Nummer Een
14 ZE
Buurten
Nina (83) en Willy
(81) Versluijs zitten
opeen bankje te
genieten van het
zonnetje. Ze zijn 63
jaar getrouwd en
wonen al die tijd
samen in
Nummer Eén.
m.
A
Nina werd er zelfs gebo
ren. „Ik was twintig toen
we in dit huis trokken.
We hebben het volledig
naar onze zin gemaakt", vertelt ze.
„Nu mijn man aan Alzheimer lijdt,
is het de vraag hoe lang we hier
nog kunnen blijven. Als Willy
naar een gesloten afdeling moet,
wil ik in een flat in Breskens gaan
wonen. Maar nu nog niet hoor, ik
wil hier nog niet weg." De twee
krijgen veel hulp van de buren en
hun kleindochter, die tegenover
hen woont. „We kunnen niet be
ter zitten dan hier. Je bent zo bij de
zee, in Breskens, het Zwin of Sluis.
Mijn man gaat drie dagen per
week naar de dagopvang in Oost
burg. Dan kan ik lekker gaan shop
pen met mijn dochter en klein
dochter. Of met de auto bood
schappen doen in Breskens. Dat
doe ik liever zelf, want dan kan ik
lekker kletsen en een ijsje eten op
het terras", vertelt Nina.
Ze heeft nooit stilgezeten. En
doet dat nog steeds niet. „Willy en
ik hebben allebei tot ons zeventig
ste gewerkt, maar hebben ook echt
genoten. We zijn veel uit geweest.
De kermis, de Visserijfeesten, Ra
coon die optrad in Nummer Eén...
We waren overal bij. Ik sta nog
steeds iedere dag om zes uur op en
we hebben veel sociale contacten.
De kinderen komen iedere zondag
op de koffie en ook de buurtjes zit
ten hier regelmatig." Dat de Num
mer Eense al 83 is, zou je dan ook
niet zeggen. „Ik wil er nog steeds
goed uitzien als ik de deur uitga.
Als ik mijn lange laarzen aantrek
en mijn haar netjes zit, gelooft nie
mand dat ik al zo oud ben", vertelt
ze lachend.
Toch zijn Nina en Willy niet de
oudste bewoners van Nummer
Eén. De 95-jarige Irene Sijnesael
woont er namelijk ook nog. Wan
neer ze een jonge verslaggeefster
en fotograaf voorbij ziet wandelen,
grijpt ze dan ook haar kans om
hulp te vragen met het verzetten
van haar containers. „Stuur me
niet naar een bejaardenhuis, want
Auto's rijden hier
hard, dat is
het enige nadeel.
Gelukkig wonen er
niet veel kleine
kinderen
dan loop ik weg", zegt ze vastbera
den. Ondertussen zwaait ze naar
iedereen die voorbij wandelt of
fietst en doet ze er alles aan om
mooi op de foto te staan. Haar
tienjarige hondje Puckie is een
herinnering aan haar man, die nu
tien jaar dood is. Net als de zeven
witte duiven in haar tuin. „Ze le
ven nog allemaal. En al bieden ze
een miljoen, ze gaan niet weg." Als
je eenmaal in Nummer Eén
woont, ga ook je nooit meer weg
lijkt het wel.
Ook Willy Pecke woont al zijn
hele leven in het buurtschap. Een
paar huizen verder werd hij gebo
ren. „Ik blijf trouw aan deze plek.
Het is nergens beter dan hier", ver
telt hij. „Het is lekker rustig, je zit
vlakbij Breskens en hebt alle voor
zieningen in de buurt." Toch is er
ook een nadeel. „Auto's rijden hier
ontzettend snel doorheen. Vroeger
controleerden ze nog wel, maar
dat is voorbij. Gelukkig wonen er
niet veel kleine kinderen." Onder
tussen fietst de buurman voorbij
en roept: „Hey, burgemeester van
Nummer Eén!" „Dag, locoburge
meester", roept Pecke lachend te
rug. Het is duidelijk: in dit buurt
schap kent iedereen elkaar en is
het contact gemoedelijk. „Er is
hier niks, zeggen mensen dan.
Maar als je in een buitenwijk van
de stad woont, moet je veel verder
gaan om boodschappen te doen!"
qem. Sluis
woensdag 8 november 2017
Wat speelt er in uw buurt? In
deze rubriek nemen we een
kijkje in uw eigen dorp of
wijk.
Vandaag: NUMMER EEN
Wie er woont, wil niet
meer weg uit Nummer Eén
Gertie De Boey
-Willy Pecke
A Irene Sijnesael (95) woont met hondje Puckie dolgraag in Num
mer Eén en wil onder geen beding naar een verzorgingstehuis.
A Willy Pecke blijft trouw aan Nummer Eén: hij groeide er op en
woont er nog steeds, met zijn vrouw Henny.
A Nina en Willy Versluijs krijgen hulp van de buren en hun kleindochter, en hebben veel sociale contacten, fotos boaz timmermans