'We zijn veel
samen, maar
elkaar nooit'
Die van mij
HETGEKKE
IS: IK VOELDE
ME GEEN
SECONDE
SCHULDIG
Zowel Marja (70) als Bram (75) zijn allebei
zeer autonoom. Ze horen bij elkaar, maar
zijn niet eikaars bezit.
k was al tien jaar alleen en dat beviel
me goed. Ik leidde een rijk sociaal
leven, hechtte aan mijn vrijheid en
zelfstandigheid en was niet op zoek
naar een man. Dat autonome heb ik
altijd gehad, daarom wilde ik ook geen
kinderen. Maar begin jaren 90 ging ik op
een groepsreis naar het Midden-Oosten
en daar ontmoette ik Bram. En zijn
vrouw, Jantine. Ik vond haar een leuke
vrouw, maar met hem bracht ik de
meeste tijd door. We maakten een lange
wandeling waarbij we onze levens be
spraken en hij nam me mee naar het dak
van ons hotel om naar de sterren te kij
ken. Het was - en is nog steeds - fijn om
met hem te praten, hij stelt een ander
soort vragen. Bram laat zich niet mee
slepen door wat je vertelt, maar zegt bij
voorbeeld: 'Wat loop je opeens krom.'
Of: 'Je stem klinkt nu anders.' Dat heeft
mij vaak geholpen om met andere ogen
naar mijn eigen verhaal te kijken.
Toen we weer in Nederland waren,
kwam Bram langs om kampeerspullen
te lenen. Een rotsmoes, bleek achteraf.
Bram leent nooit spullen, want hij heeft
geen zin om dankbaar te moeten zijn.
Maar hij nam steeds vaker het initiatief
om samen te eten en te wandelen, en ik
wist: ik ga vallen voor deze man. Ik wilde
niet alleen praten, maar hem ook aanra
ken, zoenen, met hem vrijen. Hij had niet
veel overredingskracht nodig en het
duurde niet lang of we deelden het bed.
Er volgden drie jaar van heimelijke af
spraakjes, telefoontjes en brieven naar
een poste restante-adres. Een heerlijke,
ondeugende periode, die ik nog steeds
onze incognito-tijd noem. Bram spreekt
liever van onze verlovingstijd. En het
gekke is: ondanks mijn katholieke achter
grond voelde ik me geen seconde schul
dig. Ook vond ik het niet erg dat Bram
niet van plan was om bij Jantine weg te
gaan, zoals hij duidelijk aangaf. Ik was
niet jaloers op haar. Dat was nog een
voortvloeisel uit de jaren 70: het idee
dat je niet eikaars bezit bent. Nog steeds
zou ik nooit over Bram praten als 'die
van mij'. Ik genoot gewoon van onze
ontmoetingen, ook van het seksuele
aspect,
en daarnaast
had ik mijn eigen
leven. Natuurlijk vond ik
het jammer dat we onze relatie
verborgen moesten houden en ik
hem alleen kon meenemen naar een heel
select groepje vrienden waarvan ik zeker
wist dat ze hun mond niet voorbij zou
den praten. Maar ik was niet afhankelijk
van onze liefde en wilde dat ook niet
worden. Dus toen ik toch te veel van
Bram ging houden en er last van kreeg
dat hij altijd weer weg moest, heb ik het
uitgemaakt. Ik wilde niet alsnog het
gevoel krijgen dat ik op het tweede plan
stond. Bram protesteerde, maar mijn
besluit stond vast.
Een halfjaar later belde een woedende
Jantine. 'Je mag 'm hebben! Ik zet 'm
de deur uit!' Ze had een brief van mij
gevonden die Bram had laten slingeren.
Misschien bewust, om een beslissing te
forceren. 'Je schuift niet direct bij mij in',
zei ik, maar na drie maanden woonden
we samen. Wel met heldere afspraken:
doordeweeks trekken we ieder ons eigen
plan en de weekends brengen we samen
door. Een soort latrelatie in één huis,
want we willen niet vastzitten.
Zo doen we het nog steeds. Al zijn we
met pensioen en dus veel samen thuis,
we gaan elk onze eigen gang en claimen
elkaar nooit. Als ik ons vergelijk met
andere stellen van onze leeftijd, geven
we elkaar veel meer de ruimte. En aan die
vrijheid moet niet getornd worden. Hoe
dat zal gaan nu Bram fysiek kwetsbaarder
wordt, weet ik niet. Soms vind ik het
vertederend, soms ook lastig. Want ik wil
niet afhankelijk van hem zijn, maar ook
niet dat hij dat van mij wordt." 41
claimen
Tekst PAM VAN DER VEEN
f3 Ook geïnterviewd worden over die van jou?
magazine@persgroep.nl
141 zaterdag 2 september 2017