ment dus om niet te gaan staan voor het Amerikaanse volkslied, maar te knielen. Uit protest tegen hoe zwarten worden behandeld. Nou, die jongen wordt uit gekotst. Kan geen club meer vinden, niemand wil hem hebben. Ongekend." „Van mij wel! Maar je hebt gelijk. We hadden hier een voorsprong van 1492 jaar, maar die voorsprong loopt terug. Omdat wij nu te maken krijgen met wat zij al veel langer hebben: de komst van grote groepen minder geschoolde men sen uit arme gebieden. En dus zien we hier nu dezelfde dingen gebeuren, valt dat laagje beschaving weg. „Misschien was dat wel een van mijn motieven om dit boek te schrijven. Ik wilde nieuwe horizonten vinden, maar ook aantonen dat er een hoop ongelijk heid en racisme bestaat. En zeggen dat als we dezelfde kant opgaan - en soms lijkt het daarop - dat we hier dan ook heel on smakelijke toestanden krijgen. Daar kant ik me fel tegen. In zo'n wereld geloof ik niet." „Totaal niet. Welnee. Recensies heb ik nooit belangrijk gevonden. Al verkopen we er maar drie, dan vind ik het al de moeite waard. Op het ogenblik gedijen sportboeken vooral als je de ranzige kant opzoekt. Zie Thijsje, met Thomas Dekker. Een boek dat ik overigens niet gelezen heb. Mijn boek is een geschiedenisboek, waar toevallig ook sport in staat. Ik ben niet op zoek gegaan naar sensatie. „Een man die ik overigens heel graag mag. Thijs moet zelf weten wat hij doet. Er is niks verkeerds aan hem, er is iets verkeerds aan Thomas Dekker. Ik hoef niet te weten dat wielrenners naar de hoeren zijn geweest met z'n allen. Zulke dingen zeg je niet. Persoonlijke dingen die andere mensen betreffen. Dat gaat mij niet aan." „Maar dat wist ik toch al, dat er doping is gebruikt? Daar zijn betere boeken over geschreven." „Hij heeft me zes jaar lang voorgelogen hè, Thomas Dekker. Ik heb nog tegenover hem gezeten, z'n advocaat erbij. 'Doping? O nee, nooit aangeraakt.' Nou, ziedaar." „Ik kon er niet omheen. Ik wilde nog eens proberen uit te leggen hoe ik tegenover magazine 111 Als een zwarte speler van het Neder lands elftal gaat zitten tijdens het Wilhelmus, zou hij dan applaus krij gen? Uw vriend en voormalig NOS-collega Frits van Rijn noemt Mijn Amerika het belangrijkste boek dat u ooit schreef, uw levenswerk. Is het dan nog belangrijk hoe het wordt ontvan gen? U begint ineens over journalist Thijs Zonneveld, die... Zijn boek gaat voor een belangrijk deel over doping. Maar waarom heeft u het niet eens gelezen? U staat in uw boek nog een keer uitgebreid stil bij de kwestie Lance Armstrong.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2017 | | pagina 75