'Zonder
het uit te
spreken
zette hij een
op de deur
van zijn
atelier'
Die van mij
DE KNAPSTE
MAN VAN
DE BETUWE
VOND MIJ
LEUK!
Voor beiden moest er blijkbaar eerst een huwelijk met
een ander aan voorafgaan voordat Monique (55) en
Herman (59) elkaar in de armen sloten.
I I erman was de knapste man
van de Betuwe. Een superstuk.
Maar bij onze eerste ontmoe
ting kregen we vreselijke
ruzie. Ik vond hem een ver
velende betweter, hij mij een stadse trut.
En dat was ik misschien ook wel. Ik was
18 en door de scheiding van mijn ouders
tegen wil en dank van Utrecht naar
Buurmalsen verhuisd. Een kutdorp in
niemandsland vond ik, met in de wijde
omtrek één discotheek die om 12 uur al
dichtging. Ik wilde er niet zijn, tussen de
boeren, en dat straalde ik kennelijk uit.
Later, in het dorpshuis, hebben we het
uitgepraat. Herman en ik werden vrien
den. In de tien jaar die verstreken, rondde
hij de kunstacademie af, trouwden we
allebei met iemand anders, liepen onze
huwelijken stuk - en zaten wij opeens te
zoenen. De man achter wie de halve
vrouwelijke Betuwe aan zat! Die vond
mij leuk! Dat kan niet waar zijn, dacht ik,
en dus hield ik hem op afstand. Mijn ex
had me net gedumpt en ik wilde niet nog
eens worden gekwetst.
Maar Herman liet het er niet bij zitten.
Op een avond dronk ik een biertje in café
't Luifeltje, en zat hij opeens naast me.
We keken elkaar aan, en hoe cliché: de
vonk sloeg over. Die ochtend hebben we
samen de zon boven Geldermalsen zien
opkomen. Er was geen houden meer aan,
we gingen door roeien en ruiten om bij
elkaar te zijn.
In mijn huwelijk had mijn zelfvertrou
wen een flinke knauw gekregen; ik
bracht mijn tijd voornamelijk door met
wachten op mijn ex. Zou hij dat weekend
nog thuiskomen of ging hij toch met zijn
vrienden naar rockfestival Torhout-
Werchter? We deden nooit iets samen.
Als ik zei dat ik naar de dierentuin wilde,
antwoordde hij: 'Dan ga je toch?'
Met Herman veranderde alles. We gin
gen samen wandelen, zwemmen in de
zandafgraving, schuilen voor het onweer
- gewone dingen, maar ik genoot er met
volle teugen van. 'Hij legt zijn jas over
mijn schouders als ik het koud heb,'
vertelde ik verrukt aan mijn moeder.
Waarop zij zei: 'Dat is heel normaal, Mo'.
Maar
ik was die
aandacht niet
gewend.
Het mooiste aan Her
man vind ik zijn ononder
broken creativiteit. Hij schrijft,
maakt prachtige tekeningen en lijkt
altijd inspiratie te hebben. Hij is bij ons
thuis degene met smaak, die voor sfeer
zorgt, het huis inricht, een open haard
bouwt en kaarsjes op tafel zet. Hij nam
me in het begin van onze relatie zelfs
mee naar de stad om me leuk aan te
kleden. Het is een romantische man die
mij graag verrast met lieve cadeautjes of
een mooi kunstwerkje. En omdat ik
fulltime werk, hoefik van hem nooit te
koken.
Alleen als hij midden in een manu
script of tekening zit, ben ik hem kwijt.
Dan kan ik net zo goed tegen de tafel
praten. Dat was wennen. Toen we net
samenwoonden, denderde ik na mijn
werk altijd zijn atelier binnen om over
mijn dag te vertellen. Terwijl hij net ge
concentreerd naar zijn werk zat te kijken
en geen tijd had voor mijn geklets.
In plaats van dat uit te spreken, zette hij
een slotje op zijn deur, waardoor ik me
natuurlijk buitengesloten voelde. Letter
lijk. Inmiddels weet ik: ik moet hem in
zijn werk de ruimte geven, zoals hij dat
ook altijd bij mij heeft gedaan. Door hem
ben ik tot bloei gekomen, zo voelt het. En
al zijn we na 26 jaar niet meer verliefd,
onze liefde wordt almaar dieper."
magazine 15
slotje
Tekst PAM VAN DER VEEN
ES Ook geïnterviewd worden over die van jou?
magazine@persgroep.nl