ZEELAND 11
SPORTCLUB GEHANDICAPTEN BEVELANDA
Bij Sportclub Gehandicapten Beveland
in Goes spat het fanatisme en
positivisme ervan af bij de elektrisch
rolstoel hockeyers.
Met piepende banden
scheurden ze soms
door het veld. Het
fanatisme spatte er
bij velen van af, za
terdag bij het elektrisch rolstoel-
hockey in het Omnium. „Maak
niet de fout te denken dat ze
daarin verschillen met valide spor
ters", zei Michiel Ruiter van Sport
club Gehandicapten Beveland. „Ze
zijn hier allemaal zeer competitief
ingesteld."
Ruiter is bij het 8o leden tel
lende SGB één van de vele vrijwil
ligers. Hij is coördinator bij het rol-
stoelhockey - handbewogen en
elektrisch - en is maar wat trots op
al zijn spelers. „Iedereen doet hier
naar zijn of haar mogelijkheden
mee", legde hij uit tijdens de derde
competitiedag in de regio Zuid.
„Dat is het mooie van deze vereni
ging: wat je handicap ook is, er is
altijd wel nog iets te doen."
Bij SGB sporten veel mensen
met een progressieve spierziekte.
„Wat je hier veel ziet, is dat ze een
bepaald traject afleggen", vertelde
de inwoner van Ovezande. „In het
begin, als hun spieren nog niet al te
zeer zijn aangetast, kunnen ze te
recht in het handbewogen rol-
stoelhockey. Daarna, als ze in een
verder stadium zijn, kunnen ze
doorgaan in het elektrisch rolstoel-
hockey. Beide groepen trainen ook
tegelijkertijd en dan is de overstap
niet zo groot. Natuurlijk is het voor
de sporters wel een teleurstelling
als ze niet meer in een handbewo
gen rolstoel kunnen zitten en van
zelfsprekend moeten ze even aan
hun elektrische rolstoel wennen,
maar al snel merken ze dat ze
daarin ook nog een hoog niveau
kunnen halen."
Binnen het elektrisch rolstoel-
hockey bestaan er vervolgens ook
nog eens twee soorten spelers: spe
lers die nog vaardig met hun han
den zijn en dus een stick kunnen
vasthouden en spelers die al geen
kracht meer in hun armen hebben
en een stick aan hun rolstoel vast
hebben zitten. Van die laatste cate
gorie, de T-stickers, moeten er mi
nimaal twee in een vijfkoppig
team zitten. Ruiter: „Bij sommige
spelers moeten we zelfs hun arm
vastzetten, zodat ze altijd met hun
vingers bij de joystick van hun rol
stoel kunnen. Maar ook dan kun
nen ze nog verrassend veel."
Dat was te zien zaterdag. Waar
de zogenoemde 'handstickers' voor
de rushes en de goals zorgden, wa
ren de T-stickers heel nuttig bij het
verdedigende werk. In een team
heb je elkaar - net als in elke an
dere sport - hard nodig. De treffers
werden ook met z'n allen gevierd:
of je nu redelijk mobiel bent of al
een stuk beperkter bent en zelfs
extra zuurstof krijgt via een buis,
in het veld is iedereen onderdeel
van het succes. Ruiter: „Dagen als
deze zijn voor de meesten een
feestje. Als je als valide vrijwilliger
hier rondloopt, voel je het posi
tieve bij iedereen."
Waarheid
SGB 1, dat spelers heeft uit alle
windstreken, had bij het eigen
toernooi wel op iets betere resulta
ten gerekend. De eersteklasser
sloot de dag af met een duidelijke
zege tegen de gedoodverfde degra
dant, maar de eerdere drie duels
gingen verloren. Matthijs Mol, één
van de 'handstickers' was duide
lijk niet tevreden na de eerste
wedstrijden: „We speelden echt
niet goed en hebben elkaar daarna
even flink de waarheid gezegd",
vertelde hij. „Maar dat kan in dit
team, hoor. We accepteren veel
van elkaar. In de wedstrijden zijn
we heel fel, maar daarna gaan we
weer heel gewoon met elkaar om."
Mol is dertig en speelt al twintig
jaar bij SGB. De Goesenaar is gebo
ren met een spina bifida (open
ruggetje) en zit al vanaf jongs af
aan in een rolstoel. Op zijn tiende
bezocht hij de Zeeuwse Olympi
ade, waarbij hij kon kennismaken
met diverse aangepaste sporten.
Hij koos voor elektrisch rolstoel bij
SGB. Later bekwaamde hij zich
ook in het tafeltennis, bij dezelfde
vereniging. „Bij mij is er geen ver
andering in mijn handicap. Het
wordt niet erger, zoals bij de
meesten. Bij anderen in ons team
weet je nooit hoe ze er het vol
gende seizoen voor staan."
Mol, die tevens bestuurslid is en
ook als scheidsrechter optreedt,
vindt het jammer dat SGB niet
meer landelijk speelt. „Toen we de
laatste keer uit de overgangsklasse
degradeerden, deed dat wel pijn",
zei hij. „Maar ja, we raakten twee
belangrijke spelers kwijt."
Dat waren Sjoerd Jansen uit
Oostdijk, een razendsnelle 'hand
sticker' die de Messi van het elek-
Toen we de laatste
keer uit de
overgangsklasse
degradeerden, deed
dat wel pijn
trisch rolstoelhockey wordt ge
noemd, en Bob Götz uit Vlissingen,
die als 'T-sticker' tactisch slim en
verdedigend sterk is. Beiden sloten
aan bij de nationale ploeg en moes
ten daarom bij een andere club op
een hoger niveau gaan spelen. Mol:
„In ons team draaide alles om hen.
Sinds hun vertrek moeten we weer
groeien."
Sportkarretje
Wie zo fanatiek als Jansen, Götz
en Mol is, moet veel investeren in
de sport. De meesten hebben
naast hun reguliere elektrische
rolstoel ook een 'sportkarretje'.
Zo'n robuustere, snellere rolstoel
kost al gauw 15.000 euro. „Daar be
staan allemaal kanalen voor", ver
telde Ruiter. „Inmiddels zijn we
daar bij SGB zo ervaren in, dat we
de sporters en hun ouders wel op
pad kunnen helpen. Het lastige is
wel: gemeentes helpen weliswaar
bij de financiering, maar doen dat
allemaal op verschillende wijze."
Dat weet Mol ook. Die is eigen
lijk toe aan een nieuwe sportrol-
stoel. Bij de gemeente Goes kan hij
aankloppen voor ruim 5000 euro,
waarbij hij dan zes jaar met dat ap
paraat moet doen. „Voor de rest
moet je het zelf regelen. Je hebt
daar wel fondsen voor en je kunt
een crowdfundingactie opstarten,
wat de meesten ook doen. Maar
het is dus anders dan bij voetbal,
waar je voor 100 euro een goed
paar voetbalschoenen hebt."
woensdag 28 februari 2018
Met piepende banden scheuren
Roeland van Vliet
Goes
- Matthijs Mol (30)
Matthijs Mol (rechts) met de bal in actie voor SGB 1. foto johan van der heijden