M Rennen voor je leven en niet omkijken 5 InHansweert kijkt men vooral vooruit. Het dorp wacht een nieuwe versterking van de dijk, die ingrijpende gevolgen heeft voor het dorp. „Ik hoop niet dat de dijk nóg hoger wordt." Vanuit zijn hooggelegen appartement aan de Berkellaan kijkt Cees Quakkelaar precies over de dijk naar de Wester- schelde. De vroegere kleine sluis is nu zijn 'achtertuin'. „Ik heb het idee dat iedereen in Hansweert zich wel veilig voelt achter de dijk. De oude dijk was lager en die heeft het ook gehouden in 1953." De Ramp was voor Quakkelaar persoonlijk geen traumatische ge beurtenis. „Ik was toen acht jaar en zat in de tweede klas van de la gere school. Wat ik me vooral her inner is dat we twee, drie weken - en misschien nog wel langer - niet naar school hoefden." Het dorp werd gespaard. „De dijk bleef heel. Alleen het lager ge legen gedeelte stond blank door dat het water over de dijk heen was geslagen. Maar Hansweert- Oost, aan de andere kant van het kanaal, is wel ondergelopen. Dat was dezelfde polder als Kruinin- gen. De bewoners zijn toen alle maal geëvacueerd. Als de dijk aan de westkant het had begeven, waren de gevolgen catastrofaal geweest. „Het dorp ligt in een kom", zegt Quakkelaar. „Dan was het in no-time volge- stroomd. Heel veel mensen zou den zijn verdronken." Hoe imposant de dijk bij Hans- weert er nu ook uitziet, hij voldoet niet aan de jongste eisen. Een nieuwe dijkversterking is daarom noodzakelijk. Er wordt rekening gehouden met een verhoging van minimaal 80 centimeter en maxi maal zelfs 3,5 meter. Voor waterschap Scheldestro- men betekent 'Hansweert' een nieuwe fase in het op orde houden van de dijken, een werk dat nooit af is. Sinds 1 januari 2017 gelden andere normen. Daarbij staan de risico's centraal: wat zijn de gevol gen als het gebied overstroomt? Als er bijvoorbeeld veel mensen achter de dijk wonen of er een zie kenhuis is, stelt dat strengere eisen aan de dijk. In 2023 moeten alle dijken zijn getoetst aan de nieuwe normen, die ook inspelen op de klimaatver andering. Het waterschap schat in dat 60 tot 100 kilometer Zeeuwse dijk moet worden aangepakt. De kosten worden geraamd op 150 tot 300 miljoen euro. In 2050 moet al les op orde zijn. Hansweert is het eerste traject in de rij. Dat werd bij de eerdere toetsing afgekeurd, omdat het niet aan de nieuwe normen voldoet. Toch is er geen acuut gevaar, bena drukt dagelijks bestuurder Bert de Smet van het waterschap. De dij ken zijn sterker dan ooit. „Maar zolang we onder de zeespiegel le ven, blijf je risico's houden. Er kan altijd wat gebeuren." De kans dat iemand door over stroming om het leven komt, mag uiteindelijk nooit groter zijn dan 1 op 100.000 per jaar. Miniem, maar niet uitgesloten dus. „Het kan ook morgen gebeuren", zegt André Marinisse, adjunct-afdelingshoofd waterkeringen bij het waterschap. „We hebben de wijsheid niet in pacht. Het blijft kansberekening." Het wordt een omvangrijk pro ject. Alleen al de 'verkenningsfase' - het onderzoek naar de beste op lossing voor het 5,2 kilometer lange traject tussen de sluizen en de Willem Annapolder - kost ruim 3 miljoen euro. De uitvoe ring zelf vergt tientallen miljoe nen. Voor Hansweert geldt de op een na strengste norm. Een hogere Zolang we onder de zeespiegel leven, blijf je risico's houden en/of bredere dijk lijkt onvermij delijk. De vraag zal vooral zijn wat dat betekent voor het dorp, dat te gen de dijk is aangebouwd. Moe ten er huizen wijken? „Daar zijn nog geen aanwijzingen voor", zegt De Smet. „Dat zal uit de verken ning moeten blijken." Het waterschap overlegt de ko mende tijd met betrokken partijen over wat er kan en moet gebeuren. Er staan informatieavonden op stapel in Schore (nota bene op 1 fe bruari) en Hansweert zelf (8 fe bruari). „We kijken waar mensen belangen hebben en proberen die waar mogelijk mee te nemen in het ontwerp." Daarbij kan het ook