BUITEN Middeleeuws hoorngeschal 11 De vele regenbuien van de afgelopen tijd hebben hun sporen nagelaten in de polder tussen 's-Heer- Hendrikskinderen en 's-Heer Abtskerke. De landerijen links en rechts van me zijn nat en de berm is zompig. Iijn wandeling begint halver wege de Noordhoekweg bij de T-splitsing. Het gehucht Sinoutskerke laat ik nog even voor wat het is, dat is vandaag mijn kers op de taart en die bewaar ik tot het laatst. Links van me, achter de wei landen waar schapen grazen, ligt de skyline van Goes, die wordt gekarak teriseerd door de water -en televisie toren. Op de A58 heeft iedereen haast en raast het verkeer voorbij: onder weg naar werk, huis of andere ver plichtingen waar de tijd telt. Rechts »De kleurenpracht van de regenboog versmelt met het dagelijkse grijs dat bij een najaarsdag hoort speelt tijd geen rol. Daar sijpelt het water door een slootje, snatert een eend en probeert de magere herfst zon langzaam terrein te winnen op het wolkendek. Een auto scheurt voorbij en dwingt me in de drassige berm te springen. Terwijl ik daar sta, bespeur ik een mager regenboogje achter de A58, waar blik over het ge asfalteerde pad raast. Zo snel als die er was verdwijnt de regenboog ook weer en versmelt de kleurenpracht met het dagelijkse grijs dat bij een najaarsdag hoort. Halverwege de Noordhoekweg sla ik de Poelweg in. Die kronkelt richting 's-Heer Abts kerke. Daar word ik vriendelijk ont haald door de weilandjes en de vogels die mij lijken toe te kwetteren met een 'Welkom in Schrabbekerke'. Ik sla rechtsaf de Kloetingseweg in waar ik de Kerkring op wandel, waar de in gotische stijl gebouwde Johannes de Doperkerk uit de 15e eeuw de aan dacht opeist. De kerk lijkt door het zonlicht in de spotlights gezet, alsof er iemand is die van bovenaf de licht show regisseert. Een deur achter me slaat dicht. Hans en Erna Beuger maken zich klaar voor een fietsritje naar Goes. Zij naar haar werk, hij naar het station. 26 jaar woonden ze in Goes. Sinds twee jaar woont het stel aan de Kerk ring in wat vroeger een smederij was. „We wilden graag op het platteland wonen, maar niet middenin de pol ders," legt Hans zijn keus voor Schrabbekerke uit. „Het is een leven dig dorp, waar vaak iets te doen is. Het is hier drukker dan de wijk in Goes waar we woonden." Enfin, ze moeten vlug verder. Via de Polderweg en Disselweg verlaat ik 's-Heer Abtskerke en wan del de Gerbernesseweg, die ik over steek, en de Sinoutskerksezandweg in. Daar wacht mijn kers: Sinouts kerke. Tijdens mijn tienerjaren kwam ik daar regelmatig bij mijn vriendinnetje Marjolein. Benieuwd wat er van mijn herinneringen over is. De Sinoutskerksezandweg is in ie der geval niets veranderd: nog altijd even winderig. Vlug stekker ik door naar veilig gebied, naar vroeger. Daar aangekomen kan ik niet anders dan constateren dat mijn kers niet zo zoet is als ik verwachtte. Feitelijk is het niet meer dan een begraafplaats om ringd door een paar huizen. Een kraaiende haan lijkt me te waarschu wen: „Wegwezen jij indringer, je hoort hier niet thuis!" Gelijk heeft ie; ik bin een butendieker. Mijn vrien din woont hier allang niet meer. UIT DE ZEEUWSE KLEI Onderzoek achter een voor afbraak bestemd pand aan de Lange Delft in Middel burg leverde in 1988 interessante vondsten op. Er kwam een afvalput tevoorschijn waarin zich gebruiks- aardewerk, glas en metaal uit de vijftiende eeuw bevond. Fragmen ten van een hoorn van grij sbak- kend aardewerk trokken de meeste aandacht. Hoewel de hoorn niet compleet was, kon een verant woorde restauratie worden uitge voerd. De hoorn is gevormd uit een in enkele slagen opgerold midden stuk met een korte klankbeker. Het mondstuk bestaat uit een klein tuitje. Dit type is in feite een kopie van de metalen jachthoorn. Na het droogproces is de hoorn bijgesne den en gepolijst, waardoor een glanzend uiterlijk ontstond. Op de klankbeker is, vóór het bakproces, aan de rand een versie ring ingekrast van gebogen lijntjes en een gekanteeld wapen. Mogelijk is het een gestileerde letter M. Dat kan duiden op de heilige Maria, maar ook op hertogin Maria van Bourgondië, die onder meer gravin van Vlaanderen, Holland en Zee land was (1477-1482). Op de mun ten uit haar regeringsperiode komt eveneens een letter M voor. De hoorn is niet het eerste be kende exemplaar uit Zeeuwse en Middelburgse bodem. In 1962 werd in het Abdijcomplex een ander, zeldzaam type ontdekt. Deze hoorn van witbakkende klei had op de klankbeker een instempeling met het Christusmonogram I.H.S. De datering hiervan wordt gehou den op omstreeks 1500. Van dat type is deze hoorn tot nu toe het enige bekende exemplaar. Bij een middeleeuwse hoorn van aardewerk wordt al gauw het ver band met pelgrims gelegd. Van Duitse hoorns is bekend dat ze speciaal werden vervaardigd voor bedevaartgangers, die er bij het to nen van relieken luid op bliezen. Omdat aan zachtgebakken aarde werk uit de late middeleeuwen meestal een regionale herkomst wordt toegeschreven, komt Vlaan deren als productiegebied zeker in aanmerking. Maar ook Middelburg moet niet worden uitgesloten. ARegenboog boven >0rdhoekwt AFSTAND 4,5 km J woensdag 6 december 2017 GO Mijn kers op de taart Winnie de Witte Een wekelijkse wandeling door Zeeland. Vandaag: De polder tussen 's-Heer-Hendriks- kinderen en 's-Heer Abtskerke Tweewekelijkse rubriek over ar cheologische vondsten in Zee land door Stichting Cultureel Erf goed Zeeland (SCEZ) Henk Hendrikse De gevonden hoorn is geheel gerestaureerd, foto henk hendrikse de Kerkring Erna Beuger Johannes de Doperkerk, Schrabbekerke "li

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2017 | | pagina 39