9
miljoen
binnen te halen. Het was de kameleon in
mij, die zich in mijn werk als zzp'er onge
merkt steeds beter ontwikkelde.
Mijn vriend - ook zelfstandige - zegt
altijd: we zijn ons eigen product, we
moeten onszelf in de markt zetten. Vanaf
het moment dat ik me drie jaar geleden
inschreef bij de Kamer van Koophandel,
was ik een winkelier zonder sluitings
tijden: altijd open, doordeweeks én in
het weekend, desnoods 24 uur per dag.
Voordat ik het wist, verkocht ik mezelf
op elk moment, waar ik ook was. Zelfs bij
de bakker gedraag ik me tegenwoordig
alsof ik moet bewijzen dat ik de leukste
klant ben. Ik sta altijd aan, want ik weet
nooit wie me de volgende klus aanbiedt.
Laatst sprak een wijkagent me aan op de
hoek van de straat. Hij zag me vaker
lopen met mijn hond en vroeg wat ik van
de veiligheid in de buurt vond. De dak
loze alcoholist van wie ik last had, was
ongevaarlijk, verzekerde hij me, totdat
het tegendeel bewezen was. Hij lachte.
Vervolgens vroeg hij naar mijn werk en
vertelde dat hij zelf ook weieens wat
schreef. Hij zou het me mailen, maar toen
hij me dezelfde avond nog appte om te
zeggen dat we volgens hem nog lang niet
waren uitgepraat, wist ik dat ik een pro
bleem had: het probleem van de zzp'er
die zichzelf onderweg is kwijtgeraakt.
Ik stortte me met zoveel overgave in elk
contact, dat de ander regelmatig dacht
dat er sprake was van een flirt of versier
poging.
Ik zie nog voor me hoe mijn vader, die
een eenmans mediabedrijf runde, om
ging met periodes waarin hij even geen
klussen had. We waren begin jaren 90
verhuisd naar het chique Heemstede,
want de zaken gingen goed. Hij had een
lucratieve documentaire afgerond, maar
raakte in paniek toen er niet meteen een
nieuwe opdracht binnenkwam.
Ik herinner me de eerste keer nog goed.
Het was drukkend benauwd weer en
mijn vader lag al een paar dagen boven op
bed. De zware, groene gordijnen, versierd
met paradijsvogels, waren gesloten. Hij
staarde voor zich uit terwijl hij zijn hand
systematisch in een zak drop stak. Papa
is een beetje moe, zei mijn moeder bene
den in de keuken met een vastgeplakte
glimlach. Het leven als zzp'er drukte als
een zware last op zijn schouders. Op de
zeldzame momenten dat hij even geen
opdrachten kreeg, herhaalde dit patroon
zich en was die zak drop zijn enige hou
vast. Tot de huistelefoon weer rinkelde en
hij zangerig 'Dag kindje!' in de hoorn
riep. Direct herkenden mijn zus en ik de
euforische toon die onze vader aansloeg
als er iemand uit het vak belde. Al zijn
collega's waren vrienden, maar tegelij
kertijd mogelijke opdrachtgevers die
allemaal met dezelfde opgewekte energie
moesten worden begroet. Nooit durfde
hij er op te vertrouwen dat hij die zak
drop niet langer dan twee weken nodig
had.
De scheidslijn tussen mijn werk en
privéleven verdween volledig toen ik
besloot een autobiografisch boek te
schrijven over mijn verslavingsverleden.
Op boekpresentaties, borrels en partijen
is vaak de eerste vraag: 'Wat doe je voor
werk?' Dan begin ik hartstochtelijk te
vertellen over mijn vroegere ghb-versla-
ving en over mijn debuut De parttime-
junkie. Ik gooi er meteen wat geestige
anekdotes in over lezingen waar me
vragen worden gesteld als: 'Mevrouw, gaf
u uw hond ook drugs?' Zeven jaar clean
en nog steeds lijk ik mijn best te doen om
te bewijzen dat ik meer ben dan alleen
een ex-junk die haar verslavingsverleden
exploiteert. Tegelijkertijd ziet de
kameleon in mij het vertellen van deze
anekdotes ook daadwerkelijk als een kans
om uitgenodigd te worden voor een
lezing. Vervolgens stelt mijn gespreks
partner voor om een keer wat samen te
drinken, omdat veel mensen óók een
levensverhaal hebben waar ze graag eens
over doorpraten. Ondertussen heb ik al
begrepen dat ik niets uit mijn winkel kan
slijten, maar wil ik ook niet onbeleefd het
gesprek afkappen. Tot mijn eigen schrik
hoor ik mezelf vervolgens enthousiast
roepen dat we dat vooral eens moeten
doen, terwijl ik op dat moment al weet
dat ik er tegen die tijd onderuit wil
komen. En zo bevind ik me regelmatig
in een overvolle koffiebar zonder dat ik
eigenlijk weet wat ik met die ander aan
moet. 'Ga je nog op vakantie?' is de vraag
die ik achter de hand houd. En omdat ik
mijn wervende zzp-persoonlijkheid niet
meer kan uitzetten, zit ik er drie latte's
later nog. Ik zal er alles aan doen om te
voorkomen dat je me niet goed genoeg
vindt. Niet alleen als zzp'er. Want een
afwijzing van mijn werk is verworden
tot een afwijzing van mijn persoon.
Omdat je als zzp'er veel dient te net
werken en verschillende opdrachtgevers
hebt, herhaalt dit spel zich continu. Zo
was ik voor het boek Nederland. Een
objectief zelfportret gevraagd een stuk te
schrijven over de xtc-pil. Een beetje
zenuwachtig vertrok ik op de fiets naar
de boekpresentatie. Ik sprak mezelf
moed in: borrels zijn best leuk Renee,
ook al sta je aan het einde van de avond
nog steeds alleen in een hoekje met een
lauwe bitterbal en een glas goedkope
witte wijn. Op de stoep van veilinghuis
Christie's in Amsterdam stonden Jeroen
van Kan en Wim Brands, de samenstel
lers van het boek, de gasten op te wach
ten. Joviaal liep ik op ze af: 'Hi, ik ben van
de xtc!' Het gezelschap viel stil en keek
elkaar even aan. 'Ik wist niet dat we de
plaatselijke dealer van Amsterdam-Zuid
hadden uitgenodigd?' zei Wim Brands.
Ik kromp in elkaar. 'Nee, ik heb het
verhaal geschreven over de xtc-pil,' zei ik
iets te hard lachend terwijl ik met een
knalrood hoofd snel het gebouw in rende
Zo bevind ik me HF
regelmatig in eeiijl
overvolle koffiebar
/.onder dat ik U9
eigenlijk weet wat
ik niet die ander
aan moet
Volgens het Cen
traal Bureau voor
de Statistiek telt
Nederland op dit
moment ruim een
miljoen zelfstandi
gen zonder perso
neel. Ongeveer
15 procent van
deze zzp'ers heeft
naast de eigen
onderneming ook
een baan in loon
dienst. De afgelo
pen tien jaar is het
aantal zzp'ers met
meer dan 200.000
toegenomen, maar
sinds de Neder
landse economie
aantrekt, vlakt de
groei van mensen
die een eenmans
zaak opzetten af.
221 zaterdag 29juli 2017