IÉ
12
INTERVIEW RONALD NI JBOER
De legerkist van opa Evert-Jan blijkt
een schatkist. Vol dagboeken, foto's en
brieven over zijn tijd in Nederlands-lndië.
Kleinzoon Ronald Nijboer legt er een lang
verzwegen worsteling mee bloot.
Evert-Jan en Ronald
Nijboer delen de
weidse blik. Vanuit
zijn appartement kijkt
kleinzoon Ronald (30)
met die blik over
Amsterdam. Opa
Evert-Jan deed er niet voor onder. Hij
stapt in 1945, als Duitsland is versla
gen, de wereld in. De boerenzoon uit
Lutten (Overijssel) meldt zich dan
aan als vrijwilliger voor Nederlands-
lndië. „Een enorme stap", zegt
Ronald. „Na de benauwdheid op de
boerderij, hij zat een tijd ondergedo
ken, verrast hij zijn familie en zijn
vriendin Aaltje met een reis naar het
andere eind van de wereld."
Pas na drie jaar keert hij terug.
Onderweg houdt hij met brieven het
thuisfront op de hoogte. Eenmaal
terug begint, net als bij andere vrij
willigers, het zwijgen. „Hij praatte er
vrijwel niet over. De Javaanse Jon
gens die hij rookte was het enige wat
hem aan Indië kon verbinden", aldus
Ronald Nijboer. Sommige vragen
krijgen nooit een antwoord. Het ge
weld dat Nederland gebruikte tegen
de onafhankelijkheidsstrijd, tijdens
de politionele acties, is een taboe. Als
Evert-Jan in 2008 op 85-jarige leeftijd
komt te overlijden, lijkt zijn levens
boek definitief gesloten.
Het toeval wil anders. Een paar jaar
later zit Ronald op zolder, bij zijn
ouders. In een verhuisdoos vindt hij
de spullen van opa uit diens legerkist.
De kist staat in de woonkamer, de
inhoud ligt boven. „Daar zie ik wat
hij al die jaren heeft bewaard", zegt
Ronald. „Drie dagboeken, een foto
album, losse foto's, ruim 300 brieven.
En kijk, daar staan zijn geschiedenis
boeken. Een ervan gaat over de Mili
taire Politie waartoe hij behoorde.
Zo'n vondst, dat is een ongekende
luxe."
Vaderland
In 2012 begint Ronald aan een reis
terug naar de vorige eeuw, als Neder
land weigert zijn kroonkolonie Indië
op te geven. Hij ontdekt waarom zijn
opa en diens broer Gerrit-Jan voor
het avontuur kiezen. Het land ligt na
de bevrijding op apegapen, het leger
geeft een stabiel inkomen. Evert-Jan
wil vechten voor de goede zaak, het
vaderland. „En hij wil net zo'n
enthousiast onthaal als de Canadese
soldaten kregen bij de bevrijding van
zijn geboortestreek", zegt Nijboer jr.
Hij leert het doktershandschrift te
lezen. Zijn opa schreef met een
kroontjespen in schriften met een
bruinzwarte, harde omslag. Hij wekt
halfleesbare plaatsnamen tot leven.
Met de brieven als gids reist hij mee
via Australië naar Indië. De brief van
de dominee aan opa, over het over-
Natuurlijk zou
ik met hem
willen praten
over wat hij
heeft beleefd.
Over het
geweld, zijn
worsteling
Geheim
De foto's roepen prangende vragen
op. De geschiedenis heeft geleerd dat
de Nederlandse strijdmacht net zo
goed bloed aan de handen heeft. Was
Ronalds eigen opa betrokken bij
oorlogsmisdaden? Wist hij dat het
gebeurde? Op Java strijdt hij in de
voorste linie, maar hij schrijft nooit
over uit de hand gelopen verhoren of
in as gelegde kampongs, constateert
Nijboer jr.
Toch zijn enkele verslagen op zijn
minst opmerkelijk, 'omdat ze verhul
lingsmethoden lijken te bevatten'.
Opa spreekt in de brieven met zijn
broer Gerrit-Jan, lid van de Mari
niersbrigade, af thuis niet alles te
vertellen. Zij houden woord. De
vraag of opa mensen heeft gedood,
krijgt wel een antwoord als Ronald
met opa's jongste zoon Bernhard
spreekt en hem er een vraag over
stelt. Die ene keer vertelt hij dat hij
gehoor heeft gegeven aan de smeek
bede van een zwaargewonde kame
raad hem uit zijn lijden te verlossen.
Ronald stuit na enige tijd op de
worsteling die opa in zijn greep
krijgt. Hij maakt door wat Nederland
doormaakt als zelfs bondgenoot
Amerika spreekt van een foute oorlog
en een gerechtvaardigde onafhanke
lijkheidsstrijd. Als broer Gerrit-Jan
de 'tropenkolder' krijgt, terugkeert
en uit dienst wordt ontslagen, raakt
ook Evert-Jan langzaam uit balans.
Zijn enthousiasme neemt af. Hij
raakt verbitterd over de ondankbaar
heid van Indonesiërs ('Nederland wil
hen toch alleen maar helpen'). „Hij
komt gedesillusioneerd terug, voelt
zich onbegrepen", zegt Ronald Nij
boer. Opa beëindigt zijn dagboeken.
Meer dan 50 jaar later trekt hij in de
kantlijn van een brief de conclusie
dat 'het eigenlijk iets anders is'. Hij
toont begrip voor de jonge mensen
die hij terroristen noemde. „Oorlog is
complete waanzin", aldus Evert-Jan.
Verschrikkingen
Ook na een bezoek aan Indonesië, in
de voetsporen van zijn opa, kan
Ronald geen oordeel vellen over
diens rol in de strijd maar de laatste
ontboezeming helpt wel. „Ik ben
nooit bang geweest dat ik zou stuiten
op door hem gepleegde verschrikkin
gen", zegt de kleinzoon. „Ik zie nog
steeds de opa van toen ik een klein
kind was. Hij was een echte opa, een
lieve man met ondeugende ogen. De
opa met dat geruite petje, altijd bezig
in de moestuin. Ik heb wel zijn kop
pigheid leren kennen.
„Natuurlijk zou ik, met wat ik nu
heb geleerd, graag met hem willen
praten over wat hij heeft beleefd.
Over het geweld, zijn worsteling.
Over zijn breuk met Aaltje en over
zijn onbeantwoorde liefde voor het
pubermeisje Puck dat hij in Indone
sië leert kennen. Maar ik weet al
zoveel meer. Hij heeft postuum mijn
leven verrijkt. Ik ga het nu een mooi
plekje geven", zegt Ronald Nijboer,
met een klopje op zijn boek. Opa's
boek.
lijden van zijn overgrootvader, maakt
indruk. Evert-Jan huilt. Ronald:
„Toen ik dat las, kreeg ik een brok in
mijn keel."
Ronald vindt foto's in enveloppen.
Van Indonesische mannen, verdach
ten die strak in de camera kijken. Van
opgravingen, van vermoorde militai
ren. Een van hen mist zijn hoofd.
Evert-Jan schrijft over het brute
geweld van de 'terroristen', tegen de
Nederlanders, tegen de Chinese
minderheid.
woensdag 9 augustus 2017
Kleinzoon
herleeft
opa's oorlog
Hans van Zon
Amsterdam
Evert-Jan Nijboer in Nederlands-lndië.
—Ronald Nijboer
Tabé Java, Tabé Indië,
uitgeverij HarperCollins