24 ZE INTERVIEW NARDA DE JONGA Ze móet weg. Na 41 jaar. Fort Oranje wordt geruimd en Nardade Jong is op 15 september haar staanplaats kwijt. „Waardeloos is het." Mensen snappen niet dat ik hier nog kom. Maar wat moet ik dan? zv Ze is 79, maar Narda heeft nog de energie van een jonge meid. Ze zou de zus van Jules Deelder kunnen zijn, kwebbelt vijf kwartier onvervalst Rotterdams in een uur en zet Douwe Egberts waar het hart van overslaat. Vertelt vol vuur, vooral over het leed dat haar wordt aangedaan op Fort Oranje, de beruchtste camping van het land. „Dat ze de boel sluiten, kan ik be grijpen. Het is hier een bende. Als ik op mijn brommertje in het dorp een halfje brood moet halen, zitten ze binnen. Laatst nog twee enorme Bul garen in mijn tuintje. Die heb ik eruit moeten schelden. Pleurt op. Toen wij hier kwamen, had je puur Nederlanders. Nu alleen nog illega len die achter mijn schuurtje zitten te bouten." Ze is de oudste recreant van Fort Oranje. Haar man zaliger, David de koopman, gaf er zelf niks om, maar kocht de stacaravan destijds voor zijn Narda. Achtpersoons, barstensvol Hummeltjes, tierelantijnen, ruches en een lekkere grote Bruynzeel-keu- ken. „David is al zo lang dood dat hij on derhand weer leeft. Een jodenman met twee linkerhanden, maar een goed hart. Totdat dat het begaf: hij bleef zo zitten in zijn stoel. Sinds dien rijd ik met de tram, de trein en de bus 's zomers alleen van Rotter dam-Noord naar de camping. Al ze ventien jaar, zolang ik weduwe ben. 's Winters leef ik op één hoog tussen vier muren, 's zomers hier in mijn tuintje. Straks zit ik het hele jaar door opgesloten." Eigenlijk is het al een heel jaar bag ger, verzucht Narda terwijl ze met een vaatdoekje over de campingtafel gaat. Eerst iets met haar rikketik waardoor ze onder de douche flauw viel, toen een smak bij de halte van lijn 23 op de Coolsingel waarbij ze haar kaak op vier plaatsen brak, daarna de brief waarin de gemeente Zundert aankondigde dat de com plete camping wordt opgedoekt en pas geleden hebben 'ze' geprobeerd een van haar kabouters te jatten. „Ik kan veel hebben, maar ze moeten van mijn spullen afblijven. Gelukkig weegt die kabouter een ton en staat ie op een koperen paal. Anders was ie zaterdag 29 juli 2017 pakken mijn lust en.. mijn leven John Bas

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2017 | | pagina 60