14 WEE
Als meisje vluchtte ze de duinen in met haar boeken. Ze
droomde en dichtte zich naar een andere wereld.
Margreet de Haan heeft de letters nooit
losgelaten. Nu runt ze boekhandel 't Spui in Vlissingen.
PORTRET MARGREET DE HAAN
Literatuur
verklaart ook veel
over jezelf,
relativeert, biedt
troost
PASPOORT
et is misschien
wel de mooiste
straat van Vlis
singen. Vanuit
de stad schuin
omhoog rich
ting de boule
vard. Een straat met een horizon.
Heel Vlissings: een rommelige
mengeling van statige, soms ver
waarloosde oude herenhuizen en
moderne appartementen. Een
straat die is vernoemd naar Coosje
Busken: de schrijfster die eind
18de eeuw een bijzondere ver
schijning vormde in Vlissingen,
die als meisje uitblonk en die als
jonge vrouw een 'hartsvriend
schap' onderhield met Betje Wolff
en Aagje Deken.
In die straat woont tweeënhalve
eeuw later weer een bijzondere
verschijning. Weer iemand die
graag verdwaalt in de literaire we
reld. Halverwege, op één hoog,
woont Margreet de Haan (48) met
haar dalmatiër Lester. Op een
kleine, maar knusse etage. Met
stapels boeken, muren vol kunst
en exotische theezakjes om uit te
kiezen. Een huis dat voelt als een
café.
„Elke dag, met Lester. Ik heb altijd
gezegd: ooit wil ik op de boule
vard wonen. Maar er zou denk ik
niets meer uit mijn handen ko
men, ik zou hele dagen naar bui
ten turen. De boulevard is de plek
waar mijn ouders elkaar voor het
eerst ontmoetten. Mijn moeder
kwam uit Goes, mijn vader uit
Breda. Hij was vertegenwoordiger
in scheepsketels bij de Schelde, zij
was fysiotherapeut. Toen er kin
deren kwamen, lieten ze een huis
bouwen in Zoutelande. Ze bleven
allebei doorwerken."
„Het was ook zwaar. Zeker omdat
het derde kind, Frank-Jan, het
syndroom van Down had. Mijn
moeder heeft dat nooit goed kun
nen accepteren. 'Het was een straf
van God', zeiden haar ouders. Zij
waren ook al tegen het huwelijk
met mijn vader, die katholiek was
en bovendien al eerder was ge
trouwd. Met de geboorte van
Frank-Jan zijn de problemen in
ons gezin begonnen. Hij werd
liefdevol verzorgd, maar met
name door mijn vader. Mijn moe
der ontkende lange tijd zijn han
dicap, die werd niet besproken en
zij ging drinken."
„Ze kregen nog een zoon en later
kwamen Annelies en ik. Een
tweeling, tot ieders verrassing.
Toen ik opgroeide, waren de oud
sten het huis al uit. Wij, de jong-
sten, groeiden op in een compleet
ander gezin. Met totale vrijheid,
omdat onze ouders gewoonweg
geen tijd voor ons hadden. Een
Pippi Langkous-gezin. Dat had
mooie kanten, maar er waren ook
veel ruzies. Toen ik acht was, is
mijn oudste broer op weg naar
zijn diploma-uitreiking tegen een
boom gereden. Mijn moeders lie
velingskind. Hij heeft het gered,
maar hield er een hersenbescha-
diging aan over en moest langdu
rig herstellen. We moesten thuis
op onze tenen lopen. Mijn moe
der ging alleen maar meer drin
ken, was moeilijk aanspreek
baar. Wij gingen allemaal ons ei
gen gangetje. Niet samen, maar
apart van elkaar. We zijn alle zes
totaal verschillend, ook mijn
tweelingzusje en ik. Zij was een
paardenmeisje, ik ging naar de
duinen om gedichten te schrij
ven. Ik werd een denker, een dro
mer. Op mijn vijftiende ben ik
het huis uit gegaan. Een jaar later
was mijn moeder dood."
„Ook al wilde niemand terugkij
ken en behielden we afstand, ook
tot elkaar, toch hebben we samen
ons best gedaan voor onze vader
te zorgen. Maar ook hij trok zich
terug. Alleen Frank-Jan woonde
nog thuis. Hij zat in een stoel,
hele dagen lang. We hebben er
voor gezorgd dat hij terechtkwam
in een gezinsvervangend tehuis.
Mijn vader verhuisde naar de
boulevard in Vlissingen, maar
overleed een paar jaar later aan
een hersenbloeding. Ook hij was
veel gaan drinken. Niet lang na
mijn vader is ook Frank-Jan over
leden. Daar waren we allemaal
kapot van."
„Ik ben aanvankelijk gaan samen
wonen met mijn jeugdliefde
John, een bokser, uit een half-In-
disch gezin waar alles samen
werd gedaan. Het benauwde me.
