1
Peshawa Ismaël en zijn vrouw Adriana zagen de vlammen uit hun huis slaan
11
Wat een klein
krantenbericht is
over een
woningbrand, is
voor de slachtoffers
een groot drama
zv
i„Is dit het?", vraagt Peshawa
Ismaël aan zijn vrouw Adri
ana en kijkt naar de drie tas
sen die Adriana zojuist uit
de zwart gebladderde bo
venwoning aan de Bosch
straat heeft gehaald. „Dit is het",
knikt ze. Meer niet. „Dit is alles
wat we nog hebben." De rest is
weg. Verbrand.
Het is maandag. We staan in de
Bouwerijstraat. Precies op de plek
waar we ook in de nacht van zater
dag op zondag rond 1.30 uur ston
den. Peshawa en Adriana waren
toen in pyjama. Op blote voeten in
de vrieskou. Terwijl zij huilde en
hij haar troostend omarmde, ke
ken ze machteloos toe hoe de wo
ning, waar ze even daarvoor nog
sliepen, uitbrandde.
Nu, maandagochtend, vertelt
Peshawa hoe hij die nacht wakker
schrok van de rook. Eén tel, toen
begreep hij: brand! Hij schudde
zijn vrouw wakker. „We sprongen
uit bed, ik pakte haar hand, we
renden naar de deur. Toen we die
openden kwam er een enorme
hoeveelheid rook op ons af. Tas
tend gingen we de trap af, het dak
terras op, naar buiten. Daar ston
den ook de bewoners van de etage
onder ons. Gelukkig. We waren al
lemaal veilig. Maar", en hij knikt
naar de zwarte kozijnen. „We za
gen de vlammen uit ons huis slaan
en wisten: alles is weg."
Peshawa kijkt mij aan: „Jij was
er ook", zegt hij dan. Ik knik en
vertel. Hoe ik toevallig de Bosch
straat in fietste en zag hoeveel
rook er was. Uit café De Beyerd
kwamen eigenaar Mikel de Jongh
en een vaste gast rennen. Samen
zochten we, zagen uit de dakkapel
een rookkolom. De vaste gast be
gon meteen aan te bellen, te roe
pen, in de hoop bewoners te wek
ken. Iemand op straat riep dat hij
1-1-2 had gebeld. En terwijl de po
litie de straat inreed, zag ik Pes
hawa. In zijn dunne pyjamabroek
kwam hij uit de Bouwerijstraat
rennen, wenkte. Ik ging mee en
zag, terwijl de politie aan de voor
kant de deur probeerde in te slaan,
hoe het vuur juist uit de achter
kant sloeg.
We renden de Boschstraat weer
in, riepen de politie, die rende
mee. „Iedereen uit het pand?" Ja,
wist Peshawa en wees, terwijl de
brandweer arriveerde. Hij, zijn
vrouw, en de drie bewoners en
Het wordt moeilijk
om een nieuw
huis te vinden
hun hond van de andere etage. Ie
dereen veilig. Maar verkleumd tot
op het bot. „Toen kwamen de
mensen van boven de Turkse bak
kerij in de Boschstraat dekbedden
uitdelen", weet Adriana. Ze is ze
nog steeds dankbaar, zegt ze.
Deze maandag vertellen Pes
hawa en Adriana. Hoe ze naar het
ziekenhuis moesten, terwijl de an
dere slachtoffers werden opgevan
gen in het Indiase eethuis in de
Boschstraat. „We hadden veel rook
ingeademd." Hoe hun vriend Wa-
hik, die ze hadden kunnen bellen,
hen ophaalde en mee naar huis
nam. Daar logeren ze nu. Slapen er
in het bed van Wahik en zijn
vrouw. Die zijn zolang in hun
woonkamer gaan liggen.
Voor de andere slachtoffers was
het probleem groter. Geen hotel
accepteerde een hond of wilde hen
zonder identificatie opnemen,
vertelt de huisbaas, die inmiddels
ook is aangekomen. „Ze hadden
natuurlijk geen ID", zegt hij. „Die
was verbrand. Ik heb ze toen mee
naar huis genomen."
Deze maandag. „Zijn we even
terug geweest", zegt Wahik, die
met zijn vrienden mee is. „Kijken
of er nog iets is gered. Adriana
heeft nog wat kleren kunnen vin
den. Ze stinken, maar zijn nodig.
Peshawa heeft mijn maat, kan
mijn kleren aan. Maar Adriana
heeft alleen haar pyjama."
Adriana knikt. Kijkt naar de tas
sen. Het is alles wat zij en Peshawa
nog bezitten. Geen spullen, geen
foto's, geen huis. Niets. Alleen:
„Elkaar gelukkig", zegt Peshawa.
„We weten: het wordt moeilijk om
een nieuw huis te vinden, om alles
weer op te bouwen." Adriana be
gint weer te huilen. Maar: „We
zijn ongedeerd." Dat is uiteindelijk
het belangrijkst. Overigens is de
oorzaak van de brand nog steeds
onbekend.
woensdag 7 februari 2018
'We hebben niets meer, alleen elkaar'
Edine Wijnands
Breda
Een paar tassen, dat is alles
wat Adriana heeft kunnen red
den. Ze zet ze in de auto van een
vriend, foto edine wijnands
De brandweer voert een con
trole uit na de brand.
FOTO PERRY ROOVERS/MARIC MEDIA
- Peshawa Ismaël