II 23 2V Jo: „Ik doe nog veel werk thuis. Stoffen, wassen en strijken. Ook de bovenverdieping. Loop ik gerust met een zware wasmand de trap op te sjouwen. Dat wil ik blijven doen. Toen ik na een valpartij een nieuwe kunstheup kreeg en na vijf weken revalideren thuiskwam, liep ik zo weer naar boven! Met de grote boodschappen en het zwaardere werk helpen twee nichtjes mij heel goed." Nel: „Ik ga er vaak op uit met de rol- lator. Niet achter de geraniums zit ten!" Paul: „Om gezond en fit te blijven, is bezig blijven denk ik wel het be langrijkste. Zo zijn Tinie en ik op onze manier nog best druk. Koffie drinken op maandag, sjoelen op woensdag. Als het mooi weer is gaan we fietsen. En elke week naar de gymnastiek." Tinie lachend: „Dan hangen we in de ringen!" Gerrit: „Ik zie dat anders. Gezond heid gaat volgens mij uit zichzelf. Ik doe het liever rustig aan. Ik voel me daar wel bij." Jo met tranen in haar ogen: „Wat ik wel erg vind aan oud worden: ik heb eerst mijn man en daarna mijn twee kinderen verloren. Ze waren veel te jong. Dat is vreselijk. Mijn kleindochter Anja is mijn redding geweest. Ze zei na het overlijden van mijn dochter: 'Oma dan kan ik met niemand meer over mijn moe der praten, als u er niet meer bent'. Toen dacht ik: ik heb toch een taak. En dan ga je met goede moed ver der." „Ik heb een sterke band met mijn kleinkinderen en achterkleinkinde ren. Daarom twijfelde ik geen mo ment toen de vrouw van mijn kleinzoon uit Amerika in 2001 Als ik vertel dat mijn broers en zussen bijna allemaal in de negentig zijn, dan geloven de mensen het niet vroeg of ik erbij wilde zijn toen zij haar kindje kreeg. Ik stapte zo het vliegtuig in. Een hele belevenis en zo fijn!" Paul: „Ook wij hebben een van onze kinderen overleefd. Hij was pas 31 jaar. Dat is tegen de natuur. Gelukkig zijn Tinie en ik nog sa men. Daar ben ik heel dankbaar voor. Ik kan haar nog minder mis sen dan toen we jong waren. Aan mijn broers en zussen heb ik nog veel. Ondanks dat we verspreid over Nederland en België wonen, komen we nog minstens twee keer per jaar samen. Altijd hier in Oos terhout, want dat ligt het meest centraal." Nel: „En Jo is een top gastvrouw." Suzan: „We spreken weieens apart met elkaar af. Met de taxi is dat heel goed te doen. Even bellen doen we iedere week. We hebben het altijd gezellig samen, er is genoeg om over te praten." Nel: „Als ik terugkijk op mijn leven, ben ik een blij en dankbaar mens. Ik heb een fijn gezin en een fijn huis, heb veel mensen kunnen helpen. Wat ik nog had willen doen? Een beetje meer reizen, misschien. Ik zie graag schilderijen, kastelen en kerken. Hou van geschiedenis. Dat ben ik iets te kort gekomen." Jo: „Ik heb heel veel mooie dingen meegemaakt. Oh ja, zeker. Veel naar Amerika gereisd, om mijn dochter en haar gezin op te zoeken. Ik heb alles gedaan wat ik wilde doen. En we gaan zien wat het leven nog brengt. De burgemeester zei op mijn verjaardag dat hij van plan is om ieder jaar terug te komen. Ik ga mijn best doen, heb ik hem be loofd." Paul Langeweg (94) Gerrit Langeweg (89) maandag 2 oktober 2017 - Suzan de Ridder-Langeweg, 96 jaar Jo, Suzan, Paul, Gerrit en Nel (vlnr) tijdens de familiedag, foto JOHAN W0UTERS/PIX4PR0FS Woont in Klundert. Was altijd boekhouder. Al 67 jaar samen met Tinie (91). Samen hebben ze vier kinderen, van wie één is overleden. Ze hebben tien kleinkinderen en negen achterkleinkinderen. Woont in Brussel. Werkte als elektronicus. Zijn partner is overleden. Heeft vijf zonen en twee kleinkinderen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2017 | | pagina 23