I
10
Indianen vermengen as van geliefde overleden missionaris met bananen
Grote rol voor
missionarissen
FRANKRIJK KIEST
Frankrijk houdt
zondag de tweede
ronde van de
presidentsverkiezingen.
InCambrai is die niet
nodig: Le Pen won er al
overtuigend. Maar een
hekel aan migranten?
Dat, zeggen inwoners,
hebben ze niet.
In Cambrai is iets geks aan de hand.
Bijna 30 procent van de 'Cambré-
siens' stemt Front National, in café
l'Européen ligt het percentage vast
nog hoger, maar bijna niemand zegt
iets tegen migranten te hebben. De
woede richt zich vooral op het mi
grantenbeleid van de overheid.
„Ik heb niks tegen migranten die
hier komen werken, net als wij veel
te veel belasting betalen en geen
keet schoppen. Het zijn er alleen
veel te veel", zegt David (46), vader
van drie en al zijn leven lang werk
zaam in een naburige supermarkt.
De overheid, zegt hij, had moeten
reguleren.
Ook de 25-jarige chef-kok in een
lokaal restaurant Lyonel vindt dat
er te veel migranten zijn. In Cam
brai is zelfs dat niet waar, want het
aantal migranten in dit rustige en
superblank ogende provinciestadje
zit ook volgens de jongste cijfers
nog steeds onder de 5 procent. Da
vid en Lyonel, beide FN-stemmer,
geven met tegenzin toe dat dit
klopt. „Maar hier vlakbij, in Valen
ciennes, zijn wel problemen. Groe
pen migrantenjongeren uit het na
bijgelegen Denain struinen er het
centrum af en komen er de boel op
stelten zetten. Natüürlijk geeft dat
een gevoel van onveiligheid! Hoe
zou jij je voelen met tien, vijftien
van die gasten om je heen? En dan
heb ik het nog niet over Sangatte."
David, de potige supermarktbe-
diende doelt op het vorig jaar ont
ruimde vluchtelingenkamp aan de
Noord-Franse kust.
Laurent - „Ik werk met Afrika
nen, ik ben moeilijk van racisme te
beschuldigen" - zei het een dag eer
der al: de doorsnee Cambrésien
heeft geen probleem met migran
ten, hij heeft een probleem met de
aantallen waarin ze zijn binnenge
laten en vooral een heel groot pro
bleem met het Franse migranten
beleid. „Onze overheid heeft ze met
tien-, honderdduizenden in citées
geparkeerd, zonder ook maar een
begin van integratie." Ook David
hekelt de volgepropte wijken waar
Zelfs het kleinste
dorp in Frankrijk is
niet veilig meer voor
terreur
de migranten aan de ene kant aan
hun lot worden overgelaten, maar
aan de andere kant wel 'onbeperkt'
geld en hulp krijgen. „Ik ben niet
boos op hen, maar op onze over
heid. Waarom krijgen wij niet de
zelfde steun?"
Heel even gaat het in café l'Euro
péen over terreur, maar die speelt
«s I.
hier niet echt. Terreur, dat is iets
van Parijs en andere grote steden.
De Abdeslams en andere aanslag
plegers razen op hun ritten tussen
Brussel en Parijs wel voorbij, maar
hebben in Cambrai niks te zoeken.
Alleen scenarist Sylvain is het daar
mee oneens. „Misschien omdat ik
de avond van de aanslag vlakbij Le
Bataclan in Parijs aan het werk was.
Eén van mijn grimeuses is er in
haar been geschoten. Ik denk niet
dat we hier in Cambrai bang moe
ten zijn voor terreurgroepen, maar
nu zijn het ook geïsoleerde idioten
die aanslagen plegen. Sindsdien,
denk ik, is zelfs het kleinste dorp in
Frankrijk niet veilig meer."
Ongelofelijk, maar waar. Het geldt
voor alle avonturen die missiona
ris Jan Finkers in Venezuela be
leefde. Het laatste hoofdstuk van
zijn boeiende levensverhaal spant
de kroon. Hermano Juan, zoals de
indianen broeder Jan Finkers
noemden, leefde 45 jaar onder het
Yanomamivolk.
Toen de Geesternaar afgelopen
vrijdag op 9t-jarige leeftijd over
leed, was één ding zeker: Hermano
Juan blijft bij de Indianen. Zijn as
werd volgens traditioneel gebruik
vermengd met gestampte bananen
en als soep door de familie opge
geten. Daarmee geloven de india
nen dat ze de kracht van de goede
geest tot zich nemen. Het is ook
een teken van liefde en herinne
ring en gericht op de zielenrust
van de overledene.
Zijn zus Betsie de Roy van Zuy-
dewijn (82) en haar zoon Charl
kijken er niet van op. „Dit hoort
bij die cultuur." En dus ook bij
hun Jan. Het is zelfs een onvoor
stelbare eer. „Nog nooit is een
blanke, niet-indiaan, zo geëerd.
Dit zegt iets over hoe goed hij is
geweest voor de indianen."
De speren staan tegen de wand
van haar appartement. Een van de
vele aandenkens uit Venezuela.
Gisteren zou haar broer 92 jaar zijn
geworden. Afgelopen oktober
knuffelde Betsie hem voor het
laatst. Jan Finkers was broos, maar
wilde nog één keer naar Geesteren
komen. Alsof hij voelde dat zijn
einde naderde.
Geesteren en Venezuela, het was
een wereld van verschil. Finkers
woonde in een klein hutje. Een
man alleen, maar niet eenzaam.
Charl: „Ik geloofde zijn verhalen
nooit. Totdat ik de foto's zag." Fin
kers werd er flink ziek, maakte he
vige gevechten tussen oude volks
stammen en veel verdriet mee.
Betsie: „Dan vertelde Jan dat hij
een uitgemergeld kindje van 5 jaar
op zijn buik had gelegd. Het stierf
in zijn armen. Zoiets vergeet je
nooit meer."
Zijn missie werd breed gedra
gen. De gemeenschap thuis, Gees
ternaren en Missie Thuisfront, za
melden geld in voor hun Jan. Eens
in de vijfjaar keerde de missiona
ris huiswaarts en nam hij dank
baar geld voor de indianen in ont
vangst. „In een buideltasje nam hij
het geld weer mee terug. Het ging
altijd goed."
De laatste tien jaar verslechterde
zijn gezondheid en woonde hij in
het seminarie in Caracas. Hier
stoomde hij een nieuwe generatie
klaar voor een leven tussen de in
dianen. Hij schreef twee boeken
over de bijzondere volksstam waar
hij zelf deel van uitmaakte. Charl:
„Die worden nu nog gebruikt op
de universiteit in Venezuela."
Ook thuis in Geesteren deelde
Hij was een vriend,
een verpleger, een
verloskundige,
een onderwijzer.
hij zijn wereldkennis. „Dan kwam
hij weer opdraven bij spreekbeur
ten voor onze kinderen. Fantas
tisch! En als hij in de kerk sprak,
was het muisstil."
Zus Annie was net als Jan Salesi-
aan van de congregatie van Don
Bosco. Nu delen de broer en zus
samen een overlijdensadvertentie.
Zuster Annie Finkers overleed op
23 april op 85-jarige leeftijd in Ier
land, Jan Finkers op 29 april in Ve
nezuela.
Missie volbracht
Wat zegt het traditionele afscheid
eigenlijk over de rol van Jan Fin
kers als missionaris? Is hij zichzelf
verloren tussen de indianen of
heeft hij zijn missie juist vol
bracht? Finkers was veel meer dan
een missionaris, zegt Charl. „Hij
was een vriend, een verpleger, een
verloskundige, een onderwijzer.
Een mensenmens."
Het bijzondere, traditionele af
scheid is voor de familie een be
vestiging dat hun Jan zijn missie
als missionaris heeft volbracht.
Hermano is van ons, zeiden de in
dianen. Even klinkt er vertwijfe
ling in de stem van Betsie. „Wat
zou Jan van dit interview vinden?"
Zoon Charl stelt zijn moeder ge
rust. „Mam, hij zou het prachtig
vinden. Iedereen moet weten dat
er in deze tijd nog zulke stammen
leven." Betsie is opgelucht. „Maar
niet overdrijven hè, daar hield Jan
ook niet van."
vrijdag 5 mei 2017
'Ik heb niks tegen migranten'
Frans Boogaard
Cambrai
Sylvain
A David, supermarktbediende
Lyonel, chef-kok
Hele eer: Hermano is opgegeten
Missionaris Jan Finkers uit
Geesteren leefde 45 jaar onder
de indianen in Venezuela. Fin
kers overleed afgelopen vrij
dag. Zijn as is vermengd met
bananen en als soep door de in
dianen opgegeten. „Dit was zijn
laatste wens."
Mandy de Jong
Geesteren
Jan Finkers bij de Yanomami's in Venezuela.
De Yanomami-indianen leven
in het gebied van de Amazone
en Orinoco, in het grensge
bied van Brazilië en Venezu
ela. Contacten met de buiten
wereld had de ruim 20.000
leden tellende stam lange tijd
niet. Alleen missionarissen
hadden toegang. Behalve van
de jacht leven de Yanomami's
van tuinbouw. Vooral de teelt
van bananen is een belangrijk
middel van bestaan.
—Charl, neef van Jan Finkers