In de wintermaanden haalt
Venetië opgelucht adem. Uit de
nevel komt heel voorzichtig de
stad tevoorschijn waarop
reizigers in vorige eeuwen
ongeneeslijk verliefd werden.
et water van de lagune klotst
zachtjes tegen de kade. Door
de smalle straten en kanalen
fluistert de zilte wind lieve
woordjes. Ze glijden langs de
afgebladderde gevels van de palazzo's die
in eeuwen van voorspoed zijn gebouwd
voor luisterrijke families als Foscari,
Rezzonico en Mastelli.
Op het Piazza San Marco - het enige
plein in de stad dat Piazza heet, de andere
zijn campo's - echoot het geluid van hoge
hakken. Ze zijn van een dame die het
plein oversteekt richting de basiliek.
Achter het raam van het legendarische
café Florian ziet een stelletje de kou aan
hen voorbijlopen. Diep weggedoken in
jassen, mutsen en wollen shawls.
Dit is het Venetië waar Lord Byron -
dichter, rokkenjager en societyfiguur
in de 19de eeuw - voor viel. Na de val
van de Republiek Venetië in 1797 en de
ineenstorting van de handel, had de stad
precies de melancholische sfeer waar
de romantici - Byron dus ook - naar
zochten.
'Die stralende, treurige elegantie van
het verval', schreef de Amerikaanse
auteur Henry James over zijn liefde voor
Venetië in Travelling Companions. Schrij
vers, dichters, schilders, componisten.
Stuk voor stuk werden ze gegrepen door
de stad op het water, met in hun kielzog
de welgestelde adel en groeiende mid
denklasse. Er werd geschreven, gecom
poneerd en geschilderd. In een tempo
alsof ze allemaal bang waren dat Venetië
het eind van de dag niet zou halen.
Dat gevoel is nu, goed twee eeuwen
later, nauwelijks veranderd. De prachtig
ste palazzo's aan het Canal Grande zien
er, met hun voeten in water, kwetsbaar
uit. Bij hoog water lopen het Piazza San
Marco en andere laaggelegen delen van
het oude centrum onder en hoewel de
golven teder zijn, knagen ze dag in dag
uit aan de versteende eikenhouten palen
onder de waterspiegel. De fundering van
Venetië wankelt.
Zoals zo vaak op winterdagen
magazine 41
Winters