IK DOE NET OF IK TWIJFEL-JE MOET DE LAT HOOGHOUDEN Column Vrijdagavond, stapavond. Voor het eerst wil ook Monica's oudste dochter naar een schoolfeestje. k noem haar nog steeds mijn kleintje. Maar echt klein kan ik Oudste Dochter allang niet meer noemen. Ze meet inmiddels ruim anderhalve meter en heeft schoenmaat 37. Soms doet ze mijn hakken aan (maat 40) en zegt trots: „Kijk, nog maar een klein stukje en dan pas ik ze." (Dan passen ze jou! reageer ik dan, maar dat beklijft niet). Ze verandert, niet alleen in de lengte. Met haar vriendinnetje sluit ze zich op in haar kamer. Ik hoor ze giebelen. Nee, niet binnenkomen! roepen ze als ze mijn ge klots op de zoldertrap horen. „Ik kom al leen de was halen", zeg ik zo neutraal mogelijk. Ik oefen alvast, voor als ze daar met een vriendje zit, in plaats van een vriendinnetje. Samen komen ze een uurtje later naar beneden. Ze hebben duidelijk een plan. Vraag jij het maar, nee, vraag jij het maar, ze duwen elkaar naar voren. Oudste Dochter moet het doen, besluiten ze, want ik ben haar moeder. Het vriendin netje heeft vanavond een Halloween- feestje, georganiseerd door haar school, en introducés zijn welkom. Of ze alsjeblieft, alsjeblieft samen mogen gaan? De oppas van het vriendinnetje brengt en haalt. Hoe laat ben je dan thuis, wil ik weten. Het is om 9 uur afgelopen, dus niet veel later. Ik doe net of ik twijfel - je moet de lat hooghouden - en geef dan toe. „Oké, het mag, maar alleen omdat je morgen niet naar school hoeft en de hockeywedstrijd pas om 10 uur begint." Ze rennen weg en zijn vervolgens twee uur bezig zich op te maken en de perfecte heksenoutfit te vinden. Het is dan wel vrijdagavond, uitgaansavond, maar om 9 uur heb ik geen zin meer in de was, geen zin in televisie, Jongste Dochter ligt te slapen, Nieuwe Liefde heeft avonddienst en ik ben vooral moe van de week. Ik wil slapen. Nog even lezen dan maar tot Oudste Dochter thuiskomt. Half 10. Ik lees nog even door. 10 uur. Waar blijft mijn meisje? Een nieuwe gewaarwording: het is pikdonker buiten en ik lig in bed te wachten tot mijn kind thuiskomt. Gaat alles wel goed, moet ik de oppas appen? Nee, nog niet. Kwart over 10. Ha! De bel. Als een stuiterbal valt ze binnen. Het was zó leuk! En ze waren nog even bij haar vriendinnetje binnen geweest bij het afzetten. En ze hadden ook een heksen- bezemrace gedaan. En een heel mooie natuurketting gemaakt. Kijk! Ik knik, ja, heel mooi, maar nu gaan we snel naar bed, want het is al heel laat. Ik krijg nog een 'ik ben echt niet moe, hoor', maar als we naar boven lopen, hoor ik al een gaap. Bij de eerste treden van de zoldertrap, trekt ze aan mijn pyjama. „Mag ik bij jou liggen? Ik vind het een beetje eng boven." Ik draai me om. „Tuurlijk m'n kleintje. Kom maar." 41 Monica Beek is journalist en heeft twee dochters. H Reageren? monica@ persgroep.nl Wachten 81 zaterdag 4 november 2017

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2017 | | pagina 88