Het College voor de Rechten van de Mens bestaat op i oktober
vijf jaar. Er is al veel bereikt, maar er moet ook nog veel gebeuren.
Mensenrechten in Nederland? De situatie in ons land is niet slecht,
maar kan wel beter, aldus Adriana van Dooijeweert, voorzitter van
het College voor de Rechten van de Mens. ,,Op de arbeidsmarkt
wordt nog geregeld gediscrimineerd, er heerst nog steeds armoede
in Nederland en er zijn nog heel veel mensen met een beperking
die niet volwaardig aan de samenleving kunnen meedoen."
U bent sinds i september
2015 voorzitter van het
College voor de Rechten
van de Mens. Wat hebt u
met mensenrechten?
„Gezien mijn loopbaan als
rechter was het voorzitter
schap voor mij een logische stap.
Ik ben al vanaf mijn studietijd
bezig met de positie van mensen
en groepen mensen in kwetsba
re situaties. Als rechter heb je
automatisch veel te maken met
mensenrechten, bijvoorbeeld als
de rechten van kinderen in het
geding komen. Ik ben ook vreem
delingenrechter geweest; dan
praat je over echt heel kwetsbare
mensen. Mensenrechten gaan
over ieder mens, zonder uitzon
dering. Dat spreekt me erg aan.
En discriminatie is een onder
werp dat me aan het hart gaat.
Zo ben ik bezig geweest met
pensioenrechten van vrouwen.
Het element gelijke behande
ling boeit mij al heel lang. Mijn
vader zei vroeger al tegen mij: 'Je
behandelt de koffiejuffrouw gelijk
als de koningin'. Dat is me altijd
bijgebleven."
Heeft u zelf wel eens mee
gemaakt dat uw rechten
werden geschonden of dat u
werd gediscrimineerd?
VIJF JAAR COLLEGE VOOR DE RECHTEN VAN DE MENS
„Ja, als werkende vrouw en
moeder ben ik ooit door een
werkgever gediscrimineerd. Mijn
eerste baan was bij een uitgever.
Ik had toen al één kind. Het werk
was heel erg leuk en het klikte
goed met mijn werkgever. Eens
per jaar hadden we natuurlijk
een soort evaluatiegesprek. En
daar bracht ik naar voren dat
ik het niet eerlijk vond dat een
mannelijke collega, die later bij
ons was komen werken, een
hogere rang had, een hoger
salaris, in een grotere auto reed
en een grotere kamer had dan
ik. Mijn werkgever gaf me direct
gelijk en wilde daar verandering
in brengen. Maar in ruil daar
voor moest ik wel beloven dat ik
geen tweede kind zou nemen.
Ik heb er destijds geen werk van
gemaakt, maar ben na een tijdje
gewoon vertrokken."
Welk mensenrecht spreekt u
persoonlijk het meeste aan?
„Het recht op gelijke behan
deling zie ik als de motor van
de mensenrechten. Op papier
klinkt dat heel erg mooi, maar
daar heb je als burger niks aan
als het niet in de praktijk wordt
gebracht. Dat geldt ook voor
migranten. Zij horen er net zo
goed bij, hebben het recht om
net zoveel mee te kunnen doen
in de maatschappij als ande
ren. Maar ook het recht op een
menswaardig bestaan vind ik erg
belangrijk, dat je niet onder de
armoedegrens zakt. Weet je, we
zijn er als College voor iedereen
en we nemen iedereen serieus."
Hoe gaat het eigenlijk
met de mensenrechten in
Nederland?
„In Nederland is heel veel
goed geregeld. Je kunt niet
spreken van een slechte situatie,
maar er is zeker nog heel wat te
doen. Ik noem maar een paar
onderwerpen: ouderenzorg,
armoede, dakloosheid (zelfs kin
deren). Maar ook de situatie in
Groningen rond de aardbevingen
is zorgelijk, er is veel onzekerheid
of men wel veilig kan wonen.
En in Nederland wonen ander
half miljoen mensen met enige
vorm van beperking en veel van
hen kunnen nog niet volwaardig
meedoen. En tot slot hebben we
nog veel stappen te zetten in de
overzeese gemeenten Saba, St.
Eustatius en Bonaire. Vooral als
het gaat om armoede, de positie
van vrouwen, homo's en kinde
ren die niet naar school kunnen."
Als ik dakloos ben, kan ik
als individu niet naar het
College voor de Rechten van
de Mens, dat kan alleen
als iemand zich gediscrimi
neerd voelt. Hoe zit dat?
„Het klopt dat we in het geval
van mensenrechten indivi
duele gevallen niet behandelen.
We zijn bevoegd oordelen uit
te spreken in individuele situa
ties die vallen binnen de wetten
voor gelijke behandeling, zoals
discriminatie op grond van leef
tijd of godsdienst. Dakloosheid
valt daar niet onder. Wat we wel
kunnen doen, is alle signalen en
meldingen die we krijgen over
allerlei onderwerpen en situaties
van mensen, verzamelen. Zijn
dat er heel veel dan kan dat voor
ons aanleiding zijn onderzoek
te gaan doen. Wij kregen bij
voorbeeld veel meldingen van
rolstoelgebruikers, voor wie bus
sen niet toegankelijk waren. We
krijgen ook klachten van mensen
die in de bijstand zitten en een