s
rt
Narda is geen
noodgeval,
zegt Zundert
ZEELAND 25
Eenszou
het een keer
afgelopen
zijn. Maar
toch niet
zo? Toch
niet nu?
zv
■M
mooi pleite. Maar hij staat nu wel
scheef naar mij te kijken."
Narda heeft al vanaf het begin, toen
Fort Oranje nog een boerderij met
weiland was, dezelfde plek. Laantje
H, plek 36. In het midden van bijna
zevenhonderd staanplaatsen. Links
en rechts én aan de overkant van
Narda worden bouwvallen met een
kraan geruimd. Verder in het laantje
louter Bulgaren met kroost. In één
van die karkassen huisden tot voor
kort een jong stel met kind.
Nu telt Narda er naar eigen zeggen
soms tien, twaalf mannen. „Moet je 's
avonds komen: dan staat het hier vol
met busjes. Kan ik er met mijn To-
mossie nauwelijks tussendoor. Men
sen snappen niet dat ik hier nog kom
en durf te slapen. Maar wat moet ik
dan? Dit is mijn alles. Ik moet 16 au
gustus weer in Rotterdam zijn, bij de
specialist, vanwege die kaak. Maar
dan kom je met angst en beven terug,
in de hoop dat alles nog netjes bin
nen staat. Pas geleden nog een gas
fles: ook gejat."
Het Leger des Heils, dat sinds kort
ook op Fort Oranje bivakkeert om
bewoners bij te staan, heeft de Rot
terdamse aangeboden om te komen
helpen met pakken. Want vóór 15
september moet mevrouw De Jong
haar kraakheldere caravan uit, daarna
heeft ze nog twee weken de tijd om
haar trots elders onder te brengen. Of
te verkopen.
„Ze zijn allemaal nog gekker dan ik.
Waar moet ik die kolerezooi laten?
Twee splinternieuwe parasols van
drie meter doorsnee. Wat moet ik
daarmee op een balkonnetje één
hoog? Mijn terrastafel - een echte
Hartman - zes stoelen, bijpassende
kussens, een Italiaanse fontein van
achthonderd euro die David nog spe
ciaal voor mij heeft gekocht. Hij vond
hem zelf lelijk, maar toch... Wat laat
ik dat? Weet je wat een advertentie in
De Havenloods kost? 65 euro voor drie
regeltjes. Waardeloos is het. Wie
koopt nou mijn caravan, 41 jaar oud,
zonder staanplaats? Maar voor mij is
het een paleis."
Geld om met haar trots op te kras
sen naar een andere camping heeft
Narda niet. Bijna tachtig inmiddels,
eind september, leeft ze van haar
AOW-tje en wat centen die ze nog
moet bijverdienen in een poetshuis.
David was een goeie man, maar ver
gat een pensioen te regelen. „Dus leg
ik mij er bij neer dat het is afgelopen.
Dat ik hier weg moet. Natuurlijk: ik
ben oud. Eens zou het een keer afge
lopen zijn. Maar toch niet zo? Toch
niet nu?"
Hun enige zoon, David junior,
woont ver weg en kan vanwege een
handicap niet autorijden. Hoe ze haar
spullen naar Rotterdam moet zien te
krijgen, Narda heeft geen idee. Vrien
den op de camping heeft ze niet.
Vroeger, ja vroeger. Dat was ons kent
ons. Bingo in de kantine. Klaverjas
sen, dat konden die Rotterdammers,
Hagenezen en Utrechtenaars alle
maal. Maar da's voorgoed voorbij.
„Na half augustus kom ik hier nog
een paar weekenden. Neem ik de fo
to's mee. En voor mijn kleren heb ik
een paar Turkentassen. Maar de rest?
Ik kan moeizaam met mijn bed op de
tram."
zaterdag 29 juli 2017
A Op de bank, tegenover haar
vaste plek, zit Opa Sjekkie. „Zo zat
mijn man zaliger ook altijd. Dan
denken vreemden dat ik niet alleen
ben." foto renéschotanus/pix4profs
De gemeente Zundert bekijkt
wat ze voor Narda de Jong kan
doen, meldt een woordvoerder.
De Rotterdamse kan zeker niet
blijven, uiteindelijk moet iedereen
weg van de gewraakte camping
van de omstreden eigenaar
Engel. Narda is geen noodgeval,
redeneren de ambtenaren. Ze
heeft in Rotterdam immers een
dak boven haar hoofd. Ze be
taalde voor haar staanplaats een
maandelijkse huur van 146 euro.
Die is per 1 juli opgezegd, ze
hoeft sindsdien niets meer over
te maken. Probleem is en blijft
haar stacaravan. Die is haar ei
gendom en mag vanaf 1 oktober
niet meer op Fort Oranje staan.
Toezeggingen doet de gemeente
Zundert nog niet. Er wordt geke
ken naar een 'passende' oplos
sing. Mogelijk wordt de caravan
getaxeerd en krijgt mevrouw De
Jong een schadevergoeding. Ze
kan de caravan ook achterlaten,
maar dan doet ze afstand en
wordt die geruimd. Narda zelf wil
het liefst gewoon geld om haar
hele hebben en houden dat ze
niet op haar Rotterdamse flatwo
ning kwijt kan achter zich te
laten. „En een traantje, want hier
ligt toch een half leven."