gaan om zaken zoals bankjes op de dijk, het behoud van de fietsroute en de toekomst van het strandje. De ervaringen in Hansweert moeten zich uitbetalen bij de vol gende projecten. „Voor ons is het nieuw. Niet alleen wij, maar heel het land zit in een leerproces", zegt De Smet. Cees Quakkelaar is benieuwd wat er allemaal gaat gebeuren. „Ik kan niet beoordelen of dit allemaal nodig is, want ik ben geen deskun dige. Maar ik hoop niet dat de dijk nóg hoger wordt." Hij wijst erop dat eerdere pro jecten in het dorp al hebben geleid tot de sloop van huizen en zelfs complete straten. Hij zou het be treuren als dat weer nodig is. „Dan blijft er straks in Hansweert niets meer over." Deel uw persoonlijke verhaal dinsdag 30 januari 2018 PC Dijk moet nog sterker worden Rolf Bosboom Cees Quakkelaar kijkt vanuit zijn appartement over de dijk naar de Westerschelde. „Ik heb het idee dat iedereen in Hans- weert zich wel veilig voelt." FOTO MECHTELD JANSEN - Bert de Smet, waterschap Mik was een meisje van zeven jaar, de oudste van vijf kinderen, toen het gebeurde. Mijn vader was douane in Hans- weert-Kruiningen. Mijn Brabantse moeder had, voordat ze mijn vader leerde kennen, nog nooit de zee gezien. Mijn vader, altijd aan de radio ge kluisterd - overigens deed hij de rest van zijn leven niet anders dan 'nieuws luisteren' - zat die bewuste avond en nacht van 31 januari op 1 februari 1953 ook zowat in de radio en vertrouwde het zaakje niet. Overal sloegen gaten in dijken! En wij, wij woonden vijftig meter van een dijk af, aan de andere kant van Kruiningen, met gevaar van een dijkdoorbraak! Wat ik mij herinner is dat we alle maal uit bed getrommeld werden. In een sneltreinvaart werden er kleren over onze pyjama's aan ge daan. Mijn twee kleinste broertjes werden in de kinderwagen gelegd en wij, de drie andere kinderen, moesten ons vasthouden aan die kinderwagen. En toen werd het met z'n allen rennen, want in de dijk was al een gat geslagen en het water stroomde vlak achter ons de straat in. Rennen voor je leven! Ik kreeg op mijn kop omdat ik om keek! We renden zo hard mee als onze beentjes maar konden, naar de zus van mijn moeder die achter de volgende dijk woonde. Daar ver zamelden zich in die nacht meer dere gevluchte mensen, zodat we urenlang in angst voor nog meer doorbraken in dat kleine huisje wel met een man of dertig waren. Er was nauwelijks iets te eten of te drinken. Ik herinner me veel hui lende kinderen. Mijn vader wilde weg uit Hans weert. Uiteindelijk, na veel gedoe, kreeg hij een taxichauffeur zover dat hij ons als laatste ritje - er was geen benzine meer - wel tegen een fors bedrag (naar ik later heb gehoord), weg wilde brengen. Met z'n allen werden we in de taxi ge propt. Waar naar toe? Goes! Ge lukkig was de hulpverlening daar al op gang gekomen en werd ons hele gezin 's morgens vroeg in huis genomen door een echtpaar. Ik zou De redactie is op zoek naar persoonlijke verhalen over de Watersnoodramp. De bijdragen die we ontvangen, plaatsen we op onze website. U kunt uw verhalen mailen naar web@pzc.nl. niet weten waar en bij wie, maar ik ben de mensen die dit hebben ge daan eeuwig dankbaar! In de loop van die bewuste och tend kwam de melkboer daar aan huis. Die lieve mevrouw vroeg hem om enkele liters melk en pap voor ons. Maar dat ging niet zomaar: alles was al op rantsoen gezet! Ik werd samen met een broertje naar voren gehaald om aan te tonen dat ze evacués had! Een lange gang door en terug in de keuken kregen we pap te eten. Het is mijn enige herinnering aan dat gezin. Na enkele dagen vertrokken we naar familie van mijn moeder in Brabant. Ons huis was onbewoon baar geworden. De angst bij mijn moeder zat er goed in; ze is na die bewuste nacht nooit meer in Hansweert-Kruiningen geweest! Getuigenis uit de collectie van het Watersnoodmu seum. 99

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2018 | | pagina 37