44 6 COLUMN ROMKE VAN DE KAA Vakantie: het hoort leuk te zijn, maar dat is het niet (altijd). Mark Roos weet waarom: hij is een extreme brokkenpiloot. Er zijn collega's die, vlak voor dat ik op vakantie ga, steevast bemoedigende woorden roepen. „En nu heelhuids terugko men." En: „Moeten we ons weer zor gen maken?" Die mensen hebben recht van spreken. Ik ben een extreme brok kenmaker op vakantie. Het begon in mijn tienerjaren. Tijdens een liftva- kantie stapte ik in Griekenland in bij twee dronken Grieken, waarna hun Lada na één haarspeldbocht op zijn kop in de greppel naast het ravijn be landde. Op Corfu huurde ik een scooter met haperende remmen, wat me een gescheurde enkelpees ople verde. In Kroatië maakte ik een bommetje in een bed van zee-egels. In Basken land verloor ik mijn tent, rugzak en kleding na een extreme storm. In het noorden van Cuba reed mijn reis- partner me met de huurauto een ra vijn in, waarbij ik mijn rugwervels op twee plaatsen brak en in het zie kenhuis werd getrakteerd op spier verslappers met een hallucinogene werking, rum en sigaren. Het is slechts een beperkte bloem lezing uit de rampspoed die ik de laatste decennia op mijn avonturier pad trof. Ik zal u de verhalen onthou den over ontploffende dieselmotoren op volle zee, als mandarijnpartjes vermomde parasieten in Madagaskar, een mistral in Zuid-Frankrijk en een ontmoeting met een visje dat me dwars door mijn zwemshort beet op een extreem gevoelig plekje. Als vrienden me vragen of ik als geboren brekebeen niet opzie tegen de vakantie, lieg ik keihard dat ik to taal geen twijfels heb. Toch giert al die rampspoed door mijn hoofd zo dra ik op Zoover en Tripadvisor zit te zoeken naar vakantiebestemmingen. En breekt het zweet me uit zodra de koffers moeten worden gepakt. Stofje Op de een of andere manier maakt mijn lichaam een stofje aan zodra ik de landgrenzen passeer. Door alle ze nuwen moet ik de eerste uren van de reis mijn stinkende best doen om de kleuters op de achterbank niet af te bekken of mijn portemonnee niet te vergeten bij een tankstation. Maar na een dag of vier komt dan toch het eerste moment van ontspanning. En waag ik me weer aan avonturen die slecht kunnen aflopen. Een ezel schijnt zich geen twee keer aan dezelfde steen te stoten, maar ik sprint elke keer weer blind af op een compleet hunebedpark. Noem het naïviteit. Of hardleers heid. Ik spreek liever over realiteits zin. Om eens geleerd de schrijver T.S. Eliot te citeren: 'Alleen degenen die het risico lopen te ver te gaan, kun nen weten hoe ver je kan gaan.' Dat omschrijft mijn drijfveer. Ik wil ontdekken, beleven, ervaren, ver gaan. Een leven zonder risico staat voor mij gelijk aan een vegetatief be staan. De laatste jaren is vakantieonheil me bespaard gebleven. Ben ik dan toch verstandiger en minder impul sief geworden? Of was het die mag netiseur, die ik op aanraden van een vriendin bezocht en die allerlei af wijkingen in mijn aura te lijf ging? Ik geloof in de kracht van statistiek. Hoe langer het regent, hoe groter de kans wordt op een droge dag. Hoe meer pech in het leven, des te groter de kans op voorspoed. Dit soort rede neringen sterkt me in de overtuiging dat ik het dit jaar zonder bloedvergie ten en ongelukken red. Toch? bestofte rode aartjes - alsof iemand er nodig eens met de poetsdoek langs moest. 'Moet je kijken, wat een bijen', kraaide de eigenaar van deze bloemenweelde. Ik keek. Ik zag tientallen bijen. Maar minstens evenveel wespen. En ook nog wat vliegen. Grappig hoe twee mensen naar dezelfde plant kun nen kijken en verschillende dingen kunnen zien. En hoe sommige planten het etiket 'bijenplant' krijgen, terwijl 'insectenplant' de lading be ter zou dekken. Zo zag ik laatst de struikklimop als 'vlinderplant' geafficheerd. Ook dat is het halve verhaal. De tijd lijkt rijp voor planten die strontvliegen aantrekken Bloeiende struikklimop trekt veel vlinders, maar ook een horde aan minder popu laire insecten. Die ook recht hebben op nectar. Van de vreugde die de vlin derstruik ons brengt zijn we nu wel overtuigd. De tijd lijkt rijp voor planten die kevers, wespen en stront vliegen trekken. En daarna, als we die geestelijke horde hebben genomen, de ul tieme luizenstruik. De roos? Terug naar de bijenplanten: een goede bijenstruik die we vaak over het hoofd zien, is de sneeuwbes. De bloemen stellen niks voor, maar bijen en hommels zijn er dol op. Nu, tegen het einde van de zomer, buigen de dunne twijgen onder een vracht van witte of roze bessen. De sneeuwbes wordt als oubol lig gezien, maar heeft één grote deugd. Hij groeit waar andere struiken het laten af weten: in droge schaduw on der bomen. Een andere aar dige eigenschap is dat je er een hegje van kunt maken. Hier ligt misschien een uit weg voor de tuinier die al ja ren tobt met de buxusmot. Kies voor een haag van de variëteit 'erect' die, zoals de naam suggereert, recht over eind groeit. Laat het staartje van de va kantie nu samenvallen met het rijpen van de bes van de symphoricarpos. Stop deze klapbes in een blaaspijp van elektriciteitsbuis en schiet hem tegen het raam van de buren, waar hij met een klap uit elkaar knalt. Geen dag zonder opzienbare ontdek kingen in eigen tuin. Hoewel: deze ontdekking deed ik in andermans tuin. Daarin staat een groep persi- caria, behorend tot wat ik weieens smalend 'de vaste planten- en siergrassen- brigade' noem. Dat zou ik misschien moeten laten, maar ook ik heb mijn lelijke trekjes. Goed, ik was in de tuin van een kennis en be wonderde een paar vierkante meter persicaria ofwel duizendknoop in volle bloei. Veel blad, met daarbo ven een zee van vrijdag 25 augustus 2017 GO Verkleefd met rampspoed Tegen het einde van de vakantie begint de jeugd wat landerig te worden. Reageren? r.vandekaa@persgroep.nl Zomerse trends, natuurlijk heeft tuingoeroe Romke van de Kaa daar een mening over. Dus ook over insectenplanten.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2017 | | pagina 50