Parkrangers verjagen criminelen met overmaat aan vriendelijke aandacht
14 ZE
Oud-commando's houden
bedrijventerreinen in de
gaten. „Onze grote kracht
is: wij hebben de tijd."
wegrennen.
Hellendoorn
11 RANGERPATROL
De onderkant van de sa
menleving trekt iedere
dag aan de drie Roosen-
daalse parkrangers voor
bij. Inbrekers, helers,
drugsdealers- en gebruikers, prostitu
ees en hun klanten, afvaldumpers en
ander gespuis houden zich op in de
straten van Majoppeveld en Borch-
werf I. Maar wel steeds minder, want
sinds hun aanstelling in juli, merken
de parkrangers dat het met deze be
drijventerreinen de goede kant op
gaat.
„Ik denk dat de bedrijven die hier
niet thuishoren, binnenkort vertrek
ken, ze krijgen te veel aandacht. Wij
rijden elke dag langs en stappen heel
vaak binnen. Gewoon, met een vrien
delijk gezicht, om te vragen of alles
goed met ze gaat. Dit is hier geen goed
klimaat voor ze. Ze verdwijnen, zeker
weten", zegt Frank Hellendoorn.
Hij vormt samen met Lion de Frel
en Peter de Ruiter het team parkran
gers. Ze zijn alle drie zestig jaar oud en
hebben alledrie een verleden als kapi
tein bij de commando's. Ze hoeven
niet meer te werken, maar zijn nog
lang niet oud en versleten. De stoere
Land Rover van de parkrangers stuurt
Hellendoorn langs de hotspots die ze
in kaart hebben gebracht. Bedrijven
die zij verdacht vinden. „Omdat er
veel te dure auto's af en aan rijden, ter
wijl er in het bedrijf niks gebeurt. Er
wordt nog geen pallet verzet."
Ze kennen de afwerkplekken waar 's
avonds hoertjes werken. Soms bege
leid door loverboys. „Wij stoppen en
zetten groot licht op zo'n auto waar
hét zich afspeelt. Ik heb al
eens een vent met
zijn broek op de
tótejysj enkels zien
rijdt langs de plekken waar 's avonds
drugs worden verdeeld onder de dea
lers die met hun scooters de stad in
rijden, om het spul te verkopen. De
zwarte sporen van autobanden verra
den de ruige rijstijl van zowel auto's
als scooters.
Als Hellendoorn twee auto's stil ziet
staan en het vermoeden heeft dat hier
drugs worden gedeald, stapt hij er op
af. „Met een vriendelijk gezicht vraag
ik of ik iets kan doen voor ze, mis
schien heeft er wel een autopech. Als
het antwoord is dat ze staan te chillen,
vraag ik of ze geen rotzooi willen ach
terlaten. Dat vinden ze erg vervelend!
Zeker omdat ik ook hun kenteken op
schrijf."
Op een van die plekken vinden de
rangers een stapel afVal van waar
schijnlijk een koperdiefstal. Hellen
doorn maakt een foto en stuurt die
Ik heb al eens een vent
met zijn broek
op de enkels zien
wegrennen
naar de Buiten beter-app van de ge
meente Roosendaal. „Dat werkt
prima. Het wordt dan snel opge
ruimd." En vervolgens wordt contact
gezocht met het bedrijf dat camera's
aan de achtergevel heeft hangen, die
op deze plek zijn gericht. „Mogelijk
staan daar beelden op die naar de ver
dachten kunnen leiden." Dat is dan
geen zaak meer van de rangers, maar
van de politie, want de taken zijn strak
en helder verdeeld.
„Wij hebben niet meer bevoegdhe
den dan een gewone burger. We dra
gen zaken over aan de politie, zodat
die er verder mee kan."
Volgens ranger Lion de Frel helpt de
militaire ervaring bij deze aanpak.
„We vliegen het aan als een missie in
Irak. De eerste periode hebben we ge
bruikt om ons een beeld te vormen
van wat er aan de hand is in het ge
bied. Door het uit te werken in rap
porten krijg je gevoel bij het terrein.
We zijn bij elke ondernemer langs ge
gaan, we worden één met de bevol
king waardoor we erachter komen wie
we kunnen vertrouwen en we leren
omgaan met meerdere culturen. Dat is
hier precies hetzelfde", zegt De Frel.
Buitenlandse chauffeurs worden
aangesproken als ze staan geparkeerd.
De smartphones van de rangers staan
vol met nuttige apps, van het achter
halen van kentekens tot het vertalen
naar het Bulgaars of Pools. „De chauf
feurs moeten ergens blijven, dat besef
fen we. Het probleem is de vervuiling.
Ze laten het meestal netjes in een
vuilniszak achter, maar ze doen ook
hun behoefte in de berm."
Extra aandacht is ervoor Stepvel-
den, waar het crematorium staat. „Die
lui kennen god noch gebod, dus ook
daar staan 's avonds auto's. De plek in
teresseert ze helemaal niks. Zolang
het maar donker en afgelegen is. Ook
hier spreken we ze aan, dat vinden ze
niet leuk en verdwijnen dan snel." Zo
worden iedere dag rondes gereden, op
wisselende tijdstippen tussen 7.00 en
24.00 uur.
De rangers zijn er samen 80 uur per
week. Hellendoorn: „Ik zou best uit
breiding willen. Want negatieve aan
dacht helpt. Dat zien we nu al. Ik denk
dat de formule gevonden is om het gat
te vullen dat de politie achterlaat om
dat die niet overal bij kan zijn. Weet je
wat onze grote kracht is: wij hebben
de tijd. Wij kunnen rustig in onze
auto een tijdje stilstaan. Zo zijn wij de
relatief goedkope ontbrekende scha
kel. En ik ken meer oud-collega's die
dit leuke en nuttige werk een poosj e
willen doen, ten dienste van een
schone, hele en veilige samenleving."
vrijdag 29 december 2017
ZE
A Parkrangers
Lion de Frel,
Frank Hellen
doorn en Peter
de Ruiter (vlnr) in
actie. FOTOPETERVAN
TRIJEN/PIX4PR0FS
Rangers
zitten
gespuis
op de
nek, met
militaire
precisie
Frank Timmers
Roosendaal
-Frank Hellendoorn, parkranger