitgekozen. Dat zijn tegen
woordig de dingen waar ik warm en blij
van word. Want met die liefde tussen ons
- daarmee zit het wel goed." 41
magazine 17
zijn
lust
Tekst PAM VAN DER VEEN
Ei
fD De echte namen van Loes en Ad zijn bij de
redactie bekend. Ook geïnterviewd worden over
die van jou? magazine@persgroep.nl