Kroniek
Wekelijks schrijft Hugo Borst over zijn moeder, die aan alzheimer lijdt.
Na één volzin wordt er een appeltje geschild.
Ik leg een appel op tafel en ga zitten.
Ma's linkerhand is helemaal blauw.
„Hoe komt dat nou?" vraag ik ma.
Ze begint steeds meer op een klein
vogeltje te lijken.
„Ma-ha?"
Alsof ze daar een antwoord op zou
kunnen formuleren. „Nou, Hugo,
lieve zoon, het zit zo. Gisteren
stootte ik bij het naar bed gaan mijn
hand hard tegen de deur en je weet,
met die bloedverdunners, tja dan
krijg je dat. Het doet geen pijn, hoor."
Ik vraag het aan de verzorgende
van dienst. Ze weet het niet. Het is
gisteravond gerapporteerd, maar hoe
het is gekomen is onduidelijk.
Ik druk zachtjes op de blauwe plek.
„Doet dat pijn, ma?"
Geen reactie.
Met haar andere hand frummelt ze
aan het tafelkleed. Is het schikken
wat ze doet? Zit er een gedachte ach
ter? Wil ze het kleed strak trekken?
Deed ze vroeger altijd, voordat ze de
borden neerzette. Er zat geen plooi in
het tafellaken.
Haar aandacht is bij het kleed, niet
bij haar gebutste hand. Gelukkig,
daar heeft ze dus echt geen pijn.
„Heb je Laurens gisteren gezien?"
Ik weet dat mijn broer is langs ge
weest.
Ze schudt haar hoofd. „Ik zie je
vader niet meer."
Een hele zin. Zes woordjes. Hele
maal verstaanbaar. Snelle conclusie:
ze weet dat ik haar zoon Hugo ben,
maar ze denkt dus dat pa nog leeft.
Dat is niet de eerste keer. Wat te
zeggen? Opmerken dat hij deze
maand al negen jaar dood is? Ze zou
kunnen schrikken, overvallen wor
den door het verdriet van negen jaar
geleden. Dat doe ik haar niet aan.
„Ik ben er toch, schat."
DAT HAAR MEDE
BEWONERS EEN
PARTJE MEE-ETEN
ONTGAAT MA
Afleiden. Het over een andere boeg
gooien. „Kijk eens, ik heb een appel
tje voor je meegebracht."
Ze zegt niks.
Ik schil de appel. Ik weet nog dat ik
dat leerde. Aan de eettafel. De avond
maaltijd zat erop, het was tijd voor
fruit. Zo goed als mijn ouders een
appel konden schillen, dat lukte niet
meteen. Mijn vader spande de kroon.
Hij begon en onderweg brak de schil
niet. Als het moet kan ik dat ook. Ma
zei een keer dat het, als het één lange
schil werd, ten koste ging van het
vruchtvlees, want mijn vader schilde
dan dikker.
De partjes eet ma in slow motion
en in gedachten verzonken.
Tussendoor geef ik Ad, Jo, Floor en
meneer Groeneveld ook een stukje.
Dat haar medebewoners een partje
mee-eten, merkt ma niet op. Bijna
alles ontgaat haar vandaag. Als er een
aan- en uitknopje op haar had geze
ten dan was dat knopje een beetje
lam geweest. Jammer genoeg heb ik
niet geleerd voor elektromonteur. 41
E Reageren?
magazine
@persgroep.nl
Een beetje lam
WG
magazine 29