BUITEN Bij al erg actief 11 NATUURJOURNAAL Je hoeft niet diep de bossen in om de natuur te beleven. Op sommige plekken die jarenlang zijn geteisterd door het water steelt de natuur nu de show. Zoals rondom de Plompe Toren. Sporen van de eeuwigdu rende strijd tegen het water en de bijbehorende littekens zijn in Zeeland volop te vin den. Zo kun je op Schouwen-Duive- land het 154 kilometer lange Waters noodpad volgen langs onder meer geschenkwoningen en monumen ten. De route bestaat uit tien etappes van zo'n zeven tot twintig kilometer. Leuk om een keer een gedeelte te lo pen, maar vandaag kies ik voor een wandeling rondom de Plompe Toren bij Burgh-Haamstede, waar de strijd tegen het water eeuwenlang gevoerd Ik val met mijn neus in de boter, want de dieren laten zich vandaag volop zien werd. Eind vijftiende eeuw lag de zeedijk van Schouwen nog ruim drie kilometer verderop in de Ooster- schelde. In totaal zijn er in het gebied veertien dorpen verdronken. De zui nige Zeeuwen lieten hun woonplaat sen niet zomaar vergaan. Als een dorp werd opgegeven, dan werden huizen plank voor plank en steen voor steen afgebroken. De wandeling wordt getipt door Natuurmonumenten. Ik begin mijn rondje vanaf de parkeerplaats bij de Plompe Toren. Ik loop naar binnen en schrik een beetje als de deur ach ter me dichtvalt. Er is namelijk hele maal nergens iemand te zien. Nadat ik heb gecheckt of de deur weer open kan, beklim ik de 23 meter hoge to ren. Het bouwwerk is het enige over blijfsel van het dorp Koudekerke, dat in de zestiende eeuw in de Ooster- schelde verdween. Nu is er in de ge restaureerde toren een informatie centrum ingericht over de geschiede nis, legenden en natuur van de streek. Eenmaal boven kijk ik richting de reservedijk die werd gebouwd als buffer om extra bescherming te bie den tegen de oprukkende zee. Tussen de twee dijken is een inlaag ontstaan waar talloze kust- en weidevogels zich thuisvoelen. Het gekwetter van de beestjes is oorverdovend. Als ik uit de toren kom, loop ik richting de re servedijk over de Koudekerkseweg. Daar heb ik het geluk een bruine kie kendief in de lucht te zien hangen op zoek naar een prooi. Ik vervolg mijn route over de Koudekerkseweg en sla rechtsaf de Stolpweg in. Daar zie ik tot mijn grote vreugde een groep reeën op een van de landbouwperce- len. Ik besef me dat ik vandaag echt met mijn neus in de boter val, want overal laten de dieren zich zien. Ik ga op de Stolpweg rechtsaf de Oolesweg in, terug richting de zee dijk. Het is een beetje heiig, maar op de Oosterschelde zie ik overal mos selpercelen. Het water is rustig, dus ik speur naar zeehondenkopjes of een vin van een bruinvis boven het wa teroppervlak. Helaas, mijn geluk is op. Vandaag krijg ik geen dieren meer te zien. Heden ten dage is het gevaar voor overstromingen geweken. In 2014 nog is op het dijktraject Burghsluis over een lengte van 2,7 kilometer de steenbekleding versterkt. Gezien de historie van het gebied, toch wel een prettig idee. Hoewel je het hele zomer halfjaar wilde bijtjes kunt vinden is het vroege voor jaar bij uitstek de tijd om ze te be studeren. Dan zijn met name heel veel soorten uit de familie van de zandbijen actief en dat is met af stand de grootste familie van wilde of solitaire bijtjes. Het vroegst vliegen de soorten die stuifmeel verzamelen op wilgen, want wilgenkatjes behoren tot onze vroegste bloeiers. Maar ook de soorten die een bredere voed- selkeuze hebben, zoals grasbijtjes en goudpootzandbijtjes zijn al vanaf maart volop actief. Sommige wilgensoorten zijn trouwens al weer bijna uitgevlogen. De zwart- rosse zandbij, die stuifmeel verza melt op de katjes van de boswilg is alweer vrijwel verdwenen, omdat de boswilgen grotendeels uitge bloeid zijn. Er is ook de zogenoemde fluiten- kruidbij, een zandbijtje dat zijn voedsel voornamelijk verzamelt op fluitenkruid. Dit jaar bloeit het fluitenkruid net als veel andere planten een paar weken vroeger dan normaal en in het park van Goes-zuid staan de planten al in volle bloei. De vraag is dan natuur lijk of het gespecialiseerde bijtje dan ook zijn vliegtijd vervroegt. Het zou niet voor de eerste keer zijn dat een dier in de problemen komt omdat zijn voedselplant an ders op de klimaatverandering re ageert dan het dier zelf. Als de plant vrijwel uitgebloeid is op het moment dat zo'n gespecialiseerd bijtje gaat vliegen kan de populatie in één keer een enorme dreun krijgen. Een zoektocht op het fluitenkruid in Goes-zuid leverde al binnen een minuut resultaat op in de vorm van een actief stuifmeel ver zamelend vrouwtje. Dat was bij nader inzien een toevalstreffer, want de bijtjes bleken nog erg schaars. Voor het geval dat de meeste bijtjes pas actief worden na de bloei van het fluitenkruid is er voor de fluitenkruidbij gelukkig nog een alternatief. Aan het einde van de vliegtijd zijn de bijtjes na melijk ook te vinden op bloeiend zevenblad. Dat is een veilig alter natief, omdat de bloei daarvan nog wel een maandje op zich laat wachten. Ik denk dat we het ze venblad in de tuin maar een maandje met rust laten. Burgh-Haamstede in'aa9 woensdag 19 april 2017 WA Een tweewekelijkse rubriek over natuur in Zeeland Chiel Jacobusse Wendy de Jong Een wekelijkse wandeling door Zeeland. Vandaag: Plompe Toren, Burgh-Haamstede A Fluitenkruidbij. Stolpweg V3W meter hoge Plompe Toren. Verzwolgen dorpen

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2017 | | pagina 38