Ik wilde geen huisje-boompje-
beestje. Kinderen wilde ik ook
niet. Pas vele jaren later, toen ik
na een reeks moeizame relaties
voor het eerst weer samen
woonde, gebeurde er iets. Ik was
met mijn zus Gerda in Peking en
wenste bij de Tempel van de He
mel ineens dat ik een kind zou
krijgen met Meindert. Zomaar,
vanuit het niets. Ik schrok er zelf
van. Het was echter helemaal niet
aan de orde en ik heb er ook nooit
meer over gepraat. Pas nu denk ik:
'jammer dat het er nooit van is ge
komen'. Maar ik denk dat ik er
niet voor in de wieg ben gelegd."
„Literatuur heeft mij gevormd,
als kind al. De bibliobus die in
ons dorp kwam, las ik van voor
tot achter. Toen ik een tiener
werd, las ik al boeken voor vol
wassenen. Vanaf jonge leeftijd
hielp ik mijn zus Gerda in boek
handel De Ruiter in Vlissingen. Ik
ben er later ook gaan werken en
daarna in de boekwinkel van de
HZ. Twintig jaar heb ik daar tus
sen de jonge mensen gestaan. Ik
heb op jonge leeftijd nooit kun
nen doorstuderen, maar ik heb
geleerd dat waar je ook vandaan
komt, je je altijd kunt ontwikke
len. Boeken bieden je een open
blik. Je wereld groeit. Literatuur
verklaart ook veel over jezelf, rela
tiveert, biedt troost."
„Ik heb twee kanten. Ik kan ook
heel somber zijn. Ik heb toch iets
gemist, als kind, maar ook later.
Dat kwam eruit in 2010, toen mijn
hond overleed. Olav, mijn eerste
dalmatiër. We waren samen één.
Maar op een dag, hij was net vijf,
dronk hij koelvloeistof uit een jer
rycan die op het strand was aange
spoeld. Hij stierf en ik bevroor. Ik
had zoveel meegemaakt, maar ik
heb me nog nooit zo uit het veld
geslagen gevoeld als toen. Alles
kwam eruit, een soort oerverdriet.
Ik wilde niet meer naar het strand
en Vlissingen, waar ik zo van hield,
vond ik ineens zó lelijk. Toen ik op
een inktzwarte dag op straat Olavs
naam begon te roepen, heb ik de
fokker gebeld. Lester heeft me er
bovenop geholpen. Ik kon mijn
verdriet loslaten. En ik stond weer
open voor nieuwe dingen."
„Ik kon een baan krijgen binnen
de HZ, maar ik voelde dat dit het
moment was om iets voor mezelf
te beginnen. En toen kwam boek
handel 't Spui in Vlissingen vrij
ter overname. Mijn zus, haar man
en ik werden benaderd en we
hebben het gedaan. We draaien
het nu bijna twee jaar en het gaat
goed. Onze winkel is ook een ont
moetingsplek. Een plek waar
mensen verhalen vertellen en
waar wij verhalen doorgeven."
„Wij zijn gelukkig met de winkel
en ik ben volkomen gelukkig met
mijn leven, zoals het nu is. Een
paar jaar geleden zijn we als broers
en zussen bij elkaar gaan zitten om
te praten over papa, van wie we ei
genlijk zo weinig wisten. Gerda
googelde zijn naam en kwam die
tegen op een site voor oorlogslief-
dekinderen. Daar stond een oproep
uit Indonesië, waar onze vader ge
legerd is geweest. We blijken dus
een halfzus in Jakarta te hebben.
Maar het wordt nog gekker, want
drie jaar geleden kreeg ik via Face-
book ineens een berichtje uit Ier
land. En jawel, weer een halfbroer:
Paul. De oudste eigenlijk, uit de
tijd dat onze vader in Engeland
was aangesloten bij het Engelse le
ger. Paul lijkt griezelig veel op mijn
vader. We zijn dus niet met zessen,
maar met z'n achten. We zien het
als een toegift en zijn er alleen
maar blij mee. De situatie is zo ab
surd, dat we er alleen maar heel
hard om lachen. Een verhaal is
nooit af, dat blijkt maar weer."
zaterdag 20 mei 2017
GO
Ik werd een denker, een
romer
Margreet de Haan
geboren te Zoutelande
op 18 augustus 1968,
woonachtig te
Vlissingen,
alleenstaand
Opleidingen:
mavo/havo,
vakopleiding
boekenvak,
post-HBO branding,
diverse cursussen:
zoals trendwatching en
storytelling
Werkervaring:
30 jaar boekenvak
(waarvan nu bijna
twee jaar als
zelfstandig
ondernemer)
Lievelingsboek:
'Birk' van Jaap Robben
Margreet de Haan
is één van de geno
mineerden voor be
ste boekverkoper
van Nederland.
Stemmen kan via
Stichtingelspeet.nl
Wendy Wagenmakers
Je loopt hier zo de boulevard op.
Doe je dat vaak?
Dat is bijzonder voor die tijd.
Toch bleef het niet bij die drie
kinderen.
- Margreet de Haan
Wat deed dat met het gezin?
Hoe is het jou zelf vergaan sinds
je was weggegaan?
Anders was dat met boeken.
Heb jij die troost nodig? Je staat
bekend als uitermate vrolijk,
bent mede om die reden zelfs
genomineerd voor beste boek
verkoper van Nederland.
Niet veel later, toeval of niet,
sloot de HZ-boekwinkel.
In welk hoofdstuk zit jullie ver
haal nu?