LAAT fiB
ook BUN
lp AP.'
in zijn praktijk is het drukker dan ooit.
Misschien wel omdat mensen wel érg
begripvol met hun Rakker of Fikkie
omgaan.
In hondenland woedt al langer een
discussie over de manier van opvoeden
van viervoeters, kort gezegd van laissez-
faire (positief coachend) tot dwingend/-
directief. Van Straten is voorstander van
'duidelijk'. „Mens en dier verschillen niet
zo veel van elkaar, in beide gevallen
maakt 'nee' deel uit van de opvoeding."
En waar veel ouders tegenwoordig moei
lijk 'nee' kunnen zeggen tegen hun kind,
durven sommige hondenbezitters ook
niets meer te verbieden, merkt Van
Straten in de praktijk. De hondentrainer
weet echter dat je pratend niet alles kunt
oplossen. „Een hond voed je op met
korte, duidelijke instructies. Simpel zijn
in je denken en handelen en vooral niet
te veel tekst gebruiken. Dus niet: 'Wil je
alsjeblieft even mooi gaan zitten voor het
vrouwtje?', maar 'Zit!' Dat klinkt mis
schien onaardig, maar is het juist niet:
een lange zin bevat te veel klanken voor
een hond, dat snapt-ie gewoon niet."
En zoals het niet handig is je kind de hele
dag door Redbull te geven, geef je je hond
ook niet onbeperkt hondenbonbons. Van
Straten: „Corrigeren, bij een hond met
een rukje aan de lijn, en belonen - een
goedkeurende aai of een snoepje, dat
snapt een hond. Maar er is wel een groot
verschil tussen een hond en een kind:
een kind gaat langzamerhand begrijpen
waarom het iets niet mag, een hond niet.
Een hond leert alleen door ervaren."
„Ik ben zeker geen voorstander van je
hond een schop geven. Maar weer even
die vergelijking met een kind: het ene
jochie luistert al als je iets op een normale
manier zegt, het volgende kind moet je
even bij de bovenarm vastpakken. Cor
rigeren moét soms gewoon. En voor de
volledigheid: corrigeren is niet hetzelfde
als afstraffen. Als een hond in de knieën
van je 7-jarige buurmeisje hangt, vraag je
toch ook niet netjes aan dat beest of hij
daar alsjeblieft even mee wil stoppen?
Dan grijp je snel in."
Geurlijn
Mens en hond verschillen dus wel
degelijk van elkaar, maar in het straat
beeld worden de verschillen kleiner. Zo
gaan de chihuahua's mee naar de stad
in een kinderwagen (pardon: pet stroller)
- anders worden ze misschien moe. Een
maal in de stad krijgen de beestjes, net
als het baasje, een ijsje - anders is het
oneerlijk. En omdat niet elk hondje even
proper ruikt, is er ook al een honden
geurlijn ontwikkeld. Van Straten ziet dat
soort hondengetrut los van waar het
werkelijk om draait. „Parfum voor hon
den lijkt me niet goed. Maar ik ken ge
noeg mensen die gezellig hun Mechelse
herder in bed toelaten en toch op een
prima manier met hun hond omgaan.
Het gaat erom dat je op een respectvolle,
nuchtere manier met je dier omgaat."
Dat laatste onderschrijft filosoof Erno
Eskens, ook auteur van Een beestachtige
geschiedenis van de filosofie. Wie de rol
en positie van de hond in de loop der
eeuwen bekijkt, ziet dat er veel is veran
derd. En dan moeten we beslist niet al
te stoer doen over onze huidige omgang
met dieren als 'gelijkwaardig wezen'.
„Als je nu een Middeleeuwer in onze tijd
zou neerzetten en hij zou zien dat we
beren- en hondenknuffels in wiegjes
neerleggen, dan zou hij zich helemaal suf
lachen. Maar ik weet ook bijna zeker dat
wij op termijn met grote verwondering
terugkijken op wat wij dieren vandaag
de dag nog aandoen."
En over verwondering gesproken:
nu vind ik het best vreemd dat Wodan
vroeger in de schuur moest slapen. Ik
hoop dat Wodan me vanuit de honden-
hemel - want daar zit-ie - vergeeft.
En dat hij zich tevreden omdraait in
zijn warme, steigerhouten honden-
ledikantje. 41
magazine 23