In beeld Onze 24 voetbalvrouwen zijn klaar voor het Europees Kampioenschap clat op 16 juli in Utrecht begint. Daniël Dwarswaard, die het EK voor deze krant verslaat, blikt vooruit. Ik app een goede vriend. Hij is, op zijn 32ste nog, verslaafd aan de befaamde voetbalplaatjes van Panini. Zijn collectie heeft de waarde van een luxe vakantie met het hele gezin. Of hij ook de plaatjes van het EK-Vrouwenvoetbal aan zijn impo sante verzameling toevoegt, vraag ik hem. Direct antwoord: Nee. Want dat gaat zelfs hem te ver. Een grote smiley sluit zijn boodschap af. Wat is dat toch? Waarom omarmt zelfs de fanatiekste voetbalsupporter de vrouwenvariant niet? Waarom kijken 'we' anders naar vrouwenvoetbal dan naar vrouwenhandbal of vrouwen- hockey? Als verslaggever van deze krant was ik bij twee teleurstellende toer nooien; het EK 2013 in Zweden en het WK in 2015 in Canada. Waar ik in mijn vriendengroep vaak avondenlang over de trips met Ajax mag verhalen, verzan den anekdotes over vrouwenvoetbal vaak rap in schuine grappen. En in lolle tjes over het niveau natuurlijk. 'Onze B2 wint er nog van', 'heeft toch niets met voetbal te maken, joh'. Een lol dat ze hebben. En toegegeven: ook ik moet altijd even schakelen van Ajax-Manchester United naar de vrouweninterland tus sen Nederland en pakweg Noorwegen. En ook ik doe het bewust en onbewust: dat eeuwige vergelijken van mannen- en vrouwenvoetbal. Juist omdat het mannenvoetbal al zo lang verweven is in ons dagelijks leven, in het dna zit van de Nederlander. Voetballende vrouwen dragen het navenante verwachtings patroon elke wedstrijd met zich mee. Dus zeg ik: stop! Kap! Nok met vergelij ken! Begin - eindelijk - met omarmen! Want hoe aantrekkelijk en verleidelijk ook, vergelijken is niet reëel. Som maar op: pas sinds een paar jaar kunnen (alleen de beste) speelsters van ons land leven als prof. Slechts een handjevol profclubs in Nederland heeft een vrou- wentak. En de aanwas van grote talen ten komt waarschijnlijk pas écht als de sport kan profiteren van al die meisjes die nu steeds fatsoenlijker worden opgeleid bij alle amateurclubs in het land. Is vrouwenvoetbal wel leuk om te vol gen als journalist? Ik moet eerlijk zijn: een heel seizoen zou ik niet trekken. En ik moet ook niet naïef doen: ik weet dat collega's, die al een werkend leven lang naar het beste mannenvoetbal ter wereld kijken, mij niet benijden. Ja, die zomer in Canada had hen ook wel wat geleken. Maar dan zonder het voetbal. Wat ik hen óók vertel: nergens in de voetballerij zijn ze zo blij als er een jour nalist komt als bij de Oranjevrouwen. In de blikken van de speelsters zie je geen wantrouwen. Ze zien vragen niet als een aanval. Ze nemen de tijd. Ze geven eer lijke, soms grappige antwoorden. Ik moet oppassen om niet te veel in clichés te denken, maar zulke antwoorden zijn in het mannenvoetbal steeds uitzonder lijker. Ik hoor u denken: maar daar draait het in topsport toch niet om? Nee, het draait om winnen. En dat hebben de OranjeLeeuwinnen (om die vreselijke marketingterm maar eens te gebruiken) te weinig gedaan als ze eindelijk wél eens in de spotlights stonden. Maar in sport komen altijd nieuwe kansen, deze zomer zelfs in eigen land. De inzet is misschien nog wel belangrijker dan de titel: reputatie én acceptatie. Zodat ook het sparen van hun Panini-plaatjes een vanzelfsprekendheid wordt. magazine 33 Foto's CORNÉ VAN DER STELT Styling BE ATRICE JOLLY Met medewerking van AMBER KORVER WG

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2017 | | pagina 90