WEER EVEN THUIS 19 Wouta Ribbens - nu weduwe Smallegange - groeide op in Zierikzee met uitzicht op de Nieuwe Haven. Daar meerde de Koophandel 4 af, het beurtschip van haar vader. •Ste*;- i ,.S'V Bij het begin van de oorlog kwam mijn vader met zijn schip in Duinkerke terecht. Pas twee maanden later kwam hij thuis, te voet, de Duitsers hadden het schip gevorderd Haar doopnaam is Wouterina. In het dagelijks gebruik werd dat Wouta. Naar grootvader Wou ter Ribbens. Aanvankelijk was een zoon naar opa genoemd. Maar die overleed. Toen er zich vervolgens nog een dochter aandiende, moest grootva der alsnog in ere worden gehouden. We staan in Zierikzee voor het huis waar Wouta het grootste deel van haar jeugd woonde, op nummer 3 in de straat die 's-Heer Lauwendorp wordt genoemd. Geen misver stand mogelijk, in de topgevel is een gevel steen ingemetseld, waarop staat: 'Wouta's Home'. „Ja, dat ben ik", zegt ze. Achter haar rollator gaat ze gladjes richting de brug van de Zuidhavenpoort. Daar, aan de overkant lag het pakhuis van haar vader Pie- ter Ribbens. Hij was in de familie de zevende en meteen de laatste generatie beurtschipper, die op Rotterdam voer. De Koophandel 4 was zijn schip, dat hij naar eigen ontwerp liet bouwen. Dochter Wouta mocht wel eens meevaren. Er was weinig luxe aan boord, her innert ze zich. Haar vader wilde geen roef, hij hield het achterdek open om er vaten te ber gen. Vaten die op andere beurtschepen in de gangboorden werden gestouwd. Dat was vol gens vader Ribbens risicovol als je erover heen moest lopen. Wouta Ribbens werd in 1935 geboren in een huis aan de Nieuwe Haven in Zierikzee, D201 volgens de oude wijknummering. Ze was een achteraankomertje. Haar zus Jans was twaalf jaar ouder, broer Adriaan acht jaar. Beiden zijn inmiddels overleden. Vader Ribbens sloeg in 1938 zijn slag. Hij kocht een vervallen pand bijna op de kop van 's-Heer Lauwendorp en liet het afbreken. In 1939 mocht Wouta de eerste steen van het nieuwe huis leggen onder het toeziend oog van aannemer Van Almkerk. Diens vrouw was een nicht van de Wouta's moeder - lijn tjes waren kort in Zierikzee. De geglazuurde 'eerste steen' zou bij de voordeur moeten zit ten, maar is niet meer te vinden - waarschijn lijk verdwenen in een latere verbouwing. Het huis was Wouta's thuis tot ze in 1959 trouwde met landbouwer Jaap Smallegange. Ze ging met hem wonen op zijn boerderij, pal tegen de Koudekerkse inlaag. Nu woont en werkt haar zoon Willem er. Zelfheeft ze zich in Burgh-Haamstede gevestigd, in het dorp. Ze is weduwe sinds 1994. De herinneringen aan haar jeugdjaren ko men rap terug. Tegenover het huis ligt de Mo lenberg. Van de stenen van de afgebroken molen werd een schuur bovenop de verho ging gebouwd. Dat kun je nog goed zien, wijst de oud-Zierikzeese: „Bij de afbraak kwamen de kleine stenen van het bovenste deel van de molen het eerst beschikbaar. Die zitten nu in de onderste lagen van de schuur." Je kon er goed verstoppertje spelen. De buurtkinderen stookten er vuurtjes en hadden plezier met carbid schieten. Achter de molenberg lag 'de pit' van Geelhoed, een drinkput voor het vee. Ze vertelt: „In 1953, na de watersnoodramp, is de put volgestort met huisvuil. Omdat er zo veel onder water stond wisten ze niet meer waar ze met het stadsaf- val naar toe moesten. Jammer, ik heb op de put leren schaatsen." Het huis zelf was voor de jonge Wouta een hele verbetering ten opzichte van de woning aan de Nieuwe Haven. Volop ramen op het zuiden, dat bracht veel licht. Over de begintijd herinnert ze zich de eerste school jaren tijdens de oorlog: „Mijn moeder bracht me in een wandelwagen naar de kleuterschool. Omdat er weinig brandstof was kon er maar weinig worden gestookt, het was er koud. Ik wilde er niet meer naar toe. In plaats daarvan ging ik kennis maken met de mensen in de straat. Daar kreeg ik een gebakken visje, verderop hadden ze een mooi haarlint voor me. Ik was het lievelin getje van de buurt." De oorlog en de watersnood tekenden haar jeugd. „Mijn vader was vaak weg. Op de kri tieke momenten stond mijn moeder er alleen voor. Bij het begin van de oorlog kwam mijn vader met zijn schip in Duinkerke terecht. Pas twee maanden later kwam hij thuis, te voet, de Duitsers hadden het schip gevorderd. Op de ochtend van de Ramp in 1953 werd ik wakker van de sirenes en het klokgelui. 'Groot alarm hoog water', riep een man die achter de schuur op de molenberg voor de storm schuilde. Wij werden niet overspoeld door water, maar door mensen verderop uit het lager gelegen deel van de straat." zaterdag 13 januari 2018 Uitzicht op vaders beurtschip Wouta Smallegange-Ribbens in Zierikzee bij het huis (rechts) waar ze opgroeide. Links de Zuidhavenpoort. FOTO DIRK-JAN GJELTEM A Wouta Ribbens is drie jaar als ze onder toeziend oog van aannemer Van Almkerk in 1939 de eerste steen legt voor het huis aan de straat 's-Heer Lauwendorp. - Wouta Smallegange-Ribbens M Gevelsteen van het nieuwe huis: Wouta's Home. FOTO DIRK-JAN GJELTEMA Jan van Damme Heeft u herinneringen aan uw ouderlijke huis die u wilt delen en wilt u weer even terug? U kunt uw verhaal doen in 'Weer Even Thuis'. U kunt contact opnemen met Ab van der Sluis: 08801- 30203, chefnieuws@pzc.nl.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2018 | | pagina 55