Oorzaak van explosie
was lang een mysterie
8
De ramp met een ontplofte tankwagen op boerderij De Dobbelaere bij
I Jzendijke, vandaag 73 jaar geleden, spreekt nog altijd tot de verbeelding.
Zeker omdat er nog steeds nieuwe feiten aan het licht komen.
20 OKTOBER 1944 OPGEDOKEN RUPSBAND HERINNERT AAN EXPLOSIE MET 41 DODEN
en jaar of twee geleden,
op een erf aan de Isa-
bellaweg bij IJzendijke.
Carlos de Dobbelaere,
I ook eigenaar van de
naastgelegen kippenboerderij Tok
Tok, rooit bomen. Hij heeft de
boerderij achter de kippenfarm
kort ervoor gekocht van zijn oom
Romain. Het is een 'familiestuk'
dus. En eentje met een verhaal,
weet Carlos. Al denkt hij daar tij
dens het vellen van de bomen niet
aan. Carlos wil gewoon het erf op
knappen: de schuren gaat hij zelf
gebruiken, de woning verhuren.
Graafmachines zijn flink in de
weer. Veel puin komen ze tegen,
en dan opeens ook een groot stuk
metaal. Het is een rupsband, blijkt
bij nader onderzoek. Uit de grond
halen gaat niet: het stuk ijzer zit
verstrengeld in de wortels van een
prachtige treurwilg. Carlos staat
opeens oog in oog met het verle
den van zijn boerderij.
Terug naar 20 oktober 1944, de
zelfde plek. Leden van een Brits-
Canadees tankeskadron vertoeven
sinds een dag of drie op het erf
van De Dobbelaere. Ze hebben het
eventjes relatief rustig. Een paar
dagen eerder hielpen ze nog bij de
bevrijding van IJzendijke, en nu
maken ze zich klaar voor een aan
val op het nog bezette Breskens.
Rond de middag gaat het mis,
en niet zo'n beetje ook. Een tank
wagen ontploft. De klap is gigan
tisch en gaat elk voorstellingsver
mogen te boven. Stukken van le
gervoertuigen, gebouwen en li
chamen vliegen door de lucht en
v i
verspreiden zich tot kilometers in
de omgeving.
Binnen, in het huis, zit de fami
lie De Dobbelaere aan het mid
dageten. Een moeder met vijf kin
deren en een paar man personeel.
Romain is met zijn tien jaar de
jongste. De klap komt uit het
niets, herinnert hij zich nog. „Nou
ja, klap... we hebben het niet eens
gehoord. Het was een enorme
schokgolf. We werden tegen de
grond gedrukt, en er vloog van al
les door de lucht."
De familie weet door de achter
deur en de akkers naar IJzendijke
te vluchten. Net op tijd: de grote
ontploffing veroorzaakt een ket
tingreactie, meerdere explosies
volgen. Het huis gaat, net als de
rest van het erf, compleet verlo
ren. Maar de familie De Dobbe
laere overleeft. „Eén van mijn zus
sen had een oog verloren, en we
hadden allemaal schrammen",
vertelt Romain. „Maar we zijn er
relatief goed vanaf gekomen." Het
tijdstip van het drama was letter
lijk van levensbelang. „Als het
niet net etenstijd was geweest,
was het slecht met ons afgelopen.
Mijn broer en ik waren net ervoor
nog op de graanzolder. Maar om
dat mijn moeder het eten klaar
had, zaten we allemaal binnen."
De boerderij is uiteraard onbe
woonbaar. Alles ligt in puin. „Dat
was wel zuur", zegt Romain. „Wa
ren we net bevrijd, met ons huis
en de schuur nog overeind, kregen
we dat alsnog op ons bordje..."
De boerderij wordt twee jaar la
ter herbouwd, deels met 'weder-
opbouwsubsidie', en blijft in de
familie, met Carlos nu sinds enige
jaren als nieuwe eigenaar. De
vondst van de rupsband heeft bij
hem de interesse voor die ramp
dag flink aangewakkerd. Oom Ro
main is een hulpvaardige deskun
dige. „Hier stond die tankwagen",
wijst Romain naar een hoek van
het erf. Juist die strook is de enige
plek op het erf waarvan de grond
niet is onderzocht. „Een groot
deel was eerst weiland, maar in de
jaren 70 ging ik het beboeren",
vertelt Romain. „Toen hebben
deskundigen meegekeken." Er
Als het niet net
etenstijd was
geweest, was het
slecht met ons
afgelopen
kwam van alles uit de grond. „Tot
granaten toe. Maar die stonden
niet op scherp hoor."
De strook aan de rand is echter
nog steeds grasland, en dus was er
nooit noodzaak de boel daar open
te gooien. „Op de plek van de ont
ploffing was een krater van negen
meter diep geslagen", wijst Ro
main. „Daar hebben ze van alles in
gegooid. Die put moest toch
dicht..."
Laat nu net afgelopen week een
paar deskundigen op het erf te
zijn geweest, met een detector op
zoek naar resten. „Dat ding bleef
maar piepen", vertelt Carlos. „Die
mensen werden er helemaal op
gewonden van." Ze zouden graag
ook in de grond kijken, lieten ze
weten. „Ik denk dat ik hen dat
maar ga laten doen. Ik ben zelf ei
genlijk ook wel benieuwd. Wie
weet wat er nog allemaal in zit..."
vrijdag 20 oktober 2017
PC
Oog in oog met een
dramatisch verleden
Martijn de Koning
IJzendijke
De steen in de gevel van de
schuur herinnert aan de weder
opbouw van de boerderij van
De Dobbelaere in IJzendijke.
FOTO BOAZ TIMMERMANS
1-9
Van het erf bleef na het inferno zo goed als niets over. foto beeldbank zeeland
-Romain de Dobbelaere
Eenenveertig namen staan op
het monument aan de Isabel-
laweg, ter herinnering aan de
slachtoffers van de ontplof
fing op boerderij De Dobbe
laere.
Of dat ook het precieze doden
tal is van de ramp, is niet duide
lijk. De Britse legerleiding doet
er na het incident nogal ge
heimzinnig over. Doden worden
snel afgevoerd, begraven in
Adegem en nogal algemeen
geregistreerd als 'slachtoffer
van een ongeluk'. Nabestaan
den krijgen nauwelijks informa
tie. Wellicht is een tank op een
mijn gereden of het erf geraakt
door een granaat, laten de au
toriteiten weten. De kritiek dat
zulke ongelukken nooit tot zó'n
ramp konden leiden, blijft onbe
antwoord. Omdat ook streek-
bewoners niet al te veel aan
dacht hebben voor het incident
- die hebben allemaal hun
eigen ellende meegemaakt, en
steken hun energie liever in de
wederopbouw - raakt het
drama in de vergetelheid.
Tot in de jaren 80 de Brit Martin
Reagan in IJzendijke aan de
boom komt schudden. Hij was
lid van het eskadron, en over
leefde doordat hij net buiten
het erf was toen de boel ont
plofte. Hij werpt nieuw licht op
de zaak: in een tankwagen op
het erf zou 6.000 liter nitrogly
cerine hebben gezeten, een ui
terst gevaarlijke stof die ge
bruikt werd op het slagveld om
extra schade aan te richten. Bij
het overtanken zou iets fout
zijn gegaan. Misschien, sugge
reert Reagan, wilde de legerlei
ding dat niet naar buiten bren
gen om de vijand niet wijzer te
maken. Het is in elk geval op
vallend dat het goedje na het
incident in IJzendijke niet meer
werd gebruikt: het was blijk
baar uit de gratie geraakt.
Dat een ontplofte tankwagen
de oorzaak is van de ramp,
wordt sindsdien voor waar aan
genomen. Hoe dat kwam, blijft
wel een raadsel. Hoe dan ook:
Reagan weet zoveel aandacht
te genereren, dat zijn idee voor
een gedenkteken in de streek
wordt overgenomen. Op 20 ok
tober 1997 wordt aan de Isa-
bellaweg een monument van
Ko Filius onthuld. Tientallen na
bestaanden zijn daarbij aanwe
zig en brengen meteen een be
zoek aan het graf van hun fami
lielid in Adegem.
Het 'Bevrijdingscomité 17 okto
ber IJzendijke' houdt jaarlijks
een herdenkingsbijeenkomst
bij het monument en wil de
ramp in de toekomst meer
onder de aandacht brengen.
Vanmiddag is er om 13.00 uur
een plechtigheid, waarbij vier
leden van de Britse veteranen-
vereniging Royal Engineering
Association aanwezig zijn.