'Dieken' is een avondlijk ritueel. Ze houden de zee graag buiten maar kunnen
die ook niet missen. En verliezen ze de vuurtoren uit het oog, dan
krijgen ze de landziekte. Want van Wasschappel, zingt het volkslied: 'zö
vinjed'rgintwêê'.
12 WEE
100% ZEEUW 'ECHT' ZEEUWS DORP
't Gae nie mi d'n staende
waegen - Het hoeft niet zo vlug
Een gesloten gemeenschap
op het uiterste puntje van
Walcheren. Met mensen
zo nors als de Noorman
nen die er ooit binnenvielen. Waar
de kerk de dienst uitmaakt. Voor
oordelen genoeg over Westka
pelle. Vaak onterecht, maar daar
hebben de Wasschappelaars zelf
wel aan bijgedragen.
Geen andere Walcherse ge
meenschap is zo gehecht aan het
eigen dorp, de eigen taal. Ook de
jeugd spreekt nog het liefst Was-
schappels. „Het is een automa
tisme", zegt Rens Janisse (20).
„Dan vind ik de woorden gemak
kelijker", verklaart Julian Cop-
poolse (18).
Zoals de stoere dijk hen be
schermt tegen de zee, wierpen de
Wasschappelaars ook een onzicht
bare drempel op tegen alles en ie
dereen 'van achter de toren'. Daar
begon de buitenwereld en die
moest vooral daar blijven. „Jon
gens die voor onze meisjes kwa
men, werden weer naar buiten ge
slagen", herinnert Jan van Beek
huizen zich over zijn jeugd in de
jaren 60. „Letterlijk ja, dat werd
vechten." Kee de Witte weet het
ook nog. „Nee, met een jongen van
Domburg kon je beter niet thuis
komen." En nu? Ze lacht. „Ach. D'r
wordt nog wel geschimpt op
Domburg, maar in de oorlog, toen
Ze weten alles van je.
Heeft iemand iets
gedaan, dan weten
we dat ook allemaal
we voor het water moesten vluch
ten, hebben ze daar wel goed voor
ons gezorgd."
De scherpte is er allang af, weet
Kees Meijers uit ervaring. Hij
komt uit Veere maar woont al zo'n
dertig jaar op het dorp. „D'r wo
nen hier ook veel mannen uit Ar-
nemuiden. Want zo is het wel: een
Wasschappelse gaat niet zomaar
weg. Dus wil je met haar trouwen,
dan moet je hierheen."
Als je past, dan blijf je. Pas je
niet, dan kun je beter weer ver
trekken. Maar óf je past, ligt toch
vooral aan jezelf. „We zijn hier be
scheiden. Je moet dus niet denken
dat je meer bent dan een ander",
verklaart Van Beekhuizen. En wel
netjes gedag zeggen op straat. Eén
keer niks zeggen wordt je verge
ven, een tweede keer niet, waar
schuwt de Witte. „Me bluuve nie
an'ouwe."
Kee de Witte zit met acht dames
te breien in het Polderhuis - het
museum dat de geschiedenis van
het dijkwerkersdorp belicht en de
belangrijkste ontmoetingsplek is
geworden, met tweehonderd vrij
willigers. De Mutsenclub komt
maandelijks bij elkaar. „Breien kan
ik thuis ook, maar hier heb ik ge
zelligheid", zegt Katrien Ale-
wijnse. Ze is een echte Wasschap
pelse. „Ik ben hier geboren ik zal
hier ook wel doodgaan." De Witte
knikt. „Ik ook, hoop ik."
JelmerTheune heeft zijn leven
nog voor zich. Maar ook de 19-ja-
rige wil niet weg. „Mijn werk ligt
op zee, ik studeer aan de HZ voor
maritiem officier. Dus er moet wel
een heel goede reden zijn om te
verhuizen." Zijn sociale leven
speelt zich afin Westkapelle. Fa
milie, vrienden, discotheek De
Hooizolder, café Het Kasteel van
Batavia, het tweede elftal van
voetbalvereniging De Noorman
nen. Vanuit de dug-out ziet Jelmer
hoe zijn ploeggenoten de grauw-
nekken van Domburg verslaan.
„Dit blijft een speciale wedstrijd."
Domburg, dat is het dorp met
stadsrechten dat de wereld ver
welkomde. Waar toeristen met
kunstenaars in hun kielzog
nieuwe allure brachten. Intussen
bleef Westkapelle dichter bij zich
zelf. Toch trokken die tradities en
karaktervolle koppen de aandacht
van kunstenaars, Charley Toorop
en Eva Besnyö voorop.
Dat kunstenaars zich er lang ge
leden al zo thuis voelden, onder
streept dat het beeld van buiten
staanders over het dorp niet klopt.
Maar het is wel hardnekkig. Lan
delijke media die in 2012 op de on-
tuchtaffaire doken waarbij jaren
lang tientallen jongens misbruikt
werden door een dorpsgenoot,
vervielen in stereotyperingen die
U voortkwamen uit
vooroordelen. Ze om
schreven Westkapelle steevast als
een gesloten en strenggelovig
dorp. „Stugge mensen, ik kom ze
overal tegen. Maar niet hier", re
ageert Katrien Alewijnse. Wel is
Een Wasschappelse
gaat niet zomaar weg.
Dus wil je met haar
trouwen, dan moetje
hierheen
de sociale controle nog altijd
groot, beaamt Van Beekhuizen.
„Ze weten alles van je. Heeft ie
mand iets gedaan, dan weten we
dat ook allemaal. Komt-ie van bin
nen, dan komt-ie ermee weg. Is
het er één van buiten, dan wordt-
ie gepakt." Dat heeft mede te ma
ken met de complexe familieban
den. Van broers tot achterachter
neven in een dorp met nog geen
2600 inwoners. Om die uit elkaar
te houden, zijn bijnamen onmis
baar. „De mijne is Kletter", zegt
Jelmer Theune. „Dat slaat terug op
de oma van mijn vader geloof ik,
een VanRooijen."
Het grootste misverstand blijft
de vermeende dominantie van het
geloof. Gelovigen zijn er veel,
streng ook. „Maar we horen niet in
het rijtje met Aagtekerke en Melis-
kerke", corrigeert Van Beekhui
zen. Dat vertaalt zich ook politiek.
Onder de rode dakpannen huizen
veel sociaaldemocraten. „Was
schappelaars zijn dan ook vooral ar-
zaterdag 3 februari 2018
GO
Westkapelle is hecht
maar niet gesloten
Maurits Sep
- Jan van Beekhuizen
- Kees Meijers
▲T Jelmer Theune kijkt vanuit de dug-out toe hoe zijn team, het
tweede van Noormannen, thuis tegen Domburg speelt.
Deze krant onderzoekt in de
serie '100% Zeeuw' het Zeeland-
gevoel, dat volop leeft en breed
wordt uitgedragen. Vanwaar die
trots? Wat onderscheidt ons van
de rest? En vooral: wat maakt ie
mand tot een 'echte' Zeeuw?
Volgende week zaterdag in de
serie 100% Zeeuw: Zeeuwse
helden.