5
CRÈCHES VOLLER DOOR AANTREKKENDE ECONOMIE
Ouders die een
plek zoeken in de
kinderopvang,
krijgen voor het
eerst sinds jaren
weer te maken met
wachtlijsten.
Zowel in steden in
de Randstad als
daarbuiten.
'Als het met
lukt, stel ik
mijn plan om
meer te
werken uit'
Ouders in die steden moeten vol
gens de Branchevereniging Maat
schappelijke Kinderopvang (BMK)
en ouderorganisatie BOINK vaker
dan voorheen wachten op een
plekje voor de populaire maandag,
dinsdag en donderdag. Monique
Wittebol (bestuurslid BMK): „Op
woensdag en vrijdag is in de steden
meestal nog wél plaats. Daar is
minder vraag naar, omdat veel ou
ders dan zelf vaak vrij zijn."
De drukte heeft volgens Gjalt Jel-
lesma (voorzitter BOINK) allereerst
te maken met het economisch her
stel. „In de crisisjaren zagen steeds
meer ouders zich gedwongen ge
bruik te maken van 'informele op
vang': opa's en oma's, buurvrou
wen en andere ouders. Nu durven
vooral de ouders met een iets hoger
inkomen wel weer een contract
met de kinderopvang aan."
Dat de overheid weer meer bij
legt, maakt ook veel verschil. Jel-
lesma: „Laagopgeleide ouders zijn
in de periode 2010-2014 massaal af
gehaakt omdat ze steeds minder
toeslag kregen. Ook veel midden-
en hogere inkomens zagen het niet
meer zitten, toen de werkgeversbij
drage werd afgeschaft, Toen werd
het voor bijna iedereen stukken
duurder."
2Samen is zo'n organisatie die de
belangstelling heeft zien toene
men. De kinderopvangorganisatie
in Den Haag en Westland had in
juni 2016 nog 5800 kinderen, nu
zijn het er 6100. Dat betekent vol
gens woordvoerster Nicole van Bo-
hemen op sommige locaties inder
daad een reservelijst. „Waar nodig
breiden we uit met een extra groep.
Maar dat moet, qua huisvesting, wel
mogelijk zijn."
In een provincie als Gelderland is
het beeld 'nogal wisselend', vertelt
directeur/bestuurder Helma Ver
beet (kinderopvangorganisaties
KION en SPOM). „Sommige lande
lijke gemeenten hebben te maken
met bevolkingskrimp, dus daar
daalt de vraag naar kinderopvang.
Maar in sommige wijken van een
stad als Nijmegen is er extra vraag.
Daar moeten we ouders incidenteel
Jojobeleid
van de
overheid
heeft er
ingehakt.
Ouders
hebben
geen
vertrouwen
in bijdrage
van het rijk
wel eens teleurstellen."
In Brabant wordt de kinderop
vang volgens Geert de Wit, be
stuurder bij Kinderstad, vooral
weer populairder in de iets welge
steldere wijken. Van wachtlijsten is
nog geen sprake. „Wij hebben hier
de afgelopen jaren te maken gehad
met veel ondercapaciteit: onze be
zettingsgraad was van 95 procent in
topjaar 2011 gedaald naar zo'n 45
procent in 2015. We hebben dus ge
noeg ruimte om weer te kunnen
groeien."
BMK en BOINK hopen dat het
nieuwe kabinet voor meer vastig
heid zorgt. Wittebol: „Ouders wil
len, nu het beter gaat met de econo
mie, graag weer gebruik van de kin
deropvang maken maar blijven hui
verig over de rijksbijdrage. Ze vra
gen zich af of de kosten volgend jaar
wel hetzelfde zullen zijn."
Volgens Jellesma heeft het 'jojo
beleid' van de overheid er het afge
lopen decennium flink ingehakt.
„Ouders durven er vaak niet meer
op te vertrouwen dat ze een deel te
rugkrijgen. Dat vertrouwen zou er
wel moeten zijn."
maandag 3 juli 2017
GO
Wachtlijst in kinderopvang
na jaren van crisis weer terug
Eefje Oomen
Utrecht
—Gjalt Jellesma,
voorzitter BOINK
Marloes Ten-
sen met Bram
en haar man
Tjem. Mits er
opvang is voor
Bram, wil ze
een dag extra
werken, foto
KOENVERHEIJDEN
Het leek op voorhand
helemaal niet zo inge
wikkeld. Moeder Marloes
Tensen (31 jaar) zou de
eerste tijd na de ge
boorte van haar zoontje
Bram weer twee dagen
als tandartsassistente
gaan werken en dat later
naar drie dagen op
schroeven. Maar toen ze
dit jaar informeerde naar
één extra opvangdag bij
haar kinderopvang in 's-
Gravenzande bleek er al
leen plek van september
tót januari. Vanaf januari
2018 is de groep van 2
tot 4 jaar helemaal vol.
Marloes kreeg nog wel
het aanbod voor een an
dere locatie in dezelfde
gemeente, maar wees
dat af. „Dat is heel on
rustig voor Bram. Dan zit
hij het ene moment hier
en het andere moment
daar, terwijl hij net aan
één plek en bepaalde
kinderen gewend is."
Bram staat nu als
tweede op de wachtlijst:
ze hoopt dat hij er nog
tussen komt. „Als het
niet lukt, stel ik mijn plan
om meer te gaan werken
maar even uit."