JE ZULT DE VROUWEN DE KOST MOETEN GEVEN DIE OPEENS GENOEG HEBBEN VAN HUN BAAN EN BAAS, OF DIE DENKEN DAT EEN ANDERE PARTNER DE OPLOSSING IS Een dip volgde. Van een dag of twee. Een weekend, waarin ik mezelf voor de spie gel eens goed onder de loep nam. Ja, het verval had duidelijk ingezet. Die oogleden dus. Maar ook de lubberende bovenarmen ('geen bloesjes zonder mouwtjes meer', sprak ik mezelf streng toe), de ouderdomsvlekjes (ja, de dokter had ze zo genoemd) in mijn gezicht, de plofferige knieën. En wat de beroemde potloodtest betreft: bij mij bleef een vol etui nog met gemak onder mijn borsten hangen. Ja, het is waar wat ze zeggen: alles gaat hangen als je ouder wordt, alles valt ten prooi aan de zwaartekracht, behalve je tandvlees. Dat maakt een om gekeerde beweging en trekt zich terug. Had de tandarts laatst niet gesproken over parodontitis, een ontsteking in de tandvleesrand waardoor het kaakbot wordt afgebroken? De dip ging over. Ik dacht: ach, hoe belangrijk is dat uiterlijk nou eigenlijk? Het gezicht kan immers altijd worden opgepoetst met een make-upje, er zijn hippe bloesjes met lange mouwen te koop, de knieën zie je niet in een spijker broek en voor die borsten zijn de beugel beha's uitgevonden, nietwaar? Zelfs voor het tandvleesprobleem blijkt een goede behandeling te zijn. Maar nu ben ik drie maanden verder en is er iets vervelends gebeurd. De lichtgrijze gedachten over rimpels en hangborsten zijn langzaam veranderd in donkere wolken die schreeuwen: 'Je bent over de helft! Je bent oud! Je hebt haast! Denk na over wat je nog wilt, want anders is het te laat!' Kortom: de kwesties met betrek king tot mijn uiterlijk hebben plaatsge maakt voor iets veel groters: een meer existentiële crisis. Midden in de nacht kan ik tegenwoordig wakker schieten. Dan denk ik aan een vriendin die vorig jaar aan kanker is overleden, aan de vrouw van mijn collega die overleed aan een hartstilstand en aan bekenden die het leven ineens niet meer zagen zitten en er een eind aan maakten. Mijn hart slaat op die momenten op hol en ik snak naar adem. Hoeveel tijd heb ik nog om dromen waar te maken? En wat zijn eigenlijk mijn dromen? Samenwonen Overdag denk ik vaak aan vroeger, toen ik de leeftijd had van de studenten aan wie ik nu af en toe les geef. Wat een mooie tijd was dat toch. Toen alles nog open lag en je niet kon wachten op de volgende fase van je leven. Want na de studie kwam de verre reis en daarna je eerste eigen huis, daarna zou je gaan samen wonen en misschien wel trouwen, dan kwamen de baan, de kindjes, een nog groter huis... Ik ben 46 en heb alle fases wel zo'n beetje gehad. Zelfs mijn enige (stief)kind is sinds een halfjaar het huis uit. Wat is er nu nog om me op te verheugen? Ouder wordende ouders, die straks mijn hulp misschien nodig hebben? De overgang met alle ongemakken van dien? Moet ik mijn leven niet drastisch omgooien? De boel de boel laten en emigreren? Als ik op een avond met een vriendin van begin 50 in een kroegje aan de wijn zit en haar vertel over mijn gevoelens, wijst ze me op het boek De Overgang. Hierin staat dat deze periode in een vrou wenleven over veel meer gaat dan alleen lichamelijke ongemakken. Voor de vrien din werkte het boek als een troost, door 241 zaterdag 8juli 2017 WG

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2017 | | pagina